Goede tijden, slechte tijden, goede tijden... (1)

Een revolutie die geen revolutie was

Door Rinze Visser

De in onze krant gestarte serie over de discussies in de Belgische Partij van de Arbeid geeft alle gelegenheid voor een kritische beoordeling van bepaalde denkbeelden die in communistische partijen, en dan zeker in West-Europa, een eigen leven zijn gaan leiden en die remmend, zo niet contra-productief werken als het gaat om aansluiting te krijgen en te houden bij de arbeidersbevolking.

In het eerste artikel van 27 januari jl. treedt in de collage van discussiepunten met betrekking tot het zelfonderzoek dat in de Belgische Partij plaatsvindt al een reeks vraagstukken aan de dag, waarvan men zich moet afvragen waarom al niet veel eerder het eigen optreden, de eigen standpuntbepalingen, onder de loep genomen zijn.

Angst om hiermee sluimerend aanwezig opportunisme en reformistische krachten de wind in de zeilen te geven? Angst voor het aanmoedigen van (klein)burgerlijke opvattingen? Als dat zo geweest is, dan zouden de volgende vragen óók gesteld kunnen worden: Is de aanleiding tot kritisch zelfonderzoek - een teleurstellende verkiezingsuitslag - dan wel helemaal vrij van opportunisme? Waren bepaalde standpunten (aannames?), ondanks veel revolutionaire en klassenstrijdretoriek, ook al niet van burgerlijke oorsprong?

Uit de door onze krant aangehaalde opmerkingen blijkt dat met name het bóven in plaats van náást de arbeiders staan aan kritiek onderhevig is. Wat voor mij en zeker ook voor veel andere communisten het intrappen van een open deur is, is voor andere communisten kennelijk een groot probleem. Leninistische politiek bedrijven is altijd laveren tussen reformisme/opportunisme en links-radicalisme! Het onwrikbaar aan de kant van de arbeidersklasse staan, ook al zijn veel van haar opvattingen beïnvloed door de ideologie van de klassentegenstander, onverzettelijk het einddoel voor ogen houden, behoedt de communisten en hun partij ervoor naar één van de beide zijden af te glijden!

Wellicht zullen er zijn die het volgende als kleingeestige muggenzifterij zien, als ik uit het artikel het volgende citeer en dat van groot belang acht: "Wij zijn communisten, dat betekent dat alle leden van onze partij maar aan één ding denken: bij de werkenden zijn, bij de werklozen, de uitgeslotenen, hun problemen delen, met hen vechten voor een rechtvaardige maatschappij. En precies dan komen we arrogant over, uit de hoogte, afgesneden van de gewone mensen. Hoe is dat toch gekomen?" Einde citaat.

In de eerste plaats is het zeker niet zo dat 'alle leden maar aan één ding denken'. In de tweede plaats zit het antwoord op de vraag 'hoe is dat toch gekomen' al in het citaat opgesloten. Waarom komen communisten soms arrogant, uit de hoogte enz. over? Omdat ze als doel hebben bij de werkenden te willen zijn... Zij moeten er kennelijk veel moeite voor doen om bij de werkenden te zijn... Daarom moet de vraag gesteld worden: waarom zijn veel communisten al niet vanzelf, van nature, bij de werkenden, waarom zijn ze niet zelf arbeiders?

Met deze vraag is het probleem van de afstand tussen communisten en arbeiders verklaard! Dáár zit de oorzaak van het zelfverwijt van arrogant overkomen, het afgesneden zijn van de gewone mensen! Veel communisten van de PVDA-België behoren dus niet tot de arbeiders, tot de gewone mensen, neem ik aan. Want, als dat wel zo was, dan zou het probleem er niet zijn.

Het probleem is waarschijnlijk dat in de PVDA-België tot nu toe een romantisch kleinburgerlijk revolutionair denken de overhand had, waardoor weliswaar wel hoog werd opgegeven over het proletarisch klassenstandpunt, maar dat dit dikwijls in de praktijk niet of onvoldoende aansloeg bij het levende leven van de arbeidersbevolking en vooralsnog bleef steken in revolutionair klinkende en als arbeidersvriendelijk bedoelde oproepen en redevoeringen.

