Indonesië: anarchie of democratische veranderingen

Wahid werkt al aan volgende verkiezingen

Van de redactie buitenland

Het hoofdvraagstuk in Indonesië op dit moment is of er een relatieve stabiliteit kan worden bereikt of dat het land vervalt in anarchie. De progressieve krachten zijn gericht op versterking van de relatieve stabiliteit. Alleen zo'n stabiliteit maakt het mogelijk om de democratische veranderingen stapsgewijs door te voeren. De beste garantie voor die stabiliteit is op dit moment president Wahid. Onze Indonesische kameraad R. hield op zaterdag 2 september een inleiding voor een groep NCPN-kaderleden. Hierbij een eerste korte weergave van zijn inleiding.

Uiteraard maken communisten zich geen illusies over de positie van president Wahid, noch over die van vice-president Megawati, zij vertegenwoordigen de opkomende middenstand. Wahid de plattelandsmiddenstand, Megawati Soekarnoputri de stedelijke. Hoe het ook zij, beiden zullen het systeem niet veranderen, maar binnen de erfenis van Soeharto gevangen blijven. Megawati's PDI-P behaalde bij de laatste verkiezingen 34 procent van de stemmen. De PKB van Abdurrahman Wahid slechts 11 procent. Reden voor heel wat onderlinge strijd.

Bij de presidentsverkiezingen gold het uitgangspunt van de politici die uit zijn op het handhaven van de status-quo, dwz op het handhaven van de Orde Baru, maar dan zonder Soeharto, 'iedereen mag president worden, als het maar niet Megawati is'. En zo werd er een monsterverbond gesloten, waardoor de grootste partij niet de president kon leveren. De stemming vóór het laatste Volkscongres was na tien maanden al volledig omgeslagen. Het parool was nu eerder: weg met Wahid, laat Megawati maar president worden, want die is veel beter te bespelen. Maar, we schreven het al, de coup mislukte en Wahid krijgt de kans om zijn beleid voort te zetten.

Megawati heeft meer macht gekregen, nu ze de praktische dagelijkse leiding in handen heeft, maar die 'macht' is behoorlijk uitgehold, omdat Wahid een nieuw ministersteam heeft gevormd, dat hem steunt. Hij heeft zich omringd door hem welgezinde ministers. De sleutelposten worden bekleed door vertrouwelingen van Wahid: de voormalig luitenant-generaal Susilo Bambang Yudhoyono (coördinerend minister voor Veiligheid en Politieke en Sociale Zaken) en econoom Rizal Ramli (coördinerend minister van Economische Zaken, Financiën en Industrie). Deze coördinerende ministers dreigen Megawati volledig te overvleugelen.

Daarmee heeft hij wel bereikt dat er een meer eensgezind zakenkabinet is gevormd. Zijn keuze brengt uiteraard grote risico's met zich mee, aangezien hij een aantal prominente ministers van PDI-P en Golkar aan de dijk heeft gezet. De PDI-P levert nog twee ministers, Golkar geen enkele meer. PDI-P en Golkar behaalden echter bij de laatste verkiezingen samen 58 procent van de stemmen, een meerderheid in het parlement dus. Zal de gok van Wahid lukken vraagt men zich in Indonesië af? Sommigen voorspellen dat Wahid over een jaar, tijdens het volgende Volkscongres, zal vallen, anderen zijn optimistischer. De tijd zal het leren.

Inmiddels is de politieke situatie in het land nog lang niet stabiel. Leger en politie genieten weinig gezag, of zijn betrokken bij allerlei gezagsondermijnde activiteiten. Veel soldaten zijn afhankelijk, onder meer op de Molukken, van bijdragen van de bevolking om in hun levensonderhoud te voorzien. Daardoor is het leger niet neutraal, maar afhankelijk van verschillende bevolkingsgroepen. Dit uit zich op de Molukken in partijdigheid, waardoor het Molukse vraagstuk zeer moeilijk oplosbaar zal zijn. Indonesië kent op dit moment een miljoen vluchtelingen, die niet meer in staat zijn om in hun eigen levensonderhoud te voorzien. Zij zijn ondergebracht in kampen en afhankelijk van 'humanitaire' steun. Maar de aanzienlijke omvang van de hulpgoederen heeft een nieuw probleem veroorzaakt. De coördinerende personen zijn financieel gebaat bij een blijvende vluchtelingenstroom, omdat zij zich op die manier aanzienlijk kunnen verrijken. Dit fenomeen speelt ook op de Molukken een rol.

Door al deze ontwikkelingen is er sprake van veel anarchie. Er treedt steeds meer willekeur op. Onder die omstandigheden is er voor progressieven maar één keus, de relatieve stabiliteit versterken. Die stabiliteit wordt op dit moment het beste gewaarborgd door Wahid en zijn nieuwe regering. Minister Susilo Bambang Yudhoyono heeft een vijfpunten programma:

  1. nationale eenheid garanderen; tegen desintegratie,
  2. orde en veiligheid handhaven,
  3. doorvoeren decentralisatie en provinciale autonomie,
  4. een ordelijke democratie waarborgen,
  5. internationale politiek voeren ter versterking van nationale politiek.

De populistische aanpak van minister Rizal Ramli komt tot uitdrukking in zijn tien-punten-programma, waarvan de kern wordt gevormd door de slogan: een economische politiek voeren die de dorpswelvaart stimuleert en het midden- en kleinbedrijf steunt. Ondanks het feit dat Indonesië zich onder Soeharto heeft ontwikkeld tot een neo-koloniaal land, leeft de bevolking van het eilandenrijk nog steeds voor meer dan 50 procent van de landbouw. In Indonesië bestaat ook weinig grootgrondbezit. De landbouwpercelen zijn meestal niet veel groter dan zo'n 20 tot 30 hectare. De steun voor de kleine boeren en middenstand moet zeker ook gezien worden als een poging om de zwevende kiezers te binden met het oog op de volgende verkiezingen. Interessant is dat Ramli de opbouw van Indonesië ziet door het doen van investeringen en niet door buitenlandse leningen. De man die onder Soeharto in 1978 voor een jaar achter de tralies verdween, vanwege de leidende rol die hij speelde in een demonstratie tegen Soeharto's herverkiezing, staat kritisch tegenover IMF en Wereldbank.

Behalve de strijd tegen de anarchie zal het er in Indonesië vooral om gaan om de macht van de conglomeraten te breken en de economie op orde te krijgen. De staatsschulden aan Wereldbank en IMF bedragen zo'n 70 miljard dollar. De buitenlandse schulden van de conglomeraten zijn ongeveer even groot. Bovendien staan de conglomeraten, in handen van Soeharto- en Habibie-getrouwen, nog in het krijt bij de staat. Op dit moment zijn er al twee conglomeraten die trachten om de staat te laten opdraaien voor hun schulden. (wordt vervolgd)