Kikkers met negen poten, Golfoorlogsyndroom en Tsjernobyl-onderzoek

Ook lage straling is gevaarlijk

Door dr. Rosalie Bertell (*)

Manifest plaatst in twee delen een gedeelte van hoofdstuk 19 uit het boek 'Metal of dishonor'. Dr. Rosalie Bertell beschrijft daarin een reeks eigen ervaringen, waarvan we alleen de conclusies vermelden en gaat verder in op studies over de gevolgen van de Golfoorlog en de kernexplosie in Tsjernobyl. Daarbij gaat zij uitgebreid in op het gebruik en de gevolgen van verarmd uranium. In de media wordt het tegendeel breed uitgedragen, maar ook een lage dosis straling is gevaarlijk. Vandaag deel één.

Tijdens dit onderzoek heb ik veel geleerd over uraniumkogels:

  • ze zijn brandgevaarlijk, dat wil zeggen dat, nadat ze het object doorboord hebben, ze vlam kunnen vatten;
  • ze zijn fragmentarisch, in het lichaam vallen ze in kleine delen uiteen en kunnen niet verwijderd worden;
  • ze zijn compacter dan lood en kunnen een kogelvrij vest of een licht gepantserde auto of tank doorboren;
  • omdat de 'vijand' deze kogels ook zou kunnen gebruiken, heeft het leger uraniumpantsers gemaakt ter bescherming;
  • de kogels zijn goedkoop, omdat verarmd uranium een afvalproduct is van het kernbom-programma;
  • ze zijn radioactief, wat betekent dat zelfs het aanraken ervan gevaarlijk is, maar niemand schijnt zich daar druk over te maken!

Onderzoek naar het Golfoorlogsyndroom

Zes jaar (inmiddels negen jaar, nvdr) na de Golfoorlog is er nog steeds een grote controverse over de oorzaken van de enorme gezondheidsproblemen die bij de veteranen worden waargenomen. Met tegenzin heeft de regering van de Verenigde Staten, in traag tempo, gegevens vrijgegeven over de mogelijke blootstelling van de veteranen aan Iraakse chemicaliën. Maar veel natuurkundigen, waarvan sommige gemeld hebben dat hun baan in gevaar kwam, hebben gezegd dat die informatie niet de verscheidenheid aan waargenomen symptomen verklaart.

Kort na de Golfoorlog deed Patricia Axelrod onderzoek naar de mogelijke oorzaken van het syndroom, op verzoek van stafonderofficier Carol Picou, uit San Antonio in Texas, die zelf slachtoffer was. Dit onderzoek werd gezamenlijk gefinancierd door de 'Afdelingen Vrouwen Gezondheid van de Nationale Gezondheids Instituten' in de VS. Het onderzoek werd op 10 mei 1993 aangeboden aan het ministerie van Gezondheid en Sociale Zaken, waar het van het predikaat 'alleen bestemd voor interne verspreiding' werd voorzien. Het onderzoek was bedoeld om richtlijnen te geven voor vervolgonderzoek naar het probleem, dus de beperking tot alleen intern gebruik sloeg nergens op.

Onze krant, International Perspectives in Public Health, publiceerde het volledige document in 1994. Op dat moment benoemde het ministerie van Defensie van de VS de ziekte als Post Traumatische Stress Stoornis (PTSD) en adviseerde militaire artsen om het te behandelen met spierontspanners en slaaptabletten, en tegelijkertijd een onderzoek voor te schrijven naar psychische ziekten (zoals ook in de Bijlmer gebeurt, nvdr). De meeste informatie in de 'Gids tot Golf-oorlogziekte' van Patricia Axelrod is afkomstig uit interviews met dr. Thomas Callender, een toxicoloog, dr. Barry Wilson, werkzaam bij de Battelle Pacific Northwest Laboratories en Commissielid Rudy Arredondo, van de Commissie voor Gezondheid onder Zwarten en Minderheden, in Maryland. Mevrouw Axelrod heeft ook veel veteranen geïnterviewd en de krantenartikelen en rapporten bestudeerd die in de openbare media beschikbaar waren. De informatie over leishmaniosis (= leishmania-infectie) werd beschikbaar gesteld door de Wereld Gezondheids Organisatie.

