MOOIE WOORDEN

Over oorzaak en gevolg en verantwoordelijkheid


 

Rinze Visser

Zou iedereen nog wel weten waarom er een werkloosheidswet bestaat? Of andere sociale wetgeving? Of subsidies? Is iedereen nog wel op de hoogte van de redenen waarom dergelijke wetten en regelingen zijn ontstaan? Deze vragen opschrijven betekent dat de vragensteller twijfels heeft omtrent de bestaande kennis van de juiste antwoorden.

Deze twijfels zijn geenszins een uiting van beschuldiging van onwetendheid aan het adres van jonge mensen. Mijzelf verplaatsend in een jongeling van deze tijd, zou ik, overvoerd met de huidige kapitalistische standpunten, niet verbaasd zijn als ik het niet eens zou zijn met de werkelijke 'mijzelf'.

Onwetendheid bij de toekomstige mens met betrekking tot de werkelijke geschiedenis van de arbeidersbeweging is absoluut noodzakelijk om het volk alle leugens te doen slikken. Niet door te hebben dat oorzaak en gevolg worden verwisseld. Alle nu bestaande wetgeving met betrekking tot werkgelegenheid en werkloosheid, dus ook alle doorgevoerde hervormingen van deze wetgeving, gaat er niet, zoals eerder, vanuit dat werkloosheid een probleem is, maar is tegenwoordig gebaseerd op de stelling dat mensen zonder werk de werkloosheid veroorzaken. Dus dat de werklozen zelf het probleem zijn. De sociaal ingestelde mens redeneert vanuit de - zelfs in het vroege kapitalisme - logica dat het gevolg van werkloosheid (door crisis, wanbeleid of anderszins) grote aantallen werklozen is. Hiervoor is een andere logica in de plaats gekomen, de omgekeerde logica van het huidige kapitalistische stadium: werklozen genereren werkloosheid...

Hieruit volgt dan automatisch de redenering dat niet te weinig banen het probleem is, maar een teveel aan sociale wetgeving. Dat niet de maatschappij, niet regeringen, niet parlementen, niet de verdedigers van het kapitalistische marktprincipe zich moeten schamen voor het feit dat velen die kunnen werken zich niet maatschappelijk ten nutte kunnen maken, maar dat de werklozen, de ontslagenen, de vele malen bij sollicitaties afgewezenen, zich moeten schamen. En dat ook die paar politici, die nog het nut en de noodzaak van sociale wetgeving zien, zich moeten schamen voor zoveel ouderwetsheid en halfzachte standpunten.

Toegegeven, in het menselijk handelen, in de keuzes die men maakt, bestaat altijd - tot zover iemands macht reikt - de eigen verantwoordelijkheid. Ieder verstandig mens kan beredeneren dat je de regering er niet de schuld van kunt geven als iemand zijn buurman vermoordt, of als hevige wolkbreuken voor overlast zorgen. In het eerste voorbeeld ook niet als maatschappelijke omstandigheden daaraan hebben bijgedragen. Er bestaat een individuele verantwoordelijkheid en als het toerekeningsvatbare mensen betreft, zal dat altijd blijven bestaan. De verantwoordelijkheid van het individu: tot zover de individuele macht reikt. Maar het is de werkgever die de werknemer ontslaat, niet andersom! Het is de werkgever die failliet gaat waardoor honderden mensen zonder werk raken. Hoe snel men weer ander werk heeft zal afhangen van de zich ontwikkelende conjunctuur, van de vraag naar specialisatie, van geluk, van wel of geen netwerk hebben en ook nog een beetje van de eigen verantwoordelijkheid. Maar wie of wat is verantwoordelijk voor het zonder werk raken? Dat is de vraag die men niet meer gesteld wil zien! Omdat die vraag een discussie over het systeem vereist!

Graag wil men de maatschappelijke verantwoordelijkheid - die van het systeem, van de gevoerde politiek - verdonkeremanen en zo de individuele verantwoordelijkheid eenzijdig in het volle daglicht plaatsen! Als de enige echte verantwoordelijkheid! Zelf doen! Desnoods drie banen nemen, dus zowel bij dag als bij nacht bezig zijn, om net een minimuminkomen bij elkaar te kunnen ploeteren. Zoals in de Verenigde Staten van Amerika, 'gods eigen land', allang normaal is, en als dat niet lukt, dan is creperen het alternatief. Dat is het zuivere kapitalisme in de praktijk! De zogenoemde onderklasse die zich alle kapitalistische normen eigen maakt, uit nood geboren zuiver individualistisch moet denken, die decadente rijkdom van hun klassenvijand bewondert en tussen het werken door wegdommelt in dromen waarin de miljonairsstatus is bereikt. Dat is voor hen de ideale arbeidersklasse.

Geen verantwoordelijkheid afschuiven op de overheid, op instanties, dat is de verheven toestand waarnaar de nieuwe mens zich moet ontwikkelen. Grotