Nabeschouwing Britse verkiezingen

Door Ron Verhoef

Het was natuurlijk geen verrassing meer dat Blair de verkiezingen van 7 juni duidelijk heeft gewonnen. Wel was de prestatie van de Tories aanzienlijk slechter dan werd verwacht. Algemeen werd aangenomen dat de Tories toch wel een aantal zetels zouden overnemen van Labour, met name in die districten waar de partijen dicht bij elkaar lagen, de marginale zetels. Dat bleek echter niet het geval. Slechts een handjevol zetels werd er door de Tories teruggewonnen en verrassend genoeg wonnen de Tories geen enkele marginale zetel.

Bij de overwinning van Blair zijn wel kanttekeningen te plaatsen. Allereerst merkte een briefschrijver in de Scottish Socialist Voice terecht op dat de grote winnaar eigenlijk niet Blair is maar de BAP (The British Apathy Party, hiermee worden de niet stemmers bedoeld). En inderdaad de BAP kreeg 40 procent van het electoraat achter zich, vergeleken met 25 procent voor Labour. Blijkbaar hebben steeds meer mensen het idee dat stemmen weinig zin heeft aangezien alle partijen één pot nat zijn. En hoewel Blair aangaf zich hierover zorgen te maken en daarom zelfs stemhokjes plaatste in snackbars, is het maar de vraag of Blair echt zo geïnteresseerd is in het aantal stemmers.

Het aantal mensen dat Labour stemde is ook aanzienlijk gedaald. Datzelfde geldt overigens ook voor de Tories en de Nationalistische Sociaal Democraten (SNP en PC). Het waren met name de Liberal Democrats die op veel plaatsen hun aanhang zagen stijgen, zonder dat dat overigens tot veel zetelwinst leidde. Dat de Liberal Democrats het zo goed doen is ongetwijfeld te danken aan hun oproep om meer geld te steken in zorg en onderwijs en te stoppen met verder privatiseren. Het is wel ironisch dat juist de Liberalen nu zeggen dat de privatisering ver genoeg is gegaan, terwijl Blair op 20 juni nog aangaf de privésector meer macht te willen geven. Dit ondanks de belofte van Labour in hun verkiezingsprogramma om niet verder te privatiseren en Railtrack te hernationaliseren. Maar de nationalisatie van Railtrack staat alweer in de ijskast.

Privatiseringen negatief

Steeds meer mensen verzetten zich echter tegen de privatisering van bedrijven. De werknemers van de post en in de gezondheidszorg hebben al aangegeven acties te gaan voeren tegen de privatiseringen. Ook de grote vakbonden hebben Blair gewaarschuwd niet verder te privatiseren omdat zij dan massaal actie zullen voeren en hun traditionele link met Labour zullen opzeggen. De RMT (de bond van spoorwegpersoneel) heeft de banden met Labour al verbroken.

Dat Labour door wil gaan met privatiseren is des te opvallender nu er steeds meer onderzoeken hebben aangetoond dat privatisering juist het tegengestelde effect heeft van wat wordt beoogd. Twee onderzoekers van Leeds University, Malcolm Sawyer en Kath O'Donnell, vergeleken in 1998 geprivatiseerde bedrijven met genationaliseerde bedrijven over de hele wereld. Hun conclusie was dat genationaliseerde goedkoper en minder bureaucratisch zijn, betere service verlenen en beter aan de wensen van de consumenten tegemoetkomen. (1) Ook twee eerdere Amerikaanse onderzoeken kwamen al tot dezelfde conclusies. (2) Toch dwingt Blair ons te blijven geloven dat alleen de markteconomie een goede wetenschappelijke basis heeft en de oplossing is van alle problemen.

Maar Blair voelt zich door zijn, slechts iets gereduceerde, meerderheid dan ook gesteund en gaf zichzelf daarom maar een loonsverhoging van 40 procent en zijn ministers een loonsverhoging van 20 procent. Dat neemt niet weg dat Blair nog steeds oproept tot loonmatiging. Ondanks die loonmatiging zegt Blair dat het terugdringen van de steeds groter wordende armoede de hoogste prioriteit voor hem heeft.