Mogelijke oorzaken van het Golfoorlog Syndroom

In deze complexe situatie kunnen enkele of alle hiernavolgende factoren op elkaar hebben ingewerkt en de specifieke symptomen bij de veteranen hebben veroorzaakt. Uiteraard verschilt de combinatie van factoren per individu, daarom is het waarschijnlijk dat er niet één enkele verklaring is voor het gehele scala aan symptomen. Hoe dan ook, de volgende hoofdcategorieën komen in aanmerking voor een oorzakelijke relatie met de ziekten die door veteranen zijn vermeld:
  • Toediening van drie vaccinaties, bedoeld als bescherming tegen zenuw- en biologische oorlogsmiddelen. Het betrof de volgende vaccinaties:
    1. Pyridostigmine, normaal gesproken voorgeschreven bij myasthenie (= ernstige spierzwakte) en waarvan bekend is dat het ernstige bijwerkingen heeft, in het bijzonder wanneer de persoon waaraan het is toegediend wordt blootgesteld aan hitte. Het is ook bekend dat blootstelling aan pesticiden en insecticiden (Baygon, Diazinon en Sevin) vermeden zouden moeten worden na het gebruik van pyridostigmine, omdat deze middelen de giftigheid daarvan kunnen intensiveren. Sommige vrouwen die dit geneesmiddel innamen tijdens hun zwangerschap en hun kind borstvoeding gaven hebben bijwerkingen waargenomen bij hun kind.
    2. Botulinum Pentavalent, een vaccinatie bedoeld om botulisme (vergiftiging door bedorven voedsel, nvdr) tegen te gaan, de werking daarvan is echter niet aangetoond. Het middel is niet officieel toegestaan in de Verenigde Staten.
    3. Anthrax, ter bescherming tegen de ziekte miltvuur. Dit werd klaarblijkelijk selectief toegediend aan manschappen tijdens de oorlog, en vrouwen aan wie het werd toegediend kregen de waarschuwing om gedurende drie tot vier jaar geen kinderen te krijgen.
  • Tijdens deze oorlog werd voor het eerst gebruikgemaakt van verarmd uranium. Het werd verwerkt in de bepantsering van tanks, in raketten, contragewichten in vliegtuigen en navigatie-instrumenten, en in artillerie bestemd voor gebruik tegen tanks, vliegtuigen en mensen. De wetenschappelijke informatie over dit dodelijke chemische product werd gepubliceerd in het artikel "Radium Osteitis With Osteogenic Sarcoma: The Chronology and Natural History of Fatal cases", door dr. William D. Sharpe, in het Bulletin of the New York Academy of medicine, jaargang 47, nr. 9 (sept. 1971). Er was dus geen excuus voor dit experiment op mensen, omdat de gevolgen van blootstelling aan het product bekend waren.
  • Rook en chemische vervuilers die constant vrijkwamen bij de branden in de oliebronnen. De hoeveelheden roet, koolmonoxide en ozon werden onderzocht door een Environmental Protection Agency Task Force. De National Toxics Campaign, uit Boston, Massachusetts, vond vijf verschillende giftige koolwaterstofproducten in de rook (1,4-dichlorobenzene, 1,2-dichlorobenzene, diethyl phthalate, dimethyl phthalate en naphthalene, elk daarvan kan ernstige gezondheidsproblemen veroorzaken.
  • Oude Wereld Leishmaniosis, een parasitaire ziekte, overgebracht door de beet van vele soorten inheemse zandmuggen in de regio. Het is bekend dat mensen niet afkomstig uit de regio, die een geïnfecteerd gebied betreden veel zieker worden dan de inwoners. Indien de juiste diagnose niet wordt gesteld, en er dus geen behandeling tegen de aandoening plaatsvindt, kan de ziekte dodelijk zijn. Voor het stellen van de diagnose zijn bot en miltbiopsies nodig en de ziekte kan een incubatietijd hebben van drie jaar, zonder symptomen te veroorzaken. De ziekte kan ook worden overgebracht door bloedtransfusies en een zwangere vrouw kan het op haar ongeboren kind overbrengen. Het was bekend dat leishmaniosis wijdverbreid voorkwam in Irak en Saoedi-Arabië. Deze ziekte wordt verantwoordelijk gehouden voor het verbod door het Pentagon op bloeddonaties door Golfoorlog-veteranen vanaf november 1991. Dit verbod werd op 11 januari 1993, om onbekende redenen, opgeheven.
  • Pesticiden en insecticiden werden gedurende de gehele oorlog ruimschoots gebruikt ter bescherming tegen de pest. Het is bekend dat grote hoeveelheden DDT, malathion, fenitrorthion, propuxur, deltamethrin en permethrin werden gebruikt. Dit zijn allemaal giftige zenuwmiddelen. En vele daarvan zijn vermoedelijk kankerverwekkend en mutageen.
  • Vernietiging door de geallieerden van Irakese wapens voor chemische, zenuw en biologische oorlogsvoering, met als resultaat een wijdverbreide verspreiding van deze gifstoffen in het milieu. Dit probleem is nu, in ieder geval gedeeltelijk, gedocumenteerd door het ministerie van Defensie van de VS. Zij concentreren zich op deze mogelijke oorzaak alsof het de enige potentiële oorzaak zou zijn (ook weer net als in de Bijlmer, nvdr).
  • De elektromagnetische omgeving waarmee het slagveld werd doordrongen gedurende de oorlog. Veteranen werden blootgesteld aan een grote verscheidenheid van elektromagnetische straling, veroorzaakt door elektriciteit, die werd opgewekt voor het gebruik van de hightech-instrumenten, duizenden radio's en radarapparaten. Dit zeer krachtige elektromagnetische veld veroorzaakt zowel thermische als niet-thermische effecten die mogelijk kunnen inwerken op de andere gevaarlijke blootstellingen en spanningen op het slagveld. Elektromagnetische straling kan de productie van hormonen (neurotransmitters) veranderen en een verbinding aangaan met celmembranen, de toevoer van calciumionen doen toenemen, de proteïnebeweging in lymfocyten stimuleren, het immuunsysteem verzwakken, de melatoninproductie beïnvloeden, die nodig is om de 'biologische klok' te controleren en veranderingen veroorzaken in de afscheiding van het bloed in de hersenen.

