Irak en de strijd om markten, grondstoffen en olieprijs

 

 

 

Washington bestaat uit vertegenwoordigers van de olie- en wapenindustrie en de banken. Zij hebben maar één doel: het veiligstellen van hun privébelangen en gaan daarvoor over lijken.  

Door Jos van Bergen

De strijd om Irak gaat om afzetmarkten, investeringen en winsten (kapitaalmarkten), de controle over de grondstoffen en om de olieprijs. Hoe hard de VS het in hun propaganda ook ontkennen, hun bemoeienis met het Midden-Oosten heeft alles te maken met olie. Zo luidde de conclusie in het vorige nummer van Manifest. "De 'edele motieven' achter de oorlog van de VS tegen Irak bestaan dus uit olie, olie en olie." In dit nummer aandacht voor de olieprijs.

Het is inmiddels duidelijk dat de strijd in de VN-Veiligheidsraad slechts een schimmenstrijd is waarachter zich een enorme economische belangenstrijd afspeelt. Eén van die belangen is de olieprijs, die gewoonlijk wordt uitgedrukt in Amerikaanse dollars per vat. Sinds kort is hier verandering in gekomen. In november 2000 stemden de VN in met het verzoek van Irak om olietransacties in het kader van het 'olie voor voedsel'-programma af te wikkelen in euro's. Daarmee werd de bijl aan de wortel van de oliedollar en de zogenaamde 'dollarhegemonie' gelegd.

De hegemonie van de dollar

Volgens een artikel van Henry Liu in de Asian Times kan de dollarhegemonie alleen bestaan als de dollar wereldvaluta blijft. Het artikel beschrijft de wereldhandel als een spel waarbij de VS dollars creëren en de rest van de wereld de goederen produceert die met dollars gekocht kunnen worden. De producerende landen ruilen hun goederen voor dollars om de rente op hun in dollars genoteerde buitenlandse schulden te kunnen betalen en om hun eigen valuta te ondersteunen. Die steun is nodig als bescherming tegen valutaspeculanten en manipulatie van hun eigen valuta. Daarvoor moeten de centrale banken in die landen reserves in dollars aanhouden, die in overeenstemming zijn met de hoeveelheid eigen geld in circulatie en de neerwaartse druk op die valuta. Hoe hoger die druk, hoe groter de dollarreserves die de centrale banken moeten aanhouden. Hierdoor en door de groei van de eigen economie stijgt de vraag naar dollars en wordt de dollar sterker. Deze dollarhegemonie wordt in de eerste plaats dus veroorzaakt door het feit, dat essentiële goederen - met name olie - verhandeld worden in dollars. Iedereen accepteert dollars omdat er met dollars olie gekocht kan worden. De oliedollars van de olieproducerende landen vloeien terug naar de VS op grond van afspraken met de OPEC in ruil voor het tolereren van het bestaan van het kartel door de VS sinds 1973. Die dollars worden genvesteerd in waardepapier in de VS die daarmee in hun kapitaalbehoefte voorzien. Dat is de tweede peiler van de dollarhegemonie.

Dollarbiljetten van de drukpers

In een groeiende wereldeconomie met de dollar als standaardvaluta komt het er dus op neer dat de landen buiten de VS produceren om dollars in handen te krijgen en dat de VS dollars creëren om goederen in handen te krijgen. Maar waar komen die dollars dan vandaan? Het artikel vervolgt: sinds 1971, toen president Nixon de dollar loskoppelde van de gouden standaard, is de dollar een wereldwijd monetair instrument in handen van de VS, dat alleen door de VS zelf geproduceerd kan worden via een 'fiat', een handtekening dus. Voor papiergeld houdt dit in dat slechts een fiat nodig is om de geldpers nieuwe dollarbiljetten te laten drukken. Het artikel stelt dan ook vast dat in de kern alle goederen die in dollars verhandeld worden, waar ook ter wereld, goederen in handen van de VS zijn. Als de olie in dollars verhandeld wordt en de dollar fiatgeld is, dan bezitten de VS alle olie op de wereld in wezen voor niets. En hoe meer dollars er gedrukt worden, hoehoger de prijzen van de goederen zullen stijgen. Het artikel concludeert dan ook, dat een sterke dollar dubbel gewin brengt.

