Wereldwijde toepassing Meningitis B-vaccin

Cuba: wetenschappelijk onderzoek op topniveau

De Belgische arts Pol De Vos (r.) te gast bij dr. Sierra (l.) en dr. Montero (m.) die het meningitis B-vaccin op de markt brengen. (Foto Solidair)

Door Pol de Vos

Havana: zon, Ché, rum, socialisme en salsa... Hier slaat echter ook het wetenschappelijk hart van Cuba. Ik ben op bezoek in het Finlay-instituut. Finlay was één van de grondleggers van de Cubaanse medische wetenschappen, begin vorige eeuw. In de jaren '80 werd hier het meningitis B-vaccin tegen hersenvliesontsteking ontwikkeld.

Meer dan 50 miljoen doses ervan werden ondertussen toegediend in Cuba en Latijns Amerika, met prachtige resultaten. Ik heb een afspraak met de dokters Gustavo Sierra González en Ricardo Montero Martínez. Ze hebben het uitgebreid over hun werk en over het verbluffende wetenschapsbeleid in Cuba.
Dr. Gustavo Sierra González is vice-president en directeur van de afdeling Fundamenteel Onderzoek van het Finlay-instituut. Hij en dr. Concepción Campa, voorzitster van het Finlay-instituut, ontwikkelden in de jaren '80 het vaccin tegen meningitis B.
Dr. Ricardo Montero Martínez is commercieel directeur van Finlay. Verantwoordelijk voor de onderhandelingen met de Anglo-Amerikaanse multinational SmithKline-Beecham over het samenwerkingsakkoord voor de wereldwijde commercialisering van het Cubaanse meningitis B-vaccin.

"Wetenschappers moeten de werkelijkheid niet bestuderen maar ze veranderen." Dat is het motto van de Cubaanse Dag van de Wetenschap, waarvoor ik op 15 januari in Havana was.

Is het ontwikkelen van vaccins daar een voorbeeld van?

Dr. Sierra: Wij beoordelen de resultaten van ons wetenschappelijk werk op basis van hun impact op de levensomstandigheden in Cuba en elders. Wetenschap vertrekt vanaf het fundamenteel onderzoek, maar we koppelen dat aan de ontwikkeling van een technologie om het resultaat toe te passen, we zetten de productie op, we brengen de toepassing in de praktijk en meten het resultaat.

Wij hebben 210 wetenschappelijke instituten voor onderzoek en productie. De ontwikkelingspool hier in het westen van Havana telt 47 wetenschappelijke instituten zoals Finlay, het Instituut voor moleculaire microbiologie, het Tropisch Instituut Pedro Kuri, enzovoort.

Vaccins zijn voor ons land een belangrijke prioriteit. Cuba wil zelf vaccins ontwikkelen en produceren. Behalve Finlay zijn er nog 25 andere instituten betrokken bij de studie en de ontwikkeling van vaccins. Het vaccin tegen hepatitis B (geelzucht), ontwikkeld, geproduceerd en gecommercialiseerd door het Cubaans Centrum voor Genetische Manipulatie en Biotechnologie, is onlangs officieel aanvaard door de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO). Cuba is nu officieel een bevoorrader van het hepatitis B-vaccin voor de WGO.

Vandaag staat Cuba vooral in de schijnwerpers met het vaccin tegen meningitis B. Waarom zijn jullie daar 20 jaar geleden mee begonnen?

Dr. Sierra: In 1982 heerste hier een epidemie van meningitis B. Er bestond geen vaccin in Cuba en elders. De Cubaanse staat besliste toen middelen vrij te maken om dat vaccin te ontwikkelen. De opdracht ging naar dr. Concepción Campa. Ik werkte met haar mee. Deze samenwerking is historisch: voor het eerst in de geschiedenis zal een vaccin dat ontwikkeld werd in een derdewereldland toepast worden in de geïndustrialiseerde wereld.