De gevaren van een laag stralingsniveau

In de afgelopen jaren is de beschikbare informatie over de gezondheidseffecten van de blootstelling aan lage stralingsniveaus toegenomen. We zijn niet langer afhankelijk van de commerciële of militaire nucleaire onderzoekers, die sinds 1950 beweren dat onderzoeken naar de effecten van lage stralingsniveaus onmogelijk zijn uit te voeren. Deze nieuwe informatie zet alles op losse schroeven, omdat het bewijst dat de critici van de industrie gelijk hebben met betrekking tot de mogelijke schade die lage stralingsniveaus aan levend weefsel kunnen toebrengen.

Er zijn ook veelzeggende nieuwe publicaties gedaan van bevindingen uit onderzoek naar de atoombommen op Hiroshima en Nagasaki, het onafhankelijke 'klassieke onderzoek' naar gezondheidseffecten door straling. Ik zal tegen het einde van dit artikel een overzicht geven van deze documenten, samen met onderzoeken uit de nucleaire industrie.

Bij het doornemen van deze onderzoeksrapporten wordt men getroffen door de hoge mate van reactie die optreedt als de straling langzaam wordt afgegeven, bij een lage totale dosis. De conventionele wijsheid heeft beweerd dat bij een lage stralingsdosis, langzaam afgegeven, het lichaam goed in staat is om de meeste schade, veroorzaakt door de straling, te herstellen. Sommige nucleaire verdedigers gaan zelfs zo ver dat zij beweren dat een dergelijke blootstelling 'heilzaam' zou zijn.