Bolkestein-richtlijn zwaar onder vuur


Verzet tegen Bolkestein-richtlijn moet worden verbreed tot strijd tegen de neoliberale (kapitalistische) Lissabon-agenda.  


 

Sociaal economische redactie (*)

Het plan van de Europese Commissie om de Europese interne markt voor dienstverlening in één grote beweging te liberaliseren is deze week gesneuveld. Van diverse kanten is de Bolkestein-richtlijn, genoemd naar de bedenker de vorige Europees Commissaris interne markt Frits Bolkestein, onder vuur genomen.

De Duitse bondskanselier Schröder schaarde zich vrijdag in het koor van prominente critici van de richtlijn. Tegenover de Süddeutsche Zeitung zei Schröder dat de richtlijn "in deze vorm niet ingevoerd zal worden". Eerder deze week keerden de Franse president Chirac en premier Raffarin zich tegen de richtlijn in zijn huidige vorm. Chirac gaf deze week in de Franse ministerraad te verstaan dat "deze richtlijn grondig onderzocht moet worden". De Franse president beloofde zich te verzetten tegen "elke vorm van dumping op fiscaal, sociaal of wetgevingsgebied". Raffarin noemde de Bolkestein-richtlijn "onacceptabel".

De belangrijkste dreun werd waarschijnlijk uitgedeeld door José Barroso, de voorzitter van de Europese Commissie. In de presentatie van zijn nieuwe strategie voor de Lissabonagenda liet hij ook zijn licht schijnen over de dienstenrichtlijn. "We zullen samenwerken met het Parlement en de Raad voor de eerste lezing van de dienstenrichtlijn en daarbij aandacht geven aan de zorgen zoals die geuit zijn over het beginsel van het land van oorsprong en de potentiële invloed van de richtlijn in bepaalde sectoren." Hij beloofde het beginsel van het land van oorsprong opnieuw tegen het licht te houden.

Met de dienstenrichtlijn wil de Europese Commissie de obstakels opruimen die Europese dienstverleners tegenkomen als zij hun diensten over de grens willen aanbieden. Nu stuiten dakdekkers en architecten nog op allerlei regels, eisen en vergunningen als zij de grens over gaan. Om niet sector voor sector te hoeven harmoniseren heeft commissaris Bolkestein destijds gekozen voor het beginsel van het land van oorsprong: is een dienstverlener in één lidstaat goedgekeurd, dan mag hij overal elders in de Europese Unie zonder meer aan de slag. Het principe heeft voor de interne goederenmarkt goed gewerkt. Maar omdat bij dienstverlening mensen meekomen, ligt het hier toch wat anders.

In alle lidstaten is het beginsel van het land van oorsprong ter discussie gesteld. Politieke partijen aan de linkerkant van het spectrum en vakbonden hebben zich fel tegen dit principe gekeerd. Zij zijn bang dat de arbeidsvoorwaarden van West-Europese werknemers worden uitgehold als collega's uit de nieuwe lidstaten hier tegen hun eigen arbeidsvoorwaarden aan de slag kunnen.

In Nederland is minister Brinkhorst van Economische Zaken al een halfjaar in discussie met de Tweede Kamer over het oorspronglandbeginsel. In een recente brief meldt hij de Kamer dat hij er inmiddels ook van overtuigd is dat voor arbeidsvoorwaarden en voorwaarden uit hoofde van sociale politiek eigenlijk een uitzondering op het oorspronglandbeginsel moet gelden.

Zo lijkt er inmiddels een brede consensus in de oude lidstaten te zijn dat de Bolkestein-richtlijn, met het oorspronglandbeginsel als uitgangspunt, heeft afgedaan. De grondige herziening waar de Europese leiders op aandringen, zal ongetwijfeld leiden tot een richtlijn waarin het werklandbeginsel op sociaal gebied een veel prominentere rol speelt en meer per sectorbekeken wordt of het oorspronglandbeginsel kan worden toegepast. Verder zal in de nieuwe versie waarschijnlijk nog explicieter gesteld worden dat publieke diensten van de werking van de richtlijn zijn uitgezonderd. Want de positie van publieke diensten, zoals zorg en onderwijs, is de andere grote zorg in de oude lidstaten.

(*) Het artikel is integraal overgenomen uit het Financieele Dagblad, 5-2-2005.