In een kamer of een tent?

Zomervakantie als onbereikbare droom

Anna Ioannatou

Augustus is de vakantiemaand in Griekenland, maar voor steeds minder Grieken. In 2005 gaat de helft van de Grieken niet op vakantie. De vakantie van de rest vindt overwegend in augustus plaats en varieert van een paar dagen tot een week voor de grote meerderheid, maar de tendens is steeds korter.

Een gezin van vier personen heeft voor een week vakantie minstens 1600 euro nodig. Probeer dat maar eens met een salaris van 600 of 700 euro!

Vakantie is echter nodig voor het reproduceren van de arbeidskracht, oftewel gewoon om op verhaal te komen. De werkomstandigheden worden steeds uitputtender en de leefomstandigheden in Griekenland's stadscentra steeds onmenselijker, vooral tijdens de lange, hete zomers. Daarmee worden nieuwe behoeften geschapen voor het reproduceren van de arbeidskracht. Van de 25 lidstaten van de Europese Unie blijkt, aldus Eurostat (Dienst Statistieken van de Europese Commissie), de Griekse werknemer het langst te werken, nl. 42,2 uur per week gemiddeld. Het Europese gemiddelde is 37,5 uur en voor de tot de eurozone behorende landen is het 37,1 uur. Voor mannen is het Griekse gemiddelde 44,1 uur met een Europees gemiddelde van 40,9. Vrouwen in Griekenland werken gemiddeld 39,1 uur per week met een Europees gemiddelde van 33,1. Alleen vrouwen in Letland en Sloveniƫ werken langer.

De Griekse regeringen verklaren regelmatig dat toerisme in het lopende decennium een van de belangrijkste economische activiteiten is. Het gaat echter om meer dan slechts een 'activiteit'. Toerisme is voortgekomen uit de productiemogelijkheden van sociale arbeid en industriƫle ontwikkeling. Die leidden immers tot vermindering van de maatschappelijk nodige arbeidstijd, vermindering van transportduur en verhoogde de mogelijkheden tot communicatie tussen landen en culturen. In de kapitalistische landen was toerisme niet meer alleen een voorrecht van de welgestelden, maar groeide uit tot een noodzakelijke eis voor de bevolking als resultaat van de georganiseerde strijd van de werkende bevolking. Het is dus geen gunst die verleend wordt aan de werknemer, maar een met strijd verworven recht, dat in zekere zin de ontwikkeling van de socialisering van arbeid weerspiegelt.

Oh die commercie!

In de tweede helft van de vorige eeuw was er in Griekenland sprake van een bovenmatige groei van toerisme uit overwegend de ontwikkelde kapitalistische landen, die in geen verhouding stond tot de bestaande infrastructuren. Traditioneel steunend op de gezinsonderneming was er sprake van een ware boom van kleine en middelgrote toeristische ondernemingen. De afgelopen tien jaar is er echter sprake van een versnelling van kapitaalconcentratie in de toerismesector met steeds grotere groepen hotelondernemingen, die nauw samenwerken met touroperators. De wetten van de kapitalistische markt functioneren ook hier: de kleinere ondernemingen worden langzamerhand weggedrukt en in de grote werkt het personeel onder steeds verstikkender werkomstandigheden.

Zon, zee, milieu, alles is verhandelbaar product geworden, maar ook om dit product massaal te verkopen is er koopkracht nodig. Aangezien die gestadig vermindert door de 'wetten' van datzelfde kapitaal, is het niet verwonderlijk dat de enige reclame in de sector toerisme die echt 'pakt', de reclame is betreffende vakantieleningen. Hoe moet je mensen anders aanzetten tot het kopen van hun zuurverdiende vakantie? De tegenstrijdigheid van het systeem is dus, dat het aan de ene kant de koopkracht vermindert en aan de andere kant de mensen tot kopen aanzet, want wat gebeurt er anders met het (over)product? Een andere tegenstrijdigheid is, dat de werkloosheid toeneemt, maar degenen die werken steeds langer moeten werken. Kortgeleden keurde het Griekse parlement het 'wetsontwerp ter afschaffing van de achturige werkdag' in grote meerderheid goed. De tegenstrijdigheden van het kapitalisme worden steeds groter en steeds minder overbrugbaar. Hoe meer mensen dit inzien en zich er tegen verzetten, des te groter de mogelijkheid zich te bevrijden van de druk van het neoliberalisme.