Internationale pers klaagt de Spaanse regering aan voor bedrog over ETA

Verlies PP harde klap voor de informatievoorziening handlangers Aznar

 

Door Jenaro Villamil

Terwijl om 22.00 uur kanaal 5 (cadena telecinco) berichtte dat de "Partido Popular haar regeringsmacht na acht jaar verliest", onderbrak de regeringszender (TVE) op mysterieuze wijze haar uitzending over de verkiezingen en ging vervolgens over op voetbaluitslagen. Op hetzelfde moment begon de boodschap "OlÚ, Urdaci a Infojobs!" op vele mobiele telefoons te circuleren. Urdaci is de belangrijkste nieuwslezer van de regeringszender, die hiermee naar de website voor het zoeken van werk wordt verwezen. De commentator is het symbool voor de media in handen van de PP geworden.

Zo werd duidelijk dat deze televisiezender ook de grote nederlaag van 14 maart moest incasseren, vanwege haar manipulatie en partijdigheid die diende als verlenging van de politiek van Aznar en aanzette tot haat tegen het nationalisme in Spanje en de niet gewenste politieke organisaties, zoals de Catalaanse Ezquerra Republicana (linkse Republikeinen), de verboden Batasuna uit Baskenland en alle andere groepen die uiting gaven aan hun oppositie tegen de intolerante politiek van Aznar. Na de aanslag van 11 maart werd de politieke kleur en censuur overduidelijk.

Voor veel Madrilenen zijn de uitslagen van 14 maart niet alleen een duidelijke afstraffing voor de acht jaar PP-regering, maar ook een politiek antwoord op de desinformatie van de belangrijkste Spaanse televisiezender, "die ons vergiftigd heeft met afval en aznarisme".

Zelfs nog op de avond vóór de verkiezingen, terwijl meer dan 30.000 mensen vanaf 18.00 uur protesteerden voor het hoofdkantoor van de PP op de Plazas van Atocha en Sol in Madrid tegen de buitenlandse politiek van Aznar en tegen het verzwijgen van de informatie over de daders van de aanslagen, zond TVE deze protesten niet uit.

Ondanks dat dit een zogenaamde dag van rouw was en er geen verkiezingspropaganda gemaakt zou worden, werd om 21.00 uur de officiële kandidaat voor de PP, Mariano Rajoy "toestemming" gegeven om de protesten voor het kantoor van de PP illegaal te verklaren.

Deze protesten waren het resultaat van alternatieve communicatie. Door middel van het Internet, mobiele telefoons, flyers en muurschilderingen in de straten en metrostations van Madrid, heeft een belangrijk deel van de publieke opinie zich tegen de officiële versie en leugenachtigheid van de massacommunicatiemiddelen gekeerd. Misschien met uitzondering van de radiozender SER, (eigendom van de groep PRISA, de andere grote mediagigant), en bepaalde informatieve programma's van telecinco.

Vandaar dat een van de meest gehoorde kreten tijdens deze protesten was: "Dit wordt niet uitgezonden op TVE", als duidelijke referentie aan de regeringszender. En voor de camera's van deze zender werd geroepen: "Televisie, manipulatie!".

"Hetzelfde gebeurde tijdens de protesten tegen de oorlog in Irak", zei Alberto, een ex-lid van Izquierda Unida. "Terwijl we hier in de straten van Madrid met bijna 1 miljoen mensen waren, zond de officiële televisiezender niets uit of gaf desinformatie. We werden als een stelletje gekken afgeschilderd. Wat er nu gebeurt, is het gevolg van deze politiek die de mening van de mensen niet serieus neemt", zei hij.

De politiek van controle en desinformatie van de regering Aznar bleek duidelijk na de aanslagen op donderdag 11 maart. De officiële media oriënteerden allemaal hun nieuws en commentaren op de eerste versie, waarin de ETA verantwoordelijk werd gesteld voor de aanslagen die 200 doden en meer dan 1400 gewonden tot gevolg hadden. Pas toen de internationale zenders, zoals de BBC en CNN, met groeiende invloed in Spanje, de mogelijkheid van radicale islamieten als daders van de aanslagen begonnen te ventileren, veranderde de Spaanse media hun commentaren.

De buitenlandse correspondenten beklaagden zich zaterdag over de druk die door de regering Aznar uitgeoefend werd, om vooral de ETA als dader te blijven noemen. Vanaf donderdag ontvingen ze opdrachten van de Moncloa (regeringsgebouw) om deze versie te verspreiden. Het dagblad El País berichtte zondag dat José María Aznar twee keer met de directeur, Jesús Ceberio, communiceerde om aan te dringen op het blijven volgen van de "ETAlijn".

Verschillende media-analisten in Spanje onderstreepten dit en ondanks de lijnen die de groep PRISA naar de PSOE heeft en haar kritische lijn naar de regering Aznar, heeft ze nu publiekelijk de strategie van druk en controle toegegeven die het aznarisme uitoefende op bepaalde geschreven pers, zoals El País.

"Wat nu?", vragen verschillende mediaspecialisten zich af in Spanje. Het is noodzakelijk een einde te maken aan de schandalige partijdigheid die de publieke media heeft gedomineerd, zowel tijdens de PSOE- als tijdens de PP-regering. Er moet een statuut komen dat het recht op betrouwbare en meervoudige nieuwsvoorziening verdedigt.

Bron: Rebellion van 16 maart 2004, La Jornada
Vertaling Anne Vervoorn.