Ziekenfondspremies rijzen de pan uit

Verdere tweedeling in de zorg wordt voorbereid

Door Jan Cleton

De ziekenfondspremies stijgen dit jaar met gemiddeld 92 procent, maar door te veranderen van ziekenfonds zouden verzekerden de extra kosten met honderden euro's per jaar kunnen beperken. Gezondheidszorg als quiz, wie het raadt mag door naar de volgende ronde, de rest valt af.

Wiegel deed er nog een schepje bovenop: Ziekenfondspatiënten moeten meer vrijheid krijgen in het samenstellen van hun polis. Het zou mogelijk moeten zijn tegen een lagere premie een hoger eigen risico te nemen, zoals particulier verzekerden dat ook kunnen doen. Wiegel vroeg de overheid verder de nominale premie die ziekenfondsen (de zorgverzekeraars dus) heffen, uit de collectieve lasten te halen.

In Nederland zijn ongeveer 10 miljoen mensen verzekerd via het ziekenfonds. De rest is particulier verzekerd. In feite was daarmee al de echte premie naar draagkracht van de baan. Er was dus al een fundamentele financiële tweedeling in de zorg. Deze financiële grens wordt van overheidswege vastgesteld en ook de nominale premiehoogte. De ziekenfondspatiënt moet genoegen nemen met het ook door de overheid bepaalde - en steeds verder uitgeklede - basispakket gezondheidszorg. De particulier verzekerde kan eenvoudig een nog wat luxer pakket 'kopen', of een hoger eigen risico nemen. De ziekenfondsverzekerde kan als het aan Wiegel ligt kiezen voor minder premie in combinatie met minder zorg. Is Wiegel dan gek?

Wiegel is niet gek

De voorzitter van Zorgverzekeraars Nederland (ZN) en VVD-coryfee, Hans Wiegel, komt natuurlijk op voor de winst van de aandeelhouders van de zorgverzekeraars die hij vertegenwoordigt. Het heeft dus niets te maken met de vrijheid van keuze voor ziekenfondsverzekerden. Met de toenemende vergrijzing neemt ook de zorgvraag toe. Dat klopt, en dat daarmee de kosten stijgen ook. Bij een ziektekostenstelsel op basis van solidariteit, gewoon premie betalen naar draagkracht onder supervisie van de overheid, zou het allemaal best betaalbaar, begrijpbaar en werkbaar blijven. Maar nu worden de verpleegkundigen en andere verzorgenden 'gek' door de werkdruk die niet opweegt tegen het salaris, zij voelen zich als mens tekortschieten omdat ze niet voldoende aandacht aan de patiënt kunnen schenken. Het is lopende bandwerk geworden, waarbij de band steeds sneller gaat lopen. De premiebetalers worden 'gek' omdat ze op de valreep naar een goedkopere oplossing moeten zoeken. Gelukkig helpt de FNV daarbij. Maar waarom is dat allemaal nodig? Omdat voor werkgevers het onderhoud van de arbeidskracht een onkostenpost is, omdat zij vinden dat zij dat betalen. Daarom willen zij dat de nominale premie niet van het salaris afgaat. Omdat bij privatisering van de zorg de aandeelhouders ook nog een dik belegde boterham willen. Dat past in een maatschappij waar profiteurs rijk worden van andermans arbeid en ongeluk.