Maxima...

Stuitende zelfverrijking

De beloning van bestuurders van grote Nederlandse bedrijven is in 2000 opnieuw fors toegenomen. De stijging van het inkomen van de topmanagers - basissalaris, bonus en pensioen - bedroeg gemiddeld 14 procent, exclusief optiewinsten. Een jaar eerder steeg de beloning al met bijna 13 procent. De stijging van de topinkomens is ruim 3,5 keer groter dan de gemiddelde CAO-loonstijging voor 'gewone' werknemers. Die was vorig jaar 3,3 procent plus een half procent voor incidentele posten zoals een extra dienstjaar en, vooral in het bedrijfsleven, flexibele uitkeringen zoals winstdeling. Bij de 25 bedrijven waar het meest wordt verdiend - gemiddeld flink boven de 2 miljoen gulden per bestuurder - werd zelfs ruim eenderde meer betaald dan een jaar eerder. Koploper dit jaar is het aan de Amsterdamse beurs genoteerde modehuis Gucci, waar een Italiaanse en Nederlandse bestuurder ieder werden beloond met circa 4,7 miljoen gulden. Nummer twee is supermarktconcern Ahold, met 4,5 miljoen gulden per persoon. Ook bij uitzendbureau Vedior en winkelketen Vendex KBB lag de beloning boven de vier miljoen gulden. De groep bedrijven met inkomens gemiddeld boven de drie miljoen gulden, groeide van vijf naar dertien. De best verdienende manager in 2000 was de Amerikaanse Aegon-bestuurder D. Shepard. Hij incasseerde 22,2 miljoen gulden, vooral door het cashen van opties ter waarde van 15,5 miljoen gulden. Zijn collega L. van der Geijn kwam, ook vooral door opties, op 11,2 miljoen gulden. Nummer drie is Ahold-topman C. van der Hoeven met 9,7 miljoen. (VK, 2-6-2001)

... en minima

Eis afgewezen voor longtransplantatie

De vijf longpatiënten die met een rechtszaak meer mogelijkheden voor longtransplantaties wilden afdwingen, zijn in het ongelijk gesteld. De president van de rechtbank in Den Haag heeft dit besloten. De patiënten wachten al tussen de 15 en 24 maanden op een nieuwe long. Ze hadden in een kort geding het ministerie van Volksgezondheid, de zorgverzekeraars en het Academisch Ziekenhuis Groningen (AZG) verantwoordelijk gesteld voor de lange wachttijden. In Groningen worden per jaar tussen de twaalf en twintig transplantaties gedaan, terwijl er tussen de vijftig en 75 nodig zijn. (Apeld. C., 2-6-2001)