Karl Marx en de uitdagingen van de 21e eeuw (deel 3)

Door Ricardo Alarcón

"Laten we in gedachte houden dat hij zei dat het niet voldoende was om een idee luidruchtig om te zetten in realiteit, maar ook om de realiteit die daarom schreeuwt om te zetten in een idee." Frans Mehring

Ik zal hier geen poging wagen om een uiteenzetting te geven van Karl Marx' omvangrijke en rijke intellectuele productie noch van zijn diepe analyse van het kapitalisme en van de belangrijkste gebeurtenissen van zijn tijd. Ook zal ik het niet hebben over zijn voorbeeldige leven als voorvechter voor de sociale gelijkheid en als revolutionair leider. Ik weet dat jullie vertrouwd zijn met deze onderwerpen.

'Een bepaalde vorm van socialisme zal onvermijdelijk voortkomen uit de al even onvermijdelijke val van het kapitalisme' (Joseph A. Schumpeter).

Op een meedogenloze manier hebben de bourgeois-denkers deze voorspelling gehekeld. In 1942 was het moeilijk om de val van het kapitalisme als iets onvermijdelijks te zien. De auteur van deze voorspelling bleef er echter tot het einde in geloven.

Acht jaar later, vlak voor zijn dood zei hij: 'Marx vergiste zich in zijn diagnose over hoe de kapitalistische maatschappij aan haar eind zou komen; maar hij had het bij het juiste eind met zijn voorspelling dat het zou gebeuren.'

In 1950 bereikte het Amerikaanse kapitalisme het hoogtepunt van zijn hegemonie. De Verenigde Staten waren de enige nucleaire macht, ze leden niet onder de verwoestingen die de wereldoorlog aan andere ontwikkelde landen had toegebracht, ze domineerden West-Europa en Latijns-Amerika op economisch en politiek gebied en waren op wetenschappelijk en technologisch vlak superieur.

Halverwege de vorige eeuw zag de wereld er behoorlijk anders uit dan vandaag. Langs een weg die zij waarschijnlijk niet konden voorzien zijn we nu dichterbij het uitkomen van de voorspelling waarbij - paradoxaal genoeg - de schrijver van Het Kapitaal en zijn standvastige Australisch-Amerikaanse criticus samenkomen.

De hoofdrolspeler, de mens, het onderwerp van de geschiedenis, is veranderd. De wereldbevolking is sinds de publicatie van het Communistisch Manifest explosief gegroeid en blijft groeien. Het duurde tienduizenden jaren vooraleer de wereldbevolking 1 miljard bedroeg. Het verdrievoudigen van dit aantal mensen duurde slechts een eeuw. Elke 25 jaar groeit de wereldbevolking met net zoveel mensen als de gehele wereldbevolking uit Karl Marx' geboortejaar. In hetzelfde tempo verdwijnen de natuurlijke grondstoffen van de aarde, en dier- en plantensoorten worden voor altijd uitgeroeid. De mens is het enige levende wezen dat zich met zoveel overgave, razernij en efficiëntie wijdt aan de vernietiging van het leven.

Onomkeerbare klimaatsveranderingen, bossen die veranderen in woestijnen, vergiftigd water en vervuilde lucht, onherstelbaar vernietigde bodems en nauwelijks te bevatten conglomeraties van mensen in onbewoonbare en nog steeds groeiende dichtgeslibde steden zijn verontrustende problemen die een realiteit scheppen die tot dusver niet bekend was.

Over alle ideologieën heen zijn de mensen zich bewust van hetgeen voor de hand ligt. Tijdens de Earth Summit van 1992 in Rio de Janeiro waren regeringen en de maatschappelijke bewegingen het erover eens dat het noodzakelijk was om 'veranderingen aan te brengen in de productie en de consumptie'. Deze woorden werden door velen onderschreven, ook door Bush Senior. Natuurlijk waren het slechts woorden, maar toch werd uitdrukkelijk de noodzaak erkend van een radicale transformatie van de verhouding van de mens onderling en die van de mens tot de natuur.

