Wereldfocus

Zwarte telefoonlijnen van Colombia

Met de presidentsverkiezingen van 28 mei in aantocht, doet president Uribe in Colombia er alles aan om zijn greep op het land te verstevigen en zijn herverkiezing veilig te stellen. Eerder al pakte hij uit met een plan voor de oprichting van een netwerk van een miljoen burgerlijke informanten. Vandaag zijn er naast dat netwerk ook de zogenaamde 'veiligheidscoöperaties' of veiligheidsfirma's. Nu blijkt dat een groot deel van die veiligheidsfirma's en informatienetwerken worden bemand door ex-paramilitairen waarmee president Uribe onderhandelde om de wapens neer te leggen. In Magdalena Medio, een regio in Centraal-Colombia, opereren ze als zogenaamde 'telefonos': in het zwart geklede mannen die de regio observeren en alle vreemde bewegingen doorseinen aan de overheid, een praktijk waarover Amnesty International eerder al haar bezorgdheid uitte. Ook gewone burgers werken mee als informanten, want niet meewerken kan levensgevaarlijk zijn. Dat ondervond een 29-jarige leraar die eind maart werd neergeschoten door een jonge sicario, een huurmoordenaar. Human Rights Watch signaleert op zijn beurt dat ex-paramilitairen geïnfiltreerd zijn in de DAS, de geheime inlichtingendienst, terwijl president Uribe fulmineert tegen de pers die dit naar buiten brengt, in plaats van een onderzoek in te stellen naar de aanklachten. (IPS, 17/22-4-2006)

Hamas krijgt steun uit eigen regio

Het feit dat Hamas blijft weigeren Israël te erkennen als staat, veroorzaakt ernstige wrijvingen met het Westen. De nieuwe regering is hierdoor de financiële steun van de EU en de VS kwijt. Een paar weken voordat Hamas werd gekozen, zegde de EU nog 120 miljoen euro toe. Dit aanbod is nu ingetrokken. Om het verlies te compenseren zijn twee buurlanden de Palestijnse regering te hulp geschoten: Iran en Qatar hebben elk een bedrag van 50 miljoen dollar geschonken. Daarnaast heeft Rusland hulp aangeboden. De Russische minister van Buitenlandse Zaken, Sergej Lavrov, vindt het een vergissing van de Westerse grootmachten om Palestina niet langer te steunen. "Hamas moet rond de tafel gaan zitten met Israël en onderhandelen. Maar om dit te bereiken moet je juist samenwerken." Rusland schenkt 10 miljoen dollar. De Verenigde Staten hebben overigens niet de hele geldstroom stopgezet. De partij van president Mahmoud Abbas, die een conflict heeft met Hamas, krijgt nog steeds steun van Amerika. (...) Hamas heeft 170 miljoen dollar per maand nodig om de salarissen van haar ambtenaren te kunnen betalen. Zij heeft zo'n 140.000 mensen in dienst. Het wordt erg lastig om dat bedrag te krijgen, aangezien er maar eenderde van al eerder beloofd geld echt is gegeven. De Arabische landen hebben sinds 2003 beloofd om Palestina maandelijks financieel te steunen. Tot op heden werd slechts 30 procent geschonken, 730 miljoen dollar. (IPS, 17/22-4-2006)

Bekend scenario Iran-crisis

(...) De aanloop tot een mogelijke militaire actie tegen Iran mag dan wel geen exacte kopie zijn van de gebeurtenissen voor de inval in buurland Irak, opvallende gelijkenissen zijn er zeker wel. Net als voor de invasie in Irak dringen rechtse denktanks en neoconservatieve beleidsmensen in Washington aan op een regimeverandering in Teheran. Net als toen beweren Amerikaanse overheidsmedewerkers dat een nucleair programma van Iran een bedreiging kan vormen voor de VS. Iraanse vluchtelingenorganisaties en hun leiders verdringen elkaar om aandacht te krijgen van de VS-overheid. De informatie die deze organisaties leveren, is verre van accuraat - net zoals dat het geval was met de door Washington vertroetelde Irakees Ahmad Chalabi. Er is onenigheid binnen de Amerikaanse regering over de te volgen koers. En nu zijn we in de fase beland dat de VS binnen de Veiligheidsraadmoeten bewijzen dat Iran effectief een bedreiging vormt. Het hoofd van het Internationaal Atoomagentschap, Mohamed El Baradei, blijft er echter van overtuigd dat Iran nog steeds geen directe bedreiging vormt nu het uranium kan verrijken. Hij hoopt dat de VS, in tegenstelling tot wat het geval was voor Irak, deze keer wel naar hém luisteren. (IPS, 17/22-4-2006)

Probleemjongeren in Irak

Sinds het begin van de Amerikaanse invasie in Irak is het aantal weeskinderen spectaculair gestegen. Vóór de invasie telde Irak 23 weeshuizen met plaats voor 1600 kinderen. Alleen al in Bagdad zijn er nu vijfduizend wezen. De meesten belanden op straat als bedelaars of drugsverslaafden. Vaak worden ze dan ingezet door criminele bendes. Ook zouden terroristen zouden hen rekruteren om aanslagen te plegen. Het ministerie van Arbeid en Sociale Zaken verstrekt maandelijks 2000 dollar voor elk weeshuis maar dat is veel te weinig. (IPS, 17/22-4-2006)