De situatie in Venezuela

Van Communistische Partij van Venezuela

Op het moment dat de staking in Venezuela verloopt en de regering en 'Chavistas' hun greep op de samenleving versterken, kwam de Communistische Partij van Venezuela bijeen en maakte de volgende analyse.

Sinds 2 december vindt er een aanval door de fascistische en reactionaire sectoren uit de maatschappij plaats. Sabotage en economische wurging, een internationale interventiecampagne met medewerking van de OEA (Organisatie van Amerikaanse Staten), terroristische acties en moorden, een psychologische- en media-oorlog, alles onder het mom van democratie en een 'oplossing' voor het conflict middels tussentijdse verkiezingen, moeten deze aanval ondersteunen. Het is een strijd tussen het oude dat niet wil verdwijnen en het nieuwe dat zich aan het ontwikkelen is.

Zoals we al eerder hebben gezegd is het Noord-Amerikaanse imperialisme de grote bedenker van deze oorlog, van dit 'conflict van lage intensiteit' tegen het volk van de Bolivariaanse revolutie. Het stond al in het 'Santa Fe IV'-document: het Bolivarianisme is de nieuwe vijand van de plannen voor overheersing die zijn uitgezet voor Latijns-Amerika. Het Bolivarianisme en de Latijns-Amerikaanse en Caribische integratie staan lijnrecht tegenover de neoliberale doctrine en de ALCA.

De reactionaire aanval is afgezwakt door de volksbeweging, die ook in december in actie kwam. De sabotage bij de PDVSA (oliebedrijf) is bijna overwonnen, en het Venezolaanse volk zal binnenkort een oliemaatschappij hebben die de opbouw van het vaderland van Bolivar ondersteunt. Dit proces van herstel zal langzaam, met veel moeilijkheden en ook fouten gepaard gaan. Organisatie en controle door het volk kunnen het proces van herstel van PDVSA garanderen. De zogenaamde actie tot belastingongehoorzaamheid heeft ook geen succes gehad en de regering zal de belastingontduikers straffen. Het volk heeft de aanvallen op het openbaar onderwijs weten te stoppen. Alleen de private lagere en middelbare scholen zijn nog gesloten, waartegen maatregelen genomen zullen worden. De bank handhaaft de beperkte openingstijden en, zolang de normale openingstijden voor het publiek niet hersteld worden, zullen ook hier de legale sanctiemiddelen gebruikt worden. De spaarders en de regering zijn begonnen hun rekeningen over te boeken naar de staatsbank. Het dreigende voedseltekort (1), door de fascisten gestimuleerd, moet zo snel mogelijk ongedaan gemaakt worden.

Onder leiding van de CIA en het ministerie van Buitenlandse Zaken van de VS hebben de contrarevolutionairen al hun fascistische ervaringen, zoals tegen het Chili van Allende, het Sandinistische Nicaragua en het Cuba van Fidel, bij elkaar gevoegd. Het is een moeilijke situatie waarin de revolutionairen en het volk, samen met de nationale regering, de revolutie moeten verdedigen binnen de Bolivariaanse grondwet, met respect en op legale wijze. En dat is moeilijk, omdat de nieuwe staat nog niet gecreëerd is, de gehele juridische regelgeving zoals het revolutionaire proces vereist, nog niet helemaal klaar is en de reactionairen geen grondwet noch andere legale middelen respecteren.

Op dit moment is het nodig dat de partij en de jongerenorganisatie een nieuwe kwalitatieve en kwantitatieve sprong maken, een sprong op het gebied van actie en vernieuwing van hun werkmethodes om antwoord te kunnen geven op de mogelijke nieuwe scenario's. Onze sprong moet een sprong met de massa zijn, die onze wijze van organisatie en mobilisatie van het volk verbetertom zo de fascistische samenzwering te vernietigen.

De partij heeft de situatie correct geanaliseerd en heeft een juiste politieke oriëntatie gehad. Het belang van het definitief opbouwen van de macht van het volk wordt steeds duidelijker. Dit proces dat zich aan het ontwikkelen is, is noodzakelijk en moet worden voortgezet met activiteiten zoals de manifestatie van 23 januari, de bijeenkomsten van studenten, van ouders en vertegenwoordigers in het onderwijs, de opbouw van een controle door het volk en de verzekering van de levering van brandstof, gas en andere consumptiegoederen die door de fascistische samenzweerders geboycot worden.

We moeten coöperaties en productie-eenheden gecontroleerd door de arbeiders opzetten, die in het gebrek aan basisproducten kunnen voorzien. Ook moeten er prikkels gegeven worden aan de industrie en de nationale economie om werkloosheid tegen te gaan.

Het is nodig dat de staat de mogelijkheden die ze heeft om tegen terroristen en fascisten op te treden ook gebruikt, dat de energieke redevoeringen van de president ook in effectieve maatregelen worden omgezet. De afwezigheid van een gezamenlijke leiding blijft invloed hebben op de organisatie en eenheid van de krachten die het revolutionaire proces ondersteunen. Er is geen daadwerkelijke ruimte voor discussie over de gezamenlijke strategie, voor de antwoorden en de aanvalsplannen die op dit belangrijke moment nodig zijn.

Er wordt niet genoeg gebruikgemaakt van technologische vooruitgang en middelen. Het is nodig de media-oorlog te winnen en dat kan nooit met de middelen waarover we beschikken. Een regering kan niet vooruit zonder een krant, zonder een modern telecommunicatiesyteem, radio en televisie.