De hoofdrolspeler, de mens, is onvermijdelijk in beweging. De bevolking groeit explosief, maar deze groei is niet gelijk verdeeld over alle delen van de wereld.

In de zogenaamde ontwikkelde landen is het bevolkingsaantal stabiel en neigt zelfs naar kleiner worden. In de rest van de wereld, in dat deel dat men de derde wereld heeft genoemd, blijft de bevolking maar groeien, ondanks het vroege sterven, de ellende en de honger. Ook zij die in een niet te stuiten spiraal hun heil zoeken in de enclaves van de westerse overvloed nemen steeds in aantal toe.

De derde wereld dringt de eerste binnen. De eerste wereld heeft de derde nodig en tegelijkertijd verwerpt ze haar. In Europa en Noord-Amerika duikt een ongewenste speler op, een zwijgende gast die nu zijn rechten opeist. Terwijl wij hier deze belangrijke collectieve overdenkingen doen die bezield worden door een daadwerkelijk creatieve en humanistische denker en op het moment waarop wij proberen een weg te vinden naar een betere wereld, bespreekt men in het Amerikaanse Congres wat men moet aanvangen met die minstens 11 miljoen 'illegalen'. Men zoekt naar formules waardoor men een bevolkingsgroep ter grootte van de Cubaanse bevolking kan blijven uitbuiten en waardoor men tegelijkertijd deze groep de toegang tot de Amerikaanse samenleving kan blijven ontzeggen.

De migratie zal blijven voortduren en zal recht evenredig aan het kapitalisme met zijn huidige eigenschappen blijven groeien, op een even wereldwijde schaal. Het kapitalisme kan er geen einde aan maken, net zoals het niet in staat is om zijn huidige eigenschappen van zich af te schudden of zich in iets anders te transformeren.

De Amerikaanse CIA voorziet dat zich als gevolg van het migratieverschijnsel binnenkort diepe veranderingen zullen voordoen in de cultuur van een aantal Europese landen. De strijd voor de immigrantenrechten en tegen discriminatie, die tot uitdrukking komt in demonstraties, waarbij miljoenen mensen op de been kwamen op de historische 1 mei-viering (een datum die tot dusver niet zodanig beleefd werd in de Verenigde Staten), brengen een politieke macht aan het licht die niet gemakkelijk over het hoofd kan worden gezien.

De aanwezigheid van miljoenen mensen die gediscrimineerd worden en geen maatschappelijke of politieke rechten hebben, werpt een essentiële vraag op die betrekking heeft op de wortels van het politieke systeem dat het Westen probeert op te leggen aan iedereen. Er zijn steeds meer mensen die hard werken, hun belastingen betalen en sterven in de oorlogen van het Westen, maar niet kunnen stemmen of verkozen kunnen worden. In het huidige 'Rome' wordt de deelname van de burgers aan het proces beperkt terwijl de massa uitgeslotenen voortdurend groeit, de 'moderne barbaren'. In ditzelfde gebouw erkende professor Robert Dahl - een prominente verdediger van het archetypische kapitalisme - onlangs dat uit een dergelijke marginalisering het principiële falen van de huidige liberale democratie blijkt.

Het einde van deze uitsluiting, de strijd voor de democratie en vooral ook de democratisering van de Westerse samenlevingen zou een prioriteit moeten zijn voor hen die de wereld willen veranderen. Dit wordt nog dringender als we een andere kant van het migratieverschijnsel bezien. De rassenhaat, xenofobie en fascistische tendensen in deze maatschappijen laten duidelijk een even grote groei zien als de migratie.

Het probleem van de migratie legt zodoende een ander probleem van het kapitalisme bloot waarbij we moeten stilstaan. In de landen waar zij belanden worden de immigranten vernederd en extreem uitgebuit. Tegelijkertijd worden ze ook gebruikt als middel om de lokale werknemers te onderdrukken. Als internationaal reserveleger, ontdaan van hun rechten en tot dusver niet georganiseerd, werken ze voor lagere lonen. Ze worden gedwongen voorwaarden te accepteren die, zoals Bush de 'Kleine' graag zegt, Amerikaanse werknemers niet accepteren.