Al in 1985 startten we met de eerste klinische proeven bij de onderzoekers zelf, om de onschadelijkheid van ons product aan te tonen. In 1987 volgden de eerste tests op patiënten. Tussen '87 en '89 zetten we een vergelijkend onderzoek op in de zeven ergst getroffen provincies van het land. We betrokken belangrijke internationale groepen bij de testresultaten, ook uit de Verenigde Staten. Er wilden 106.256 vrijwilligers meedoen aan de studie. De helft van hen kreeg het vaccin, de andere helft een placebo. Na twee jaar vergeleken we de resultaten in beide groepen: het vaccin bleek voor 83 procent efficiënt te zijn. Van elke 100 infecties bij de niet gevaccineerden waren er maar 17 in de gevaccineerde groep. Het vaccin had ook geen nevenwerkingen.

Op basis van die resultaten zijn we vanaf 1989 een massale vaccinatiecampagne gestart van alle kinderen en jongeren tussen drie maanden en 24 jaar in ons land. We begonnen in de regio's en de leeftijdscategorieën die het meest risico liepen en breidden zo geleidelijk uit.

In 1989 was er ook in de Braziliaanse staat Sao Paolo een epidemie van meningitis B. Er kwam een verzoek om 50.000 doses van het vaccin te leveren. De studies die in Brazilië werden opgezet, althans die degelijk werden uitgevoerd, gaven gelijkaardige effectiviteitcijfers van 74 procent tot meer dan 90 procent. Vandaag zijn in totaal al meer dan 30 miljoen doses naar Brazilië uitgevoerd. Daarnaast bevoorraadt Cuba ook Argentinië, Chili, Uruguay, Colombia, enz.

Tot op vandaag is het Cubaanse vaccin het enige doeltreffende tegen meningitis B. Voor de twee andere groepen, A en C zijn allang goede vaccins voorhanden. Het meningitis C-vaccin is nu zelfs enorm verbeterd.

Dr. Montero: In het begin waren we eigenlijk niet echt van plan ons product te commercialiseren. We dachten helemaal niet in termen van 'verkopen'. Maar omdat de farmaceutische industrie zo agressief is, besloten we toch een internationaal patent te nemen. En maar goed ook! Ondertussen is de wereld drastisch veranderd door het wegvallen van de Sovjet-Unie. Dankzij dat patent moeten de multinationals ons serieus nemen. In 1993 kregen we een gouden medaille van de World International Property Organization (WIPO). Dat was een erkenning van de wetenschappelijke ontwikkeling in Cuba en bracht tegelijkertijd de waarde van het patent nog eens voor het voetlicht.

Vandaag zijn er vijftien landen die het product hebben geregistreerd, waaronder ook Syrië, Rusland en Zuid-Korea. Guatemala deed het vorige week. Al die landen gebruiken het vaccin om epidemische uitbarstingen te bestrijden. Alleen in Cuba is er een politiek van algemene vaccinatie tegen meningitis B. Nochtans is alleen het vaccin toedienen bij epidemieën ontoereikend: er blijft voortdurend een risico voor uitbarstingen, waar de niet-gevaccineerden uiteraard de dupe van zijn.

Hoe is de samenwerking met de multinational SmithKline-Beecham (SKB) tot stand gekomen?

Dr. Sierra: Jaarlijks zijn er méér dan 300.000 geregistreerde gevallen van meningococcen-meningitis (vooral A, B of C) in de wereld. A komt vooral voor in Afrika, B en C in de rest van de wereld. In de VS alleen zijn er jaarlijks 3.000 meningitis-gevallen met 250 doden. Het grootste deel daarvan is B, want tegen A en C zijn er effectieve vaccins beschikbaar. Het aantal meningitis-infecties door meningitis B blijft stijgen. Bovendien wordt het steeds meer ook een probleem van de rijke landen. SKB contracteerde ons op basis van de bewezen resultaten in Cuba en Latijns Amerika. We hadden een sterk wetenschappelijk prestige opgebouwd en we hadden het internationaal patent.

