Prepensioen en Lissabon


Demonstratie FNV Bondgenoten tegen schandalige pensioenplannen van het kabinet.  

Door Jan Cleton

Pensioenfondsen mogen na 1 januari 2006 de afkoop van opgebouwde premies voor prepensioen toestaan. Dat heeft het Nederlandse kabinet 10 september besloten. Dit besluit past precies in de strategie die de EU-regeringsleiders in het jaar 2000 al in Lissabon met elkaar afgesproken hebben. Wat zullen de gevolgen zijn voor de werknemers?

De pensioenstrategie van Lissabon wortelt in de strategie voor de financiële markten. Het geld van de banken is om verschillende redenen onvoldoende beschikbaar voor investeringen van het bedrijfsleven. Bovendien moet er ook nog rente over betaald worden en dat kan fiks oplopen. Bedrijven maken dan ook steeds vaker gebruik van de beurs om investeringskapitaal te verkrijgen (uitgifte van aandelen, etc.). De strategie van de EU is echter om het oprichten van nieuwe bedrijven te stimuleren. Deze bedrijven zullen om snel te kunnen groeien, voordat ze op de beurs genoteerd kunnen worden, volgens deze strategie echter ook over goedkoop kapitaal moeten kunnen beschikken. Risicokapitaal dus dat de huidige spelers op de beurs ook niet graag leveren. Daarvoor moeten privé-fondsen opgericht worden.

Pensioenen en Nederland

Er zijn nogal wat verschillen in het beheer van de pensioengelden binnen de EU. De Nederlandse pensioenfondsen hebben een gigantisch kapitaal opgebouwd. Indien de pensioenfondsen van alle lidstaten van de EU over evenveel activa zouden beschikken als de Nederlandse zou er in de EU drie tot vijf biljoen euro meer aan pensioengelden zijn.

In Nederland worden de pensioengelden, grofweg gezegd, beheerd door de sociale partners. In veel andere EU-landen daarentegen is het uitsluitend de staat die de pensioenen beheert.

Maar in alle EU-lidstaten lonkt het bedrijfsleven naar deze pensioengelden. En omdat dit Europa een imperialistische concurrerende macht van het Europese kapitaal moet worden en het bedrijfsleven daarvoor in alle opzichten bevoordeeld moet worden, moeten alle tegoeden die werknemers opgebouwd hebben terugvloeien naar dit Europese kapitaal. Ook de pensioengelden dus. Dat de Nederlandse pensioengerechtigden daarbij een onevenredig zware tol gaan betalen, laat zich raden.

Lodewijk de Waal schrijft in de FNV-Actiekrant dat de FNV in ieder geval het prepensioen wil redden. "Wij moeten de mogelijkheid houden om wat eerder te kunnen stoppen met werken. Uitgerekend wij in Nederland hebben dat het beste geregeld van heel Europa. Wij hebben de vergrijzing zien aankomen. Wij hebben ons pensioensysteem al aangepast. We zijn bij de VUT op tijd overgestapt van een omslagstelsel naar een kapitaaldekking", zo verwoordt hij het. Hierbij blijft wel de vraag of dat inderdaad beter is, of was. De opgebouwde kapitaaldekking maakt het bedrijfsleven nog begeriger naar deze prepensioengelden.

Pensioen en Lissabon

'Lissabon' rechtvaardigt de oprichting van privé-fondsen aldus: "Als kapitaalbron die op lange termijn makkelijk beschikbaar is, kunnen de pensioenfondsen (...) helpen de toevloed van kapitaal in de richting van privé-investeringen te vermeerderen. Dit zal de schepping van werkplaatsen stimuleren door een daling van niet aan het loon gekoppelde arbeidskosten en zal de groeiende last van de financiering van de pensioenen, te wijten aan de demografische evolutie, verlichten. (...) De commissie heeft een Europeeswetsvoorstel ingediend om de privé-pensioenfondsen op pan-Europees niveau operationeel te maken."