Zeker is het in dit verband van belang de eind zestiger jaren - de oorsprong van de PVDA-België en andere op het maoïsme georiënteerde partijen- en de jaren daarna te bezien. In de collage van meningen gaat het daar ook over, maar wordt niet tot de kern van de zaak doorgedrongen. Als dit wel gebeurt dan heeft dat óók consequenties voor andere communistische partijen - óók de NCPN - als het gaat om de beoordeling van die periode in de geschiedenis.

De kern van de zaak is, dat er niet - zoals veel progressieven en ook sommige communisten toen wel vonden - sprake was van een revolutionaire situatie en dan nog wel internationaal. Gezien vanuit de marxistisch-leninistische opvatting over revoluties en revolutionaire situaties kon daar al helemaal geen sprake van zijn. De links-progressieve euforie had voor een groot deel een kleinburgerlijk anti-autoritair, een burgerlijk-democratisch, een anarchistisch, bij sommige onderdelen zelfs een anti-marxistisch een anti-arbeidersklasse-karakter, ondanks de soms met marxistisch-leninistische leuzen aangezette retoriek. Het was de beweging waarin individualistische maar ook anti-Sovjet-tendensen aan de oppervlakte traden.

Het kapitalisme (toen veelal 'establishment' genoemd) schudde niet op z'n grondvesten, op z'n sterkst uitgedrukt was een deel van de representatoren van het kapitalisme wat in verwarring geraakt, niet in het minst omdat ook zonen en dochters van hen op de 'revolutionaire' barricaden stonden. Gesteld moet ook worden dat deze als 'revolutionair' omschreven beweging óók contra-revolutionaire en reactionaire kenmerken had, gezien ook de lijnen die er liepen naar geestverwante dissidenten in het socialistische oostblok en de Sovjet-Unie. Zie ook de turbulente ontwikkelingen in Tsjechoslowakije in diezelfde tijd.

Dat deel van de beweging dat zich op het marxisme-leninisme zei te oriënteren was in grote lijnen fel anti-Sovjet ingesteld en was nogal idolaat van de 'marxistisch-leninistische' opvattingen zoals die destijds in de Communistische Partij van de Volksrepubliek China de boventoon voerden. De onder dat vaandel opgerichte partijen, ook daadwerkelijk geïnitieerd vanuit en gesteund door de Chinese partij, stonden toen zeer vijandig tegenover het Oost-Europese en Sovjet-socialisme, dat een 'hegemonistische en 'imperialistische' politiek zou voorstaan; in verband met de kernwapenwedloop werd zelfs enige tijd de kant van de NAVO en de Verenigde Staten van Amerika gekozen...

Andere aan links verwante groepen zochten hun revolutionaire en anti-autoritaire heil in geschriften van Marcuse, Gorz en anderen, waarin de arbeidersklasse als revolutionaire kracht werd afgeschreven, de arbeidersklasse tot het 'klootjesvolk' werd gerekend en waarin de enige hoop voor een revolutionaire opstand nog werd verwacht van de onaangepasten, van mensen in psychiatrische inrichtingen, de gevangenisbevolking en andere uitgerangeerden.

In deze situatie konden allerlei meer of minder georganiseerde groeperingen een rol spelen en die (niet toevallig) later door de kapitalisme-verdedigers en ideologen als belangrijk voor de ontwikkeling van het kapitalisme in de betreffende landen werd uitgelegd. Het geeft te denken dat vooraanstaande leiders uit die 'revolutie-periode' en als uiterst links bekendstaanden nu nog door de kapitalistische media gerespecteerd worden, ongeacht hun wel of niet door terreuracties gewelddadige verleden...

Sommigen van hen hebben nog carrière kunnen maken in de politiek van het kapitalisme, weer anderen zijn zeer geslaagd in zaken. Vergelijk het aanzien en respect waarmee deze 'ex-revolutionairen omringd worden eens met de wijze waarop communisten bejegend zijn en nog dagelijks bejegend worden! Vele linksen, waaronder ook ex-communisten, werden teleurgesteld in hun verwachting dat de arbeidersklasse voor hen de revolutie zou ontketenen en gingen daarom over tot veroordeling van de arbeidersbevolking als een domme massa die hun politiek-intelligente oproepen niet konden of wilden begrijpen.

De arbeidersklasse is echter niet een 'object' voor 'communistische leiders' of een 'communistische elite', dat tegen het kapitalisme in opstand dient te komen wanneer dat noodzakelijk wordt geacht! De arbeidersklasse is er niet voor de communisten! De communisten zijn er voor de arbeidersklasse!