We gingen globaal gezien akkoord met de mogelijkheid van een wereldwijde commercialisering maar we stelden natuurlijk onze voorwaarden. We verdedigden onze rechten.

Dr. Montero: Voor ons was een alliantie met zo'n multinational een noodzaak. Zij kon de wereldwijde commercialisering verzekeren, iets wat voor ons onhaalbaar was. Tegelijk konden we zo de 'politieke verdachtmaking' van het vaccin doorbreken. Zolang we het alleen probeerden, zouden de vijanden van Cuba de verspreiding van het vaccin dwarsbomen.

Een eerste belangrijke barrière was de economische blokkade tegen Cuba. SKB is een Anglo-Amerikaans concern, hun grootste markt is die van de VS. Hetduurde twee jaar voor de zaak rond was. SKB organiseerde een stevige lobby naar het Amerikaans Congres, onder de stelling: "Dit vaccin is een noodzaak voor de VS en de geïndustrialiseerde wereld." Wetenschappers van overal ter wereld verdedigden het Cubaanse vaccin. Ook vanuit het Amerikaanse volk ontstond druk. De vele brieven van Congresleden aan het ministerie van Financiën dat het embargo tegen Cuba moet controleren, zorgden er uiteindelijk voor dat SKB een licentie kreeg om met Cuba samen te werken "wegens humanitaire en gezondheidsredenen voor de Verenigde Staten".

Deze samenwerking is historisch: voor het eerst in de geschiedenis zal een vaccin dat ontwikkeld werd in een derdewereldland zijn toepassing krijgen in de geïndustrialiseerde wereld.

Zei men niet dat het Cubaanse vaccin in Europa niet zou werken omdat het ongeschikt was voor de subtypes van de meningitis B-bacterie?

Dr. Sierra: De type B-bacterie heeft een complexe onderverdeling in subtypes, dat klopt. Maar al deze subtypes hebben veel gemeenschappelijk. Het Cubaanse vaccin werkt vooral tegen deze gemeenschappelijke antigenen en werkt tegen de verschillende subtypes. Dat is ondertussen bewezen. Maar uiteraard is de gevoeligheid voor alle subtypes niet dezelfde, bepaalde kunnen meer weerstand hebben en dus de effectiviteit van het vaccin verminderen. Hierop zijn we voortdurend blijven werken, we blijven continu de potentie van ons vaccin verhogen. Met de technologische mogelijkheden van SKB en de ervaring van ons instituut is het vaccin nog iets verbeterd, maar in essentie blijft het hetzelfde Cubaanse vaccin.

Binnenkort begint SKB in België met de klinische testfase van het Men-B-vaccin. Enkel zo'n uitgebreide toepassing op het terrein zal definitief kunnen aantonen wat we stellen. Wanneer het vaccin op de markt is, zullen de feiten voor zich spreken.

In een arm land als Cuba worden alle kinderen ingeënt tegen dertien ziekten. In het rijke België discussieert het ministerie vandaag nog altijd over welke groepen men tegen meningitis C zal vaccineren, omdat er niet genoeg geld is. Hoe kijkt u daar tegenaan?

Dr. Sierra: Dat is belachelijk. Geen geld? Geld is toch een kwestie van prioriteiten stellen! Dat is het geheim van de succesvolle vaccinatiecampagnes in Cuba: prioriteiten stellen. De rest is kletskoek. Hoe kan er nu in zulke rijke landen als die van de Europese Unie onvoldoende geld zijn voor een degelijke volksgezondheid?

Onlangs stapten zes volleybalspelers uit de Cubaanse ploeg, ze willen in Italië prof-volleybalspelers worden. De enorme aanbiedingen om Cubaanse sportlui uit te kopen, zijn bekend. Gebeurt niet hetzelfde bij de topwetenschappers?

