25 jaar geleden, de overwinning van het Vietnamese volk (2)

Economische hervormingen die het socialisme redden

Door Staf Henderickx

Op het congres in 1986 zette de Communistische Partij van Vietnam de Doi moi in, een verregaand hervormingsprogramma. De partij hoopte daarmee de ruïne, die de Amerikanen achtergelaten hadden, eindelijk op te ruimen. Op economisch vlak was de geest van Gorbatsjov en zijn perestrojka niet ver. Maar op politiek vlak waren er wel grote verschillen. Wat zijn de resultaten zo'n tien jaar later?

De Doi moi kreeg dit richtsnoer mee: leiderschap bij de partij, meesterschap bij het volk en management bij de staat. Dat moest de basis vormen van de politieke en economische hervormingen.

In eigen gelederen en in het staatsapparaat startte de communistische partij met een grootscheepse anti-corruptiecampagne. Twaalf procent van de partijleden vloog tijdens die campagne de deur uit. De pers speelde daarin een grote rol. Zij moest de discussie en de kritiek aanmoedigen. Artikelen in de pers en lezersbrieven die vrijuit gepubliceerd werden, zorgden ervoor dat niet minder dan duizend kaders voor de rechtbank moesten verschijnen wegens corruptie.

De massa-organisaties mochten een meer onafhankelijke koers varen. Zo was bij de eerste vrije vakbondsverkiezingen 70 procent van de verkozenen geen lid van de communistische partij. De partij herwaardeerde de rol van de Nationale Vergadering - het parlement - en van de plaatselijke volkscomités. De leden van deze organen moesten voortaan verkozen worden. Beslissingen konden alleen genomen worden op basis van meerderheid en in geheime stemmingen. De nationale vergaderingen werden op televisie uitgezonden waarmee de partij de betrokkenheid van de bevolking wilde vergroten. Op militair vlak voerden partij en regering een demobilisatie door. Alle troepen werden uit Cambodja teruggetrokken. De regering stuurde 300.000 soldaten terug naar huis.

De landbouwcoöperaties kregen een eigen juridisch statuut met een zelfstandig management. Veel partijkaders en kaders van de volkscomités verloren daardoor meteen hun baan. De regering werkte een nieuw eigendomscontract uit waarbij de boeren die het land bewerken twintig jaar lang het gebruiksrecht krijgen en veertig procent van de productie mogen behouden. Het eigendomsrecht blijft wel in handen van de staat. In 1990 hielden 227.000, meestal kleine, coöperaties het voor bekeken. Daardoor kwamen er 1 miljoen zelfstandige boeren bij.

Ook de privé- en staatsbedrijven verwierven autonomie over productie en verkoop. Een nieuwe wet op buitenlandse investeringen gaf hen het recht hun afgewerkte producten te exporteren. Anderzijds vervallen alle staatssubsidies. Om kredieten te verzamelen en in de economie te injecteren, werd er voor elke sector een bank opgericht.

Economische successen...

De resultaten van de Doi moi lieten niet lang op zich wachten. Van 1991 tot 1995 steeg het Bruto Binnenlands Product (wat in het land geproduceerd wordt) jaarlijks met gemiddeld 8,2 procent. De buitenlandse investeringen klommen van 0,5 naar 3,7 miljard dollar. Dat is des te opmerkelijker omdat in die periode de handel met de landen van de Comecon (landen uit de economische invloedssfeer van de Sovjet-Unie) totaal ineenstortte. In 1989 ging 67 procent van de export van Vietnam naar die landen. In 1995 was dat nog maar 4 procent. Toch kan Vietnam de export razendsnel laten groeien. Dat had niet alleen te maken met de groei van de productie maar ook met de opheffing van het embargo door de Verenigde Staten, de toetreding van Vietnam tot de economische groep van de Asean-landen en de normalisatie van de betrekkingen met de Volksrepubliek China.

Vooral de landbouwproductie kende een forse groei. In 1988 moest het land nog een half miljoen ton rijst invoeren. Maar twee jaar later kon het al 2,3 miljoen ton rijst uitvoeren. In 1996 was de rijstproductie opgelopen tot 26 miljoen ton. Vietnam stond daarmee derde op de wereldranglijst van rijstproducenten. Vietnam ontwikkelde verder ook de sector van het toerisme. Het aantal toeristen steeg van nauwelijks enkele tienduizenden per jaar naar 400.000.

...maar ook sociale nederlagen

Maar deze blinkende medaille heeft ook een donkere keerzijde. Faillissementen, de demobilisatie van honderdduizenden soldaten en het ontslag van veel staatsambtenaren deed het leger van werklozen aangroeien tot wel 30 procent van de beroepsbevolking. Paradepaardjes van het socialisme, zoals de gezondheidszorg en het onderwijs, waren niet langer gratis. De huurprijzen stegen en de pensioenen verschrompelden. De gemiddelde levensstandaard van de Vietnamees steeg, maar de kloof tussen rijk en arm werd alsmaar groter. Bovendien woont 71 procent van de armen in het noorden van het land. De gemiddelde boer in het zuiden heeft een inkomen dat zes maal hoger ligt.

De regering probeerde de lont uit dit sociale kruitvat te krijgen door een heel nieuw systeem van sociale zekerheid. Bosontginning maakt nieuwe landbouwgrond vrij die naar landloze boeren gaat. Bedrijven die werklozen wierven, kregen subsidies. Er kwamen algemene alfabetiseringscampagnes... Dit alles had ongetwijfeld succes, maar het verschil in ontwikkeling tussen noord en zuid bleef een gevaarlijke voedingsbodem voor conflicten.

Conclusie

De Doi moi was oorspronkelijk een Vietnamese vertaling van de perestrojka van Gorbatsjov. Toch heeft dat niet geleid naar de economische, politieke, sociale en militaire ineenstorting zoals in de Sovjet-Unie. Dat komt omdat er geen Vietnamese vertaling gekomen is van de glasnost. De Communistische Partij van Vietnam benadrukt dat de leiding van de staat en dus ook van de hervormingen in handen moet blijven van de Communistische Partij. Alle pogingen tot het invoeren van een meerpartijenstelsel worden verworpen en zeer hoge kaders zijn hiervoor uit de partij gezet.

Verder heeft de communistische partij een succesvolle campagne georganiseerd tegen de corruptie in de partij. Daarbij werd het volk gemobiliseerd door de pers en in de volkscomités. Die anti-corruptiecampagne ging samen met een recruteringscampagne. Vele tienduizenden jongeren, waarvan 35 procent vrouwen, traden toe tot de Communistische Partij van Vietnam.

Tot slot heeft de Communistische Partij van Vietnam, net zoals die van Cuba, China en Noord-Korea, onmiddellijk na de val van het socialisme in de Sovjet-Unie en de Oost-Europese landen, een analyse gemaakt waarin ze de politieke en economische uitverkoop veroordeelde. De Doi moi was een perestrojka, een hervorming zonder glasnost, zonder de open deur voor het herstel van de macht van de nationale en imperialistische burgerij.