Karl Marx - Bekend en onbekend - 19-3

Door Jasper Schaaf

Of men nu voor of tegen Marx' ideeën pleit, in veel populair-wetenschappelijke literatuur wordt zijn naam wel een keer genoemd. Marx zelf lezen, gebeurt echter niet zoveel. De artikelen "Karl Marx, Bekend en onbekend" beogen een bredere kennis van zijn werk en van samenhangende ideeën van Engels, Lenin en anderen.

Joseph Dietzgen

- Wenn ich die ökonomische Last abgeschüttelt habe, werde ich eine
"Dialektik" schreiben. Die rechten Gesetze der Dialektik sind schon im
Hegel enthalten; allerdings in mystischer Form. Es gilt diese Form
abstreifen. -

Karl Marx, brief aan Joseph Dietzgen, 9 mei 1868 (1)

- Um klassenbewußt zu werden, sollen die Arbeiter J. Dietzgen
lesen, sie dürfen dabei aber auch nicht einen Augenblick vergessen, daß
er die Lehre von Marx und Engels, bei denen einzig und allein man
Philosophie studieren kann, nicht immer richtig wiedergibt. -

Wladimir Iljitsch Lenin (2)

Sinds 1867 heeft Dietzgen contact met Marx. Talrijk worden de contacten overigens niet. Hij heeft, voor zover bekend, van 1867 tot 1882 een dertiental brieven aan Marx geschreven. In september 1869 bezoekt Marx Dietzgen, die inmiddels uit Rusland weer naar het Rijnland is teruggekeerd. Hij werkt te Siegburg in de van zijn oom geërfde leerlooierij. Dietzgen richt er een kleine sectie van de Eerste Internationale op en is actief in de Eisenacher partij, de zich mede op Marx oriënterende "Sozialdemokratische Arbeiterpartei". In 1872 neemt hij als afgevaardigde deel aan het Haagse congres van de Internationale. Vlak voor het invoeren van de Duitse 'socialistenwet', in 1878, wordt Dietzgen drie maanden gevangengezet vanwege zijn 'opruiende' rede: "Die Zukunft der Sozialdemokratie". (21) Later volgt vrijspraak; de brochure wordt wel in beslag genomen. Ondanks zijn karaktertrek zich het liefst ver te houden van het dagelijkse partijwerk, laat hij zich in 1881 kandidaat stellen voor een Rijksdagzetel. Hij wordt niet gekozen. Aan het eind van de jaren zeventig en het begin van de jaren tachtig is Dietzgen een gewaardeerd partijlid. Bovendien trekt zijn filosofie belangstelling, bijvoorbeeld van studenten uit Bonn die hem komen opzoeken. Economisch gaat het hem echter bergafwaarts. Een belangrijke oorzaak hiervan is de opkomst van de grote industrie, waardoor zijn middelgroot bedrijf in een steeds moeilijker concurrentiepositie komt. Ook financiële hulp aan anderen kost Dietzgen veel. (22)

Voor de derde maal besluit Dietzgen daarom naar de andere kant van de oceaan te emigreren. Hij vertrekt in 1884, woont tot 1886 in Hoboken bij New York en daarna in Chicago. Met de leiding van de Amerikaanse socialistische arbeiderspartij botst het keer op keer, waarbij Dietzgen een revolutionaire marxistische koers verdedigt. (23) In 1884 en 1885 werkt hij mee aan het partijblad "Der Sozialist". Korte tijd nadat hij in Chicago is komen wonen, zijn aldaar grote demonstraties voor de achturendag en tegen politierepressie, georganiseerd door de daar toentertijd vooral anarchistisch-socialistisch en syndicalistisch georiënteerde arbeidersbeweging. Op 4 mei 1886 wordt een bom gegooid, waarop de politie het vuur opent en later diverse arbeidersleiders en redactieleden van arbeiderskranten arresteert. (24) Tegen acht arbeidersleiders, waaronder A. Parsons en A. Spies, wordt een proces gevoerd en hoewel geen bewijs van schuld wordt geleverd, worden zeven van de acht ter dood veroordeeld, van wie twee het vonnis veranderd zien in levenslang. Een van de ter dood veroordeelden vindt de dood in zijn cel. Vier anderen worden daadwerkelijk opgehangen.