Kleine linkse partijen

Dat de kleine linkse partijen geen zetels hebben behaald viel natuurlijk te verwachten. De kleine kans die de SSP in twee districten in Glasgow had werd niet waargemaakt, hoewel de partij in alle Glaswegian-districten samen wel 10 procent van de stemmen wist te behalen. Als we kijken naar het aantal stemmen dat de linkse partijtjes kregen valt op dat de socialisten en communisten tijdens deze verkiezingen meer stemmen behaalden, zowel absoluut als procentueel, dan in enige andere verkiezing na de Tweede Wereldoorlog. De SSP behaalde in Schotland zelfs meer stemmen dan welke andere socialistische of communistische partij ooit in Schotland. Zelfs toen in Schotland de communist Willie Gallagher (de enige Britse communistische parlementariër ooit in de jaren 30, 40 en 50) nog werd gekozen waren er niet zoveel mensen (procentueel en absoluut) die op de Communistische Partij van Groot-Brittannië stemden als nu op de SSP. Als er geen sprake was geweest van een districtenstelsel dan zou de SSP twee van de 72 Schotse zetels hebben gewonnen. Hoewel we ervan mogen uitgaan dat er bij evenredige vertegenwoordiging meer mensen op een kleine partij zouden stemmen.
Anders dan verwacht leed Labour veel minder onder de aanwezigheid van de kleine socialistische partijen dan de nationalistische SNP en PC.

Ongenoegen en rechts

Schokkend was wel de 16 procent stemmen die de British National Party (BNP), de Britse neo-fascisten, wisten te winnen in Oldham. De BNP slaagde erin de ongenoegens van de mensen in Oldham om te zetten in stemmen en dat is toch wel verontrustend. Aan de andere kant lijkt het erop dat het aantal mensen dat op de BNP stemt bij de volgende verkiezingen wel weer zal terugvallen als de BNP geen rassenrellen meer heeft om zijn propaganda mee te voeren. Over het geheel genomen is het aantal stemmen voor de BNP zelfs afgenomen en in Wales en Schotland slaagde de partij er niet eens in om mensen kandidaat te stellen. Zonder de rassenrellen van Oldham was de BNP eigenlijk op sterven na dood en het is dan ook uiterst betreurenswaardig dat de rellen in Oldham, maar ook in Sighthill (een wijk in Glasgow), de BNP een nieuwe voedingsbodem hebben gegeven. Gelukkig zijn er echter ook groepen antifascisten die de BNP verhinderen te folderen. Zo slaagde de BNP er niet in verkiezingsfolders te verspreiden in Sighthill en kon de partij daar uiteindelijk niet eens meedoen aan de verkiezingen.

Sinn Fein groeit aanzienlijk

Naast de winst van de Liberal Democrats en de SSP was er nog een opvallende winnaar, namelijk Sinn Fein. Sinn Fein wist het aantal zetels te verdubbelen van twee naar vier en heeft de SDLP daarmee ingehaald als de grootste republikeinse partij. De fundamentele Unionisten van de DUP bleven echter wel de grootste partij in Noord-Ierland. Ondanks het dreigement van David Trimble om per 1 juli op te stappen als premier, als de IRA zijn wapens niet snel inlevert, kwam er geen grote winst voor de UUP. Ook in de gemeenteraad heeft Sinn Fein een groot aantal extra zetels behaald.

Een ding is duidelijk: voor Blair is het een grote overwinning. Als Labour inderdaad de evenredige vertegenwoordiging invoert zoals beloofd dan zal de meerderheid van Labour zeker slinken. Maar zolang de Tories verdeeld blijven is er nog geen vuiltje aan de lucht voor Blair.

(1) onderzoek gepubliceerd in het boek A future for public ownership, aangehaald in T. Sheridan en A. McCombes boek Imagine blz. 107,
(2) onderzoek uit 1983 door Millward en Packer en uit 1986 door Yarrow.

Bronnen: The New Worker, Scottish Socialist Voice, The Herald, The Scotsman, The Courier, BBC world service, SNP press releases, Scots Independent, SSP-Bulletinboard.