Het bevrijden van de immigranten uit hun uitgebuite situatie is daarom van wezenlijk belang voor de emancipatie van de werknemers in de ontwikkelde landen. Het smeden van een eenheid tussen de uitgebuite sectoren is een taak die geen uitstel kan verdragen. Er is al vooruitgang geboekt, maar nog onvoldoende en het is van cruciaal belang. De versterking van de rol van de vakbonden - bolwerken van maatschappelijke betrokkenheid - het verzekeren van de rechten van alle werknemers, niemand uitgezonderd en de organisatie van het verzet vormen samen een essentieel antwoord op een kapitalisme dat zijn 'liberale' masker steeds verder afwerpt en zijn perverse tirannieke gezicht meer en meer vertoont.

Het fascisme moet worden tegengehouden. We moeten voorkomen dat het fascisme zijn eigen slachtoffers mobiliseert voor een zinloze oppositie. Nooit zou een 'Nixon' nog in staat moeten worden gesteld om fabrieksarbeiders te mobiliseren tegen de jeugd die in de zeventiger jaren van de vorige eeuw in verzet kwam tegen de oorlog in Vietnam. Het is mogelijk om ze te verenigen. We zagen ze samen in Seattle, waar beide groepen zich afzetten tegen de neoliberale globalisering.

Ze hebben hulp nodig om samen te kunnen optrekken. De mogelijkheid om dit voor te stellen is aanwezig. Het is een cruciaal aspect van de wereld van vandaag en van de strijd om haar te veranderen.

De armen proberen naar de rijke landen te emigreren om aan de armoede te ontsnappen. De rijken proberen intussen hun kapitaal in de arme landen te vestigen om hun winsten nog te doen toenemen ten koste van de ellende van anderen. Onvermijdelijk verslechteren ze hiermee de werk- en levensomstandigheden van de werknemers in de ontwikkelde landen. Weinigen in de Verenigde Staten en Europa zullen zichzelf zien als leden van een arbeidersaristocratie die profiteren van de kruimels die hen worden toegeworpen vanuit de koloniën. Vandaag worden ze gezien als slachtoffers van een systeem dat nog afhankelijker is geworden van bijvoorbeeld outsourcing (uitbesteding door bedrijven en instellingen van bepaalde activiteiten aan derden) en overal het dogma van de 'almachtige markt' en de 'vrije handel' probeert op te leggen.

Het smeden van een band, en later het bereiken van een eenheid tussen de uitgebuite bevolkingen van de eerste en derde wereld, is niet alleen mogelijk maar ook noodzakelijk. Het werken aan een eenheid tussen het proletariaat van de hele wereld, van de eerste wereld en de tweede wereld, van het zuiden en het noorden is echter niet genoeg. Het antifascisme is essentieel voor democratie, vrede en het leven. De strijd voor de creatie van nieuwemodellen, het sluiten van bondgenootschappen waar mogelijk en het stimuleren van overeenkomsten tussen de diverse krachten, die vandaag de dag om welke reden ook niet in de pas lopen met de huidige toestand, zou de voornaamste richtlijn voor de revolutionairen moeten zijn.

Het voeren van een strijd waarbij de vredesbewegingen en de beweging tegen de globalisering samenvloeien in dezelfde grote stroom waarbij iedereen die gediscrimineerd of gemarginaliseerd wordt bij betrokken is, is de belangrijkste taak van de revolutionairen van vandaag. Dat is de manier om een betere wereld te scheppen. Het is de weg die we moeten nemen om het socialisme te bereiken. Om het socialisme in deze eeuw te bereiken moet er een 'heroïsche creatie' plaatsvinden, een creatie die authentiek, onafhankelijk, divers en uniek is. (slot)

Ricardo Alarcon is voorzitter van het Cubaanse parlement.

Vertaling Frans Willems.