De multimiljonair en de voedselbank

Henk Jonkman

Nee, beste mensen, dit is geen verhaal van Heer Bommel en Tom Poes. Ofschoon... ja, een miljonair is natuurlijk ook een 'Heer'. Tja, zodra je in de euro's verzuipt wordt je aangesproken met meneer, nietwaar! En daar zit nu net het probleem, denk ik.

Als je niks hebt, ben je niks. "Het maatschappelijk zijn bepaalt je bewustzijn", heb ik eens ergens gelezen. Dus een 'arme' handelt als een 'arme' en een 'rijke' handelt als een 'rijke'. Toch is er een overeenkomst tussen beiden. De rijke gaat naar de geldbank en de arme naar de voedselbank!

En onze multimiljonair eet geregeld in het duurste restaurant, waar de obers buigen als knipmessen voor hem. Waarom denkt u?

Daar wordt een diner opgediend met een tiental gangen of zo. Na afloop blijven er natuurlijk wel wat varkensniertjes en tongfilets over. "Ach", zegt meneer de multimiljonair, "breng dat maar naar de bank," (de voedselbank bedoelt hij). Zo menslievend is hij dus wel!

Toevallig kwam ik hem een keer op straat tegen en maakte ik een praatje met hem. Ik vroeg hem beleefd hoe hij aan die honderden miljoenen kwam. Hij keek me meewarig aan, zo van: "Ach, dat arme werknemertje weet van niks." "Goed", sprak hij, "ik zal het je vertellen, maar dit blijft geheim, begrepen!"

"Je moet je werknemers allereerst zo weinig mogelijk betalen en zo lang mogelijk laten werken. De dingen die je verkoopt vanuit je bedrijf veel duurder maken dan nodig is en zorgen dat die dingen gauw kapotgaan, dan moeten er weer nieuwe gekocht worden, ha, ha, ha. En met dat extra verdiende geld kun je kranten laten drukken die vertellen wat jij wil en mensen in de politiek laten gaan die doen wat jij wil, tegen een zeer goede beloning. Geld is macht, mannetje!"

"Maar", wierp ik tegen, "mag dat allemaal zomaar?"
"Ja natuurlijk, er staat toch nergens in de wet dat dat niet mag."
"Maar", begon ik weer, "dit is toch wettelijk geregelde diefstal?"
"Ja natuurlijk", antwoordde de ander en keek mij doordringend aan met zijn euro-ogen, "maar wat niet weet wat niet deert, ha, ha, ha."
Na even nadenken zei ik: "Volgens mij is dat uitbuiting, meneer."
"Foei", zei de man, "wat een raar woord, dat is gewoon verdienen. En als de verdiensten minder worden, gooien we er gewoon een paar duizend werknemers uit! Ach, en die lui aan de top van de vakbond zijn ook blij met hun goed gevulde knip. Probeer te verdelen en te heersen, is ons devies."

"En dat wordt allemaal maar geslikt?", vroeg ik verbaasd.
"Nou, als alle werknemers met elkaar een grote vuist maken en weten hoe het in elkaar zit, kunnen ze een eind maken aan ons bestaan, maar dan moeten ze wel in actie komen!", fluisterde de miljonair. Kom, stap in mijn Porsche, dan breng ik je naar de Voedselbank."

"Wat een aardige man", dacht ik. En in de verte riep Heer Bommel: "Doe iets, Tom Poes!"