Vertaald in begrijpelijk Nederlands staat daar: Het geld van pensioenfondsen moet makkelijker beschikbaar zijn om te investeren. In de laatste regel geven ze aan hoe dat moet gebeuren: het creëren van in heel Europa gelijke privé-pensioenfondsen.

En in het tussenliggende staan enkele voor meerdere uitleg vatbare opvattingen, die als belangrijkste element in zich hebben dat het werkgeversdeel uit de pensioenpremies moet verdwijnen. Met demografische evolutie, bedoelen ze de vergrijzing maar ook de toename van de kosten die gepaard gaan met de uitbreiding van de EU met landen die een pensioenvoorziening hebben die weinig of niets (meer) voorstelt.

Hoe dat gefinancierd gaat worden

In de landen met een redelijk pensioenstelsel zal het toverwoord liberalisering weer ingezet worden. In feite betekent dat niet meer dan het overhevelen van sociale gelden naar de privé-sector. In andere EU-landen zal meer nadruk gelegd worden op de noodzakelijkheden van de VRIJE markt, de onbetaalbaarheid van de vergrijzing, of waar het de voormalige socialistische landen betreft de schuld gelegd worden bij 'het communisme'.

Ter stimulering van de concurrentiepositie met de VS, het hoofddoel van Lissabon, zullen de regeringen van de nationale staten, die deel uitmaken van de EU, wettelijke mogelijkheden scheppen die 'stimuleren' dat de pensioengelden naar privé-fondsen vloeien. (in feite het gebruiken van keynesiaanse mechanismen die strijdig zijn met de principes van de vrije markt. Hoezo vrije markt? De vrijheid van de ondernemers bedoelen ze. J.C.)

Het VUT-voorbeeld

Hoe dat in Nederland werkt werd dus in de week van 10 september duidelijk. Als de pensioenfondsen de opgebouwde VUT-rechten vrijgeven dan zijn er volgens de regering drie mogelijkheden. De werknemer kan het gespaarde bedrag belastingvrij gebruiken als aanvulling van het oudedagspensioen, dat ingaat op zijn 65e levensjaar. Hij kan het ook belastingvrij storten in de nog op te zetten levensloopregeling, waarmee werknemers kunnen sparen voor vormen van verlof. Tot slot kan de werknemer zich het gespaarde bedrag laten uitkeren, maar dan moet er wel belasting over betaald worden.

Maar werknemers kunnen het geld niet zelf opeisen, de sociale partners die de fondsen besturen beslissen wat er met de al opgebouwde spaarpotjes gebeurt. Daar komt bij dat de persoonlijk opgebouwde VUT-rechten zo ondoorzichtig zijn dat werknemers bijna niet zelf in staat zijn het bedrag op te eisen.

De pensioenfondsen verzetten zich nu al tegen de regeringsvoorstellen om geld in welke vorm dan ook uit te keren. Zij verdedigen hun financiële positie. De werknemer, die de werkelijke belanghebbende is, zit dus tussen twee vuren. De privé-fondsen zullen juist daar op inspelen. Zij zullen aan het adres van de werknemer met het voorstel komen dat zij alles kunnen regelen, zonder dat de werknemer zich daar zorgen over hoeft te maken. En zo worden dan de opgebouwde rechten verkwanseld en vloeit al een deel van de pensioengelden naar de privé-fondsen. Zo werkt dat dus. En hoeveel Dexia-schandalen zullen dan volgen?

Maar er is nog een vierde mogelijkheid. En dat is dat de werknemers zich massaal gaan en blijven verzetten tegen de Nederlandse en de Lissabon plannen m.b.t. de pensioenen. Miljoenen werknemers in de EU gingen hiervoor al de straat op. De Nederlandse werknemers mogen niet achterblijven. Als hiermee resultaat geboekt wordt blijkt in de praktijk dat de Lissabon-strategie bestreden kan worden.