Dr. Sierra: Het klopt dat er aanbiedingen zijn. Enerzijds aantrekkelijke financiële voorstellen, zowel in de sport, als in de wetenschap en cultuur. Soms laten individuen zich verleiden, ze verraden hun land dat hen alles heeft gegeven wat ze zijn geworden. Velen van ons zijn zonen of dochters van gewone arbeiders of boeren, die hebben kunnen studeren en zich specialiseren dankzij de revolutie. Zonder het socialisme zouden we nergens zijn gekomen. Anderzijds is er sinds de revolutie een bewuste politiek tegen Cuba om onze mensen te laten deserteren. In 1959-1960 was er een goed georchestreerde beweging om de Cubaanse artsen naar het buitenland te laten vluchten. Van de 6.000 artsen verlieten 3.000 ons land, wat de startfase van de revolutie bemoeilijkte. Maar ondertussen hebben we meer dan 60.000 artsen!

Ja, onze wetenschappers worden benaderd door de westerse industrie. Maar het aantal overlopers is beperkt. Wij Cubanen vinden dat de mensen in de wereld een beter lot kunnen hebben dan vandaag. We zetten ons daarvoor in.Dat houdt ons hier. Zeg maar gerust dat vandaag elke topsporter of wetenschapper benaderd wordt. We zijn een volk met idealen. Zo worden we grootgebracht. We verdedigen de idee dat een maatschappij zich planmatig kan ontwikkelen, dat de mensen in de wereld een beter lot kunnen hebben dan vandaag.

De mensen aan de top zijn het resultaat van een brede en stevige basis van vorming en opleiding van tienduizenden jongeren in de sport en de wetenschappen. Met ons socialistisch systeem krijgen alle jongeren die aanleg hebben de kans zich te ontplooien. Onze resultaten tonen aan wat voor een verspilling het kapitalisme veroorzaakt! Kijk naar de Olympische Spelen. Een klein arm land als Cuba met 10 miljoen inwoners kan zich in prestaties en medailles meten met de rijkste landen. In Barcelona haalden we de vijfde plaats, in Sydney de achtste. Als Cuba deze mooie resultaten kan halen met zo'n kleine bevolking en weinig middelen, wat voor resultaten blijven dan niet onontgonnen in de kapitalistische wereld door niet een gelijkaardige politiek te voeren als op Cuba?

Het Finlay-instituut heeft een web-pagina waarop o.a. alle studies die rond het Meningitis B werden gepubliceerd kunnen worden geraadpleegd: www.sld.cu/instituciones/finlay (Ook tegen kanker en aids)

Dr. Sierra: "Cuba organiseert al meer dan 40 jaar massale vaccinatie-campagnes. Polio of kinderverlamming is hier al uitgeroeid in 1961, slechts twee jaar na de revolutie van 1959. We waren hierin het eerste land in Amerika, vóór de Verenigde Staten. In de loop van de jaren '90 zijn ook mazelen, rubella en bof verdwenen uit Cuba. Vandaag wordt elk Cubaans kind gratis ingeënt tegen dertien ziektes.

We commercialiseren niet alleen het gekende vaccin tegen meningitis B (en C), het Va-MenGOC-BC(r), maar ook tegen tetanus, hepatitis B, naast een trivalent vaccin tegen leptospirose. Binnen twee jaar commercialiseren we ook vaccins tegen tyfus (polysacharide Vi), hemofilus influenza, meningitis AC, een gecombineerd vaccin tegen difterie, tetanus, kinkhoest (DPT), en andere combinaties: DPT + hepatitis B, DPT + hepatitis B + Hemofilus influenza, DT + Vi.

We hebben ook onderzoeksprojecten lopen. Zo staat de ontwikkeling van een vaccin tegen cholera op een vergelijkbaar niveau met de Verenigde Staten en Zweden. In het centrum voor moleculaire immunologie is er een onderzoekslijn naar therapeutische vaccins tegen kanker, waarmee we ook op internationaal niveau staan.

En daarnaast lopen belangrijke projecten voor vaccins tegen dengue (knokkelkoorts) en tegen aids. In dat laatste project werd een pré-vaccin in klinische testen uitgeprobeerd, om op basis van de resultaten het werk verder te zetten. Nu wordt een tweede testfase voorbereid."