Wanneer op het hoogtepunt van de strijd de arbeidersbeweging en arbeiderspers in Chicago door massale arrestaties van haar leiding is beroofd, biedt Dietzgen aan, de redactie van drie anarchistisch-socialistische bladen op zich te nemen, al wijken zijn opvattingen af van de ideeën van de gearresteerde arbeiders. Deze daad van Dietzgen, die van grote moed getuigt en door de politie met openlijke repressie tegen zijn gezin wordt beantwoord, leidt tot de nodige discussie. Temeer omdat Dietzgen hierbij sommige verschillen tussen het wetenschappelijk socialisme en het anarchisme naar de achtergrond schuift waardoor zijn eigen stellingname in het geding komt. (25) Van hun kant verdedigen redactieleden van deze bladen Dietzgen tot aan zijn dood. Dit is het geval wanneer Dietzgen door J. Most, overgegaan van de sociaal-democratie (26) naar het anarchisme, wordt aangevallen. De redactie van de "Chicagoer Arbeiter-Zeitung" schrijft dan: "Maar wanneer de heer Most of zijn vrienden op deze manier argumenteren, dan willen wij graag tenminste erop wijzen, dat de heer Dietzgen al voor het socialisme streed en leed toen de heer Most nog in zijn wieg lag. De heer Dietzgen heeft voor de zaak van de arbeiders afgelopen veertig jaar minstens zoveel en waarschijnlijk nog meer gedaan als de heer Most - alleen met dit verschil, dat de heer Dietzgen zelfs aan zijn beste vrienden niets daarover vertelt." (27)

De laatste jaren van zijn leven houdt Dietzgen zich intensief met filosofie bezig en ontstaan "Das Akquisit der Philosophie" en "Streifzüge eines Sozialisten in das Gebiet der Erkenntnistheorie". Dietzgen laat meer dan honderd geschriften na: enkele boeken, diverse reeksen van (filosofische) brieven, artikelen en 'preken', en veel korte politieke krantenartikelen. (28)

Op 15 april 1888 sterft hij. Dietzgen wordt begraven naast de vermoorde arbeidersleiders, de 'martelaars van Chicago'. Zijn graf is nog altijd te vinden naast het voor hen opgerichte monument.

- Wenn jemals die sozialdemokratische Partei zu einer derartigen
Schwachheit mißleitet werden könnte, möchte ich der erste bei einem
wenn noch so kleinen Häuflein sein, um die rote, die radikale Fahne zu
retten, ... -

Joseph Dietzgen (29)

Noten

20. Zie DS, deel I, pp. 1-14.
21. Zie DS, deel II, pp. 79-98.
22. Zie E.Dietzgen, Abriß, p. XIII.
23. Zie G.Huck, Joseph Dietzgen, pp. 147 e.v.
24. Zie hierover o.m. D. Fricke, Kleine Geschichte des ersten Mai, Berlin 1980, pp. 9 e.v. Over wie de bom gooide is in de loop der tijd veel geschreven: was het een anarchist of een politie-provocateur? In D. Roediger, F. Rosemont (ed.), Haymarket Scrapbook, Chicago 1986, pp. 71-73, maakt P. Avrich in The Bomb-thrower, A new candidate, aannemelijk dat de bom toch door een anarchistische arbeider is gegooid. Bewezen worden zal het waarschijnlijk nooit.
25. Zie J. Schaaf, De dialectisch-materialistische filosofie van Joseph Dietzgen, Kampen 1993, hoofdstuk 10, J. Dietzgens politieke ideeën en de verdediging van het marxisme binnen de Duitse en Amerikaanse arbeidersbeweging, pp. 209-229.
26. Deze term was in die tijd gemeengoed onder socialisten en communisten en heeft nog niet de betekenis die hij kreeg sinds de breuk in de socialistische arbeidersbeweging. Ik houd deze term aan zoals die toentertijd werd gebruikt.
27. DS, deel III, pp. 313-314, Onderschrift bij J.Dietzgen, Herr Most, 1888.
28. De twee voornaamste uitgaven van de werken van Dietzgen zijn: J. Dietzgen, "Sämtliche Schriften", herausgegeben von E. Dietzgen, 4e druk, Dietz Verlag Berlin 1930 (drie delen in één band, tevens laatste druk van deze uitgave). En: J. Dietzgen, Schriften in drei Banden, deel I, Akademie Verlag Berlin DDR 1961, deel II 1962, deel III 1965.
29. DS, deel II, p. 48, Herr Adolf Samter, 1877.