IN NAAM DER WET

Tijdens recente stakingen werd hardhandig door de politie opgetreden.

Door Anna Ioannatou

Lichamelijk letsel, roof en verstoring van de openbare orde waren zoal de beschuldigingen die de veiligheidsdienst uitte aan het adres van PAME-leden (Arbeiders Strijd Front). Ze zouden zich aan deze daden schuldig gemaakt hebben tijdens de 1 mei-viering.

Dimos Koumbouris, voormalig parlementslid van de KKE (Communistische Partij), lid van het centraal comité en lijsttrekker voor het burgemeesterschap van Elefsina voor de gemeenteraadsverkiezingen van oktober a.s. werd bij de politie geroepen voor een proces-verbaal als getuige. Deze oproep was vergezeld van de dreiging dat hij in geval van weigering met geweld gehaald zou worden.

Deze provocerende gang van zaken wijst erop dat de regering ver wenst te gaan in haar aanval op de (klassenbewuste) vakbondsbeweging en in het bijzonder op de KKE. 'In naam der wet'; werden de demonstrerenden, die hun 1 mei-stakingsbijeenkomst en -mars bewaakten, door een regeringsvertegenwoordiger als 'roversbende' bestempeld. Maar wat was er eigenlijk gebeurd?

Iemand van de veiligheidspolitie in burger had zich op 1 mei onder de betogers gemengd en was door PAME-leden ontdekt, ontwapend en aan de aanwezige politie in uniform overgedragen. De hele zaak deed veel stof opwaaien en werd herhaaldelijk getoond op diverse TV-zenders.

De regeringsvertegenwoordiger voor 'pers en informatie' verklaarde dat de veiligheidspolitie in burger naar betogingen wordt gestuurd om de demonstranten te beschermen! Hiermee dus indirect toegevend dat er inderdaad politie in burger gestuurd wordt. De laatste paar jaar zijn er een paar van dit soort voorvallen geweest, niet alleen op betogingen, maar ook op vakbondsbijeenkomsten, vooral sinds de oprichting van het PAME. Omdat deze vorm van 'bescherming' steeds meer voorkomt, is de Demokratische Alliantie voor Volksvrijheden en Solidariteit - een organisatie opgericht door vertegenwoordigers uit het hele spectrum van het sociaal-politieke leven - naar aanleiding van het meest recente voorval tijdens de 1 mei-viering, op 21 mei naar de minister van Openbare Orde gegaan om een protestbrief te overhandigen tegen de voortschrijdende fascisering van het openbare leven.

De inhoud van het protest luidde als volgt: "De Demokratische Alliantie voor Volksvrijheden en Solidariteit protesteert heftig bij de minister van Openbare Orde, omdat dergelijke praktijken de klok terugdraaien naar toestanden, die in het geweten van de Griekse bevolking allang veroordeeld zijn. De Demokratische Alliantie uit haar diepe gevoelens van ongerustheid, veroordeelt de systematische poging om het bespieden van volksmanifestaties te legaliseren onder het mom van bescherming van betogers en eist hier een eind aan te maken, het betreffende apparaat te ontbinden en de terreurwet op te heffen die onder het voorwendsel van terrorismebestrijding is aangenomen en deze vormen van politie-infiltratie mogelijk maakt."

Geen woorden, maar daden

Deze proteststap heeft, tenminste voorlopig en althans in woorden, wel enig resultaat gehad, uitgaande van de beloften die de minister heeft gedaan: 'bescherming' van betogers door de politie zal, zo zei hij, in het vervolg alleen gebeuren door politie in uniform en op redelijke afstand. Er zou geen speciale afdeling bestaan bij de politie die zich bezighoudt met het bespieden van betogingen en andere activiteiten van de bevolking in vakbonden, in sociale bewegingen enz. Hij beloofde voorts dat het niet meer zal voorkomen, als de vakorganisaties dit niet wensen. Er blijven echter nog vraagtekens te over, want het hele kader van wetgeving, strafrecht, politieoptreden en democratisch functioneren in het algemeen staat onder zware druk en wordt steeds ongunstiger waar het de vrijheden van de burger betreft.

Je kunt je dus terecht afvragen, of zo'n belofte in de praktijk tot verbetering leidt. De tekenen zijn niet best. Om een recent voorbeeld te noemen: het wetsontwerp inzake de financiering en de controle van parlementsleden en partijen, waarover het debat pas begonnen was bij het schrijven van dit artikel, bevat een paar zeer dubieuze bepalingen. Onder andere het verbod op posters en spandoeken in de verkiezingsperiode, hetgeen de al bestaande ongelijkheid tussen de partijen nog groter maakt, want het betekent een stap in de richting van verkiezingsstrijd op TV met passief kies- en kijkvolk in de woonkamer en dat in een land, waar nog steeds zoveel aan politieke en sociale actie op straat gebeurt. Grieken moeten Europeser worden, niet waar? Dus helemaal in het voordeel van beide grote establishmentpartijen, die de media in handen hebben. Volgens een andere bepaling moet er een lijst komen met namen van wie de politieke partijen financieel steunen. Dit kan eventueel gebruikt worden tegen diegenen, die 'lastige' partijen steunen. Uit het verleden zijn daar heel wat voorbeelden van te noemen, maar ook in het recente verleden is het voorgekomen. Er waren bij de laatste verkiezingen aanklachten van mensen die de DIKKI (DEMOKRATISCHE SOCIALE BEWEGING, afgesplitst uit de regerende Pasok, opgericht een paar jaar geleden door vooruitstrevende ontevredenen in die partij, neemt vaak zeer progressieve, linkse standpunten in en werkt ook met de KKE samen) gesteund hadden en op wie pressie uitgeoefend was.

Ook de bepaling over de verdeling van de zendtijd in de periode van 30 dagen voor de verkiezingen mag er wezen. De beide grote partijen krijgen het leeuwendeel op grond van het beginsel van de 'proportionele gelijkheid'. Verder zal 80 procent van de overheidsfinanciering aan de politieke partijen naar beide grote establishmentpartijen gaan. Dit is nog maar een kleine greep uit alles wat er zoal aan 'democratie' gebrouwd wordt. Eigenlijk helemaal geen wonder, want wie de macht in handen heeft wil die natuurlijk niet uit handen geven en gaat, bij groeiende volksontevredenheid, over tot steeds meer manipulatie.

Hoe dan ook, de Demokratische Alliantie voor Volksvrijheden en Solidariteit is vastbesloten door te gaan met de strijd om een eind te maken aan het bespieden van manifestaties en betogingen, om het betreffende apparaat te ontbinden, dat echt bestaat. Dat is namelijk toegegeven door de premier en door de minister van Openbare Orde. Voorts wil de Demokratische Alliantie afschaffing van de terreurwet, want die legaliseert de infiltratie van veiligheidsagenten in vakbonden en andere sociale organisaties, zogenaamd om het terrorisme tegen te gaan. Een verdere stap zou kunnen zijn deze organisaties zelf tot terroristisch te verklaren, een praktijk waarvan er in de geschiedenis talrijke voorbeelden zijn.

Zeker is dat bovengenoemde ontwikkelingen een barometer zijn voor de mate van ongerustheid bij de gevestigde orde vanwege het groeien van de bewegingen onder de bevolking die tegen het, voor bredere lagen, ongunstige regeringsbeleid zijn.