VS: Economische teruggang kost nog eens 100.000 banen

Door Patrick Martin

Volgens cijfers die afgelopen vrijdag door het Amerikaanse ministerie van Arbeid bekendgemaakt werden, daalde de werkgelegenheid in maart met 108.000 banen. Tevens werden de cijfers over februari herzien en het oorspronkelijke aantal van 307.000 verdwenen arbeidsplaatsen werd bijgesteld tot 357.000, een aanzienlijke verslechtering. Sinds de jaarwisseling is de werkgelegenheid in de VS met meer dan een half miljoen banen afgenomen, en sinds George W. Bush zijn intrek nam in het Witte Huis zelfs met 2,6 miljoen.

Ondanks het voortdurende wegvallen van arbeidsplaatsen is het officiële werkloosheidspercentage blijven steken op 5,8 procent, omdat duizenden arbeiders buiten de telling van de beroepsbevolking kwamen te vallen en niet meer opgenomen worden in het aantal werkzoekenden. Ook door het oproepen van 210.000 militaire reservisten in februari en maart vertonen de cijfers een vertekend beeld.

Het aantal banen in de industrie liep terug met 36.000, en in de transportsector met 13.000. Alleen al in de luchtvaartindustrie zijn er sinds januari 2001 al 159.000 banen geschrapt. Na een periode van buitengewoon slecht winterweer in de noordelijke staten nam het aantal banen in de bouw met 21.000 toe. In de financiële sector en in de onroerendgoedsector steeg het aantal banen met 12.000, vooral dankzij de groei in de markt voor tweede hypotheken.

Een ander rapport van het ministerie van Arbeid dat afgelopen donderdag gepubliceerd werd gaf aan dat het aantal nieuwe aanvragen voor werkloosheidsuitkeringen tegen eind mei zal zijn toegenomen van 38.000 tot 445.000. Dit betekent het hoogste aantal nieuwe aanvragen in bijna een jaar. Het maandelijks gemiddelde van nieuwe aanvragen bereikte voor de vijfde opeenvolgende week het punt van 400.000. Economen in de overheid en de zakenwereld beschouwen dit niveau als een teken van extreme slapheid in de banenmarkt.

Een hele rits andere verslagen toonde de teruglopende groei en zelfs een onmiskenbare inkrimping van de Amerikaanse economie aan: het Institute for Supply Management, dat de belangen van de inkopers behartigt, maakte op 1 april bekend dat het indexcijfer dat de gezondheid van de bedrijven weergeeft in maart een inkrimping vertoonde, voor het eerst sinds januari 2002.

Het ministerie van Handel rapporteerde op 2 april dat het aantal opdrachten aan fabrieken in februari met 2,1 procent terugliep, ondanks een stijging van 27,1 procent in de militaire productie. De achteruitgang in de commerciële luchtvaart, de computerindustrie, de chemie en de industriële machinebouw belandde in de dubbele cijfers. Dit is de eerste daling sinds afgelopen oktober.

De fabrieksvoorraden stegen in februari met 0,4 procent die bovenop de stijging van 0,1 procent van januari komt. Dit betekent dat de onverkochte goederen zich beginnen op te stapelen.

Onderzoeken naar fabrikanten van bijkantoren van de Federal Reserve Bank in Philadelphia, New York City en Richmond brachten een achteruitgang in het aantal opdrachten en uitbestedingen aan het licht.

De index van het consumentenvertrouwen van de Conference Board, hét onderzoeksinstituut van het bedrijfsleven, daalde in maart tot het diepste punt in bijna tien jaar, tot 62,6 (waarbij het getal 100 gezien wordt als hetneutrale punt tussen pessimisme en optimisme over de toekomst van de economie).

Het bureau voor statistiek, het Census Bureau, maakte bekend dat het aantal nieuw te bouwen huizen in februari met 11 procent daalde, terwijl de hypotheeklasten lager zijn dan de afgelopen dertig jaar.

De 'New York Times' merkt in een pessimistisch verslag over de vooruitzichten van de Amerikaanse economie op, dat de opeenvolging van 'ongelukkige' schandalen bij Enron, WorldCom en andere megabedrijven en nu de oorlog tegen Irak, bijgedragen hebben aan de stagnatie van de afgelopen twee jaar.

"Nu we elke maand nieuwe ontslagen en andere bezuinigingen bij de bedrijven zien, beginnen de uitzonderingen zich meer tot een regel te ontwikkelen", aldus de krant. "In toenemende mate maken de bedrijfsmanagers en verschillende economen zich er ongerust over dat de trage groei van de afgelopen drie jaar de nieuwe realiteit is, die het de arbeiders en de investeerders nog wel enige jaren moeilijk zal maken."

De 'Times' citeerde een toespraak van 20 maart door William McDonough, de voorzitter van de Federal Reserve Bank van New York, die wat betreft zijn invloed op het economisch beleid alleen voorafgegaan wordt door Alan Greenspan, de voorzitter van de Federal Reserve Bank. "De effecten van het uiteenspatten van de zeepbel zijn hardnekkiger en diepgaander gebleken dan verwacht", verklaarde McDonough, waarbij hij in het bijzonder verwees naar de boekhoudpraktijken en het slechte management van de bedrijven.

De maand maart heeft ook een aantal financiële debacles te zien gegeven die zonder de oorlog de krantenkoppen beheerst zouden hebben. Magellan Health Services, het grootste bedrijf op het gebied van de geestelijke gezondheidszorg vroeg op 11 maart het faillissement aan. De in surseance verkerende telecomgigant WorldCom kondigde 45 miljard aan afschrijvingen op goodwill aan, aan wat er in het verleden teveel betaald werd voor overnames. De waarde van de overige activa en bezittingen van in totaal 44,8 miljard dollar wordt door afschrijvingen teruggebracht tot slechts 10 miljard dollar. In totaal wordt er dus 79,8 miljard dollar afgeschreven op de bezittingen.

Ford Motor Company verklaarde dat het de productie in het tweede kwartaal met 17 procent zou verminderen. Intel, de grootste producent van computerchips, stelde de verkoopverwachtingen voor het eerste kwartaal naar beneden bij. De beurswaakhond Securities and Exchange Commission beschuldigde HealthSouth, een grote firma in de gezondheidszorg, van boekhoudfraude ter waarde van 1,4 miljard dollar.

Het feitelijke ineenstorten van de luchvaartindustrie overschaduwt deze rampen nog. De Air Transport Association, het samenwerkingsverband binnen de luchtvaartindustrie, maakte aan het Congres bekend dat de industrie dit jaar 11 miljard dollar zou verliezen, na eerdere ramingen van 7 miljard dollar vanwege de gevolgen van de oorlog tegen Irak op het luchtverkeer. Op dezelfde dag vroeg de grootste Canadese luchtvaartmaatschappij, Air Canada, het faillissement aan. American Airlines, de grootste in de VS, voorkwam het faillissement voorlopig, toen de vakbonden akkoord gingen met toegevingen ter hoogte van 1,8 miljard dollar, om onmiddellijke liquiditeitsproblemen af te wenden.

Vertaling Frans Willems