Utrecht een echte studentenstad

NCPN-kraam op introductiedagen

Door Eszter Strausz

Utrecht elf uur in de ochtend. Het is bewolkt en er staat een stevige wind. Er komen een paar druppeltjes naar beneden. Snel leggen we al onze spulletjes op de kraam. Che, Hannie Schaft en Mumia Abu Jamal, de helden van toen en nu. Eenmaal alles neergelegd kijk ik opzij. Links van ons komen geluiden van geweerschoten en politiebevelen. Het is de kraam van de Internationale Socialisten. Zij hebben naast de T-shirts met leuzen als "Weg met het kapitalisme" een televisie staan die beelden toont van politiegeweld. Interessante beelden en mooie teksten maar wat doen ze ermee, denk ik bij mijzelf. Lang kan ik hier niet over nadenken daar er opeens van de andere kant van ons hard geboem en geschreeuw klinkt. Ik kijk naar de kraam rechts van ons. Daar staan een aantal jonge mensen gekleed in het zwart. Op hun kraam liggen alleen een foldertje, een paar cd's en T-shirts met de tekst 'Virus' erop gedrukt. De vreselijke geluiden, in hun ogen muziek, komen uit een cassetterecorder.

Na nog wat meer wolken en wind, besluit ik eens bij de andere kraampjes te gaan kijken. Ik loop van de brandweer naar de vrijwilligers naar de uitzendbureaus en naar de dierenbescherming. Hier hou ik even een praatje met een fanatieke dierenliefhebber. Hij helpt mij herinneren aan de bio-industrie die steeds groter wordt, de kleine hokjes waarin de varkens leven en de varkens die binnenkort enkel en alleen maar gefokt worden om als donor voor de mens te dienen. Ik help hem op mijn beurt herinneren aan de boeren die keihard werken om brood op tafel te krijgen, de boeren die door alle maatregelen moeten stoppen met hun bedrijf en de mensen die al jaren wachten op bijvoorbeeld een donornier. Waar we het uiteindelijk over eens zijn is dat al deze onderwerpen politieke en economische kwesties zijn en dat alleen de politiek er iets aan kan doen en niet de individuele mens.

Ik loop weer verder en beland tussen de kraampjes van de studentenverenigingen. "Wil je lid worden", roept een blonde jongen van een jaar of achttien. "Ik denk het niet", zeg ik terug. "Maar het is heel erg gezellig, leuke ontgroening en lekker feesten", zegt de jongeman.

Terwijl hij dit zegt verdwijnt zijn hand onder de kraam en komt weer boven met een blikje bier. Als hij dorstig aan zijn zoveelste biertje begint loop ik snel verder. Langs de kraampjes van de landmacht, Trouw, de woningbouwvereniging, nog een paar studentenverenigingen, de jongerenpartij van de VVD en de gratis drankjes.

Als ik aan het eind van de rij kraampjes terug kijk, kan ik precies zien waar er gratis pennen, stickers, ballonnen, snoepjes, drankjes en dergelijke worden weggegeven. Daar waar het druk is is het gratis.

Bij onze kraam was het dus niet zo druk. Een enkele voorbijganger kocht een poster of een T-shirt van Che. Maar studenten zaten niet echt tussen onze klanten. Op zo'n moment heb je het idee dat de meeste studenten alleen maar bezig zijn met feesten en drinken. En als er dan een student was die naar onze kraam kwam dan was het meestal om ons te vertellen hoe gek wij zijn en ons te vragen hoe wij in hemelsnaam zo konden denken over de wereld. Een antwoord op deze vraag wilde ze helemaal niet horen. Zij hebben hun mening en zo is het.

Maar zo zijn toch niet alle studenten, hoor ik jullie denken. Nee, dat denk ik niet maar de studenten die wij zoeken zijn blijkbaar niet te vinden op dit soort festiviteiten. Het is altijd goed om je gezicht te laten zien, het brengt alleen financieel niet veel op.