Aantasting van de hegemonie

Nu wordt langzaam duidelijk waarom de VS jarenlang een structureel handelstekort konden hebben zonder dat de dollar in waarde kelderde. De nieuw gecreëerde dollars worden in de producerende landen gedeeltelijk aangehouden als reserve bij de centrale banken, en gedeeltelijk komen zij terug in de vorm van oliedollars, die in het schuldpapier geïnvesteerd worden waarmee de nieuwe dollars gecreëerd werden. Dit werkt natuurlijk alleen zolang de dollar de wereldvaluta is. En die functie wordt nu sinds kort ondermijnd door de opkomst van de euro.

De krakende dollar

De vraag is hoe lang de VS dit spel nog kunnen volhouden. De economische crisis heeft hard toegeslagen, het handelstekort bedraagt 5 procent van het bruto nationaal product, de staatsschuld is opgelopen tot 6,3 biljoen (6.300 miljard) dollar - ruim 60 procent van het nationaal product - en het begrotingstekort bedraagt rond 350 miljard dollar, nog afgezien van de kosten van de oorlog tegen Irak. De koers van de dollar staat dan ook zwaar onder druk. Sinds begin vorig jaar is de dollar ten opzichte van de euro ruim twintig procent in waarde gedaald, en het ziet er niet naar uit dat er spoedig een einde aan die daling komt. Het vertrouwen in de fiatdollar als wereldvaluta staat op het spel. Irak verkoopt zijn olie inmiddels tegen euro's. Iran maakte in augustus 2002 bekend te overwegen olieleveranties aan de EU in euro's af te rekenen. Venezuela heeft inmiddels met verschillende landen contracten afgesloten voor olieleveranties in ruil voor goederen of diensten. Cuba gaat bijvoorbeeld medische klinieken voor Venezuela opzetten in ruil voor olie. Libië dringt er bij de OPEC sinds enige tijd op aan alle olie van de OPEC-landen in euro's af te rekenen.

De opkomst van de euro

Los hiervan hebben verschillende landen besloten een deel van hun valutareserves niet langer aan te houden in dollars, maar in euro's. Hieronder bevinden zich Rusland, China, Taiwan, Canada, Venezuela en Iran dat naar schatting ruim vijftig procent van zijn reserves in euro's aanhoudt. Sinds begin december is Noord-Korea voor zijn internationale betalingen overgestapt van dollars op euro's. Business Week verwacht, dat eind 2003 ongeveer twintig procent van de totale valutareserves zal worden aangehouden in euro's. Onder invloed van al deze bewegingen is de dollar in de afgelopen maanden verder sterk in waarde gedaald en is de olieprijs in dollars verder gestegen. Het is niet uit te sluiten, dat de economische crisis in de VS hierdoor over kan slaan op de financiële markten met een wereldwijde financiële crisis als gevolg.

De strijd om leven en dood

De euro is dus één van de instrumenten waarmee de EU de wereldheerschappij van de VS aanvecht, daarbij gesteund door andere landen die het slachtoffer dreigen te worden van de agressieve politiek van de VS. De strijd tussen de imperialistische machtsblokken om de markten, noodzakelijk gemaakt door de crisis in de wereldeconomie, is in volle gang. In die strijd grijpt de politiek in de VS naar het middel van de oorlog, die mogelijk uit kan draaien op een wereldoorlog. Mensenlevens spelen in die strijd geen enkele rol. De wereldbevolking is op grote schaal de dupe van de kapitaalgroepen die elkaar bestrijden om zelf in de kapitalistische crisis te kunnen overleven. Daarom is aanhoudend verzet tegen de oorlog des te meer noodzakelijk. Geef uitdrukking aan dit verzet, demonstreer mee op 22 maart in Amsterdam!