Tijdens deze periode van confrontatie heeft er bij de arbeiders een grote sprong voorwaarts plaatsgevonden op het gebied van organisatie tegen het fascisme. Het zijn de arbeiders van de PDVSA geweest die de sabotage van de 'hoge heren' hebben gebroken, het waren de arbeiders van de basisindustrieën die het stopzetten van de productie van ijzer, aluminium en elektrische energie hebben voorkomen.

We kunnen nu zeggen dat de Venezolaanse arbeidersklasse zich meer bewust geworden is en een grotere bereidheid heeft gekregen om het revolutionaire proces te verdiepen en de confrontatie met de lakeien van het imperialisme aan te gaan.

Op internationaal gebied vertegenwoordigt Venezuela en zijn revolutionaire proces een stimulans voor de strijd van vele volken en de strijd voor nationale bevrijding. Het is een voorbeeld dat een andere wereld mogelijk is en een alternatief voor het neoliberale kapitalisme en de kapitalistische globalisering. Venezuela, samen met Cuba, Brazilië en Ecuador scheppen verwachtingen. Venezuela verzet zich tegen de 'ALCA' en stelt hier een Bolivariaanse (politieke, economische en militaire) integratie tegenover, gebaseerd op wederzijds respect en solidariteit. Venezuela verwerpt het "Plan Colombia" en het "Initiativa Regional Andina".

De OEA (Organisatie van Amerikaanse Staten) is een instrument in handen van het Noord-Amerikaanse imperialisme. Haar rol is niets anders dan het legitimeren en voorbereiden op een interventie in het gebied. Er zijn sectoren die de agressie van het Noord-Amerikaanse imperialisme tegen het volk en de Venezolaanse regering bij de VN willen aangeven. Dit voorstel wordt door ons bestudeerd.

Op dit moment van confrontatie met het imperialisme is internationalesolidariteit, steun van de revolutionairen, de progressieven en de volksbewegingen in de wereld aan het Venezolaanse volk en het revolutionaire proces in Venezuela meer dan ooit nodig.

We stellen onze broeders en zusters in de wereld voor om manifestaties ter ondersteuning van de Bolivariaanse revolutie te organiseren, in het bijzonder op 23 januari; om solidariteitsbrigades met de Bolivariaanse revolutie te organiseren en de Venezolaanse realiteit in de wereld bekend te maken via andere media dan die in dienst van de fascistische coupplegers.

Het "Foro Social" in Porto Alegre in Brazilië van 23 tot 28 januari is een forum van vitaal belang om de werkelijkheid van het Bolivariaanse proces te verspreiden en een mogelijkheid om het proces te leren kennen. Op 14 april staat er een internationale solidariteitsbijeenkomst met de Bolivariaanse revolutie op de agenda.

Initiatieven, zoals de Bolivariaanse solidariteitskaravaan, die vanuit Bógota naar Carácas is vertrokken, op initiatief van het Colombiaanse volk dat ook strijdt tegen het "Plan Colombia" en de terroristische politiek van Álvaro Uribe Vélez, zijn uitdrukkingen van onschatbare waarde en steun. Ook de "Campaña Admirable de Bolívar", die opnieuw georganiseerd zal worden is een initiatief dat de mobilisatie ondersteunt.

De illegale campagne van de reactionairen voor een referendum is bedoeld om het conflict aan te scherpen. Tot dit referendum wordt opgeroepen door de "Consejo Nacional Electoral" (CNE) een illegale raad waarvan een belangrijk lid leider en woordvoerder was van de "Coördinadora Antidemocrática" Het is een referendum waarvan de ondertekenaars niet bekend zijn en waarvan de handtekeningen van de ondertekenaars nooit zijn geplubiceerd, zodat ze ook niet geverifieerd kunnen worden. De beslissing van het TSJ (Hoog Gerechtshof) is beslissend: als het TSJ besluit om dit referendum te annuleren wordt de grondwet gerespecteerd, als het wordt goedgekeurd sluit dit tribunaal zich opnieuw aan bij hen die de grondwet niet respecteren om de macht te kunnen grijpen en de rijkdom van het volk aan de multinationals te geven. De CNE is nu 'vrijwiligers' aan het organiseren uit de 'burgerbevolking' om bij het proces te helpen. De stemmen zullen natuurlijk met de hand geteld worden, net als in de tijd van de AD en COPEI.

Als het TSJ het referendum goedkeurt zullen we ons moeten voorbereiden om het volk naar de stembus de laten gaan, om de stemming te controleren en om een strategie te bepalen die de afkeuring van de meerderheid van het volk aan dit illegale referendum duidelijk maakt.

De Zesde Plenaire van het Centraal Comité bekrachtigt dat de opbouw van de volksmacht de enige garantie biedt om in de omvorming van de staat vooruitgang te boeken. Tegenover de voorstellen tot het referendum, de grondwettelijke hervormingen of vervroeging van verkiezingen stellen wij communisten de opbouw van de 'Poder Popular Constituyente' (wettelijke macht aan het volk). Een macht die de staat moet omvormen en de juridische regelgeving, die het revolutionaire proces vereist, tot stand moet brengen. Een wettelijke macht die de Bolivariaanse Grondwet respecteert. Een macht die het hoofd moet bieden aan de fascistische en reactionaire opstand.

  1. De samenzweerders houden voedselvoorraden achter, zodat het volk niet voldoende kan kopen.

(*) Carácas, 11 en 12 januari 2003, Zesde plenaire van het Centraal Comité

(Vertaling Anne Vervoorn)