Karl Marx - Bekend en onbekend - 22

Of men nu voor of tegen Marx' ideeën pleit, in veel populair-wetenschappelijke literatuur wordt zijn naam wel een keer genoemd. Marx zelf lezen, gebeurt echter niet zoveel. De artikelen "Karl Marx, Bekend en onbekend" beogen een bredere kennis van zijn werk en van samenhangende ideeën van Engels, Lenin en anderen.

Marx' meerwaardetheorie (a)

  • Een der oudste economen en oorspronkelijkste filosofen van Engeland
  • - Thomas Hobbes - heeft in zijn "Leviathan" al instinctief op dit punt gewezen, dat door al zijn opvolgers over het hoofd is gezien. Hij zegt: "De waarde van een mens is, zoals bij alle andere dingen, zijn prijs: dat wil zeggen zoveel als voor het gebruik van zijn kracht wordt gegeven."
    Karl Marx (1)

Een ondernemer koopt voor een aantal uren arbeidskracht van een arbeider.(2) In die tijd laat hij hem producten maken die op de markt te verkopen zijn. In minder tijd dan dat aantal uren, produceert die arbeider zoveel producten dat uit opbrengst van de verkoop zijn loon - om in zijn levensonderhoud te voorzien - betaald kan worden. De rest van de tijd wordt even productief gebruikt en uit de opbrengst dáárvan realiseert de ondernemer zijn winst. In het eerstgenoemde deel van de tijd wordt waarde geproduceerd, het als tweede genoemde deel ook, dat is de meerwaarde. Deze meerwaarde, op de markt gerealiseerd als winst, kan de ondernemer "vrij" aanwenden. Bijvoorbeeld om opnieuw te investeren.

Slaagt de ondernemer erin de meerwaarde te vergroten door de arbeider langer te laten werken dan heet dit bij Marx de productie van absolute meerwaarde. Slaagt de ondernemer daarin door de arbeider efficiënter te laten werken, vooral door inzet van betere machines, dan heet dit de productie van relatieve meerwaarde. De noodzakelijke arbeidstijd voor een bepaald product wordt dan korter, onder aanname van verder voorlopig gelijkblijvende verhoudingen. Dus de geproduceerde meerwaarde neemt toe. Bij de ontwikkeling van het kapitalisme richt de kapitalist zich noodgedwongen vooral op de productie van relatieve meerwaarde, omdat de arbeidsdag per arbeider niet (vaak) verlengd kan worden, doorgaans zelfs korter is geworden. Hij moet dus blijven innoveren, zijn machinepark blijven vernieuwen, steeds weer.

Dit nu, is Marx' beroemde meerwaardetheorie. Wat is hier zo bijzonder aan? In tegenstelling tot de burgerlijke economen stelt Marx de arbeid centraal. Alleen aan de arbeidskracht wordt waarde ontleend. Alleen de ingezette arbeidskracht biedt de uiteindelijke waardemaatstaf. Niet de schaarste, niet de machine op zich, niet de slimheid van de ondernemer. Al die aspecten tellen wel in de economie. Sterker nog, in "Das Kapital" wil Marx dergelijke reële factoren in hun onderling verband onderzoeken. Maar dan nog komt hij uit op de conclusie dat de uiteindelijke waardemaatstaf ligt in de arbeid.

Tevens is dit een revolutionair perspectief. De waarde, ontleend aan de arbeidskracht, kan - wanneer dit principe wordt doorzien - de eigenwaarde van de arbeidersklasse enorm vergroten. Alleen arbeid voegt waarde toe, schept rijkdom. Van wie is die rijkdom dan? Het antwoord hierop is duidelijk, en daarom is Marx' meerwaardetheorie niet alleen beroemd, evenzeer berucht, een permanent strijdpunt. (wordt vervolgd)

Noten

  1. Zie K. Marx, F. Engels, Werke (MEW) deel 16, p. 130. Ned. vert. Loon, prijs en winst, p. 51.
  2. De delen 21-23 van Karl Marx - Bekend en onbekend betreffen alle enkele aspecten van Marx' economisch werk. Deel 23 trekt een lijn door naar de actualiteit. In die zin kunnen de eerdere delen als inleidend daarop worden beschouwd, maar zijn apart leesbaar. De onderwerpen zijn, 21: Loon, prijs en winst, 22: Marx' meerwaardetheorie, 23: Kennis als product en de tendentiële daling van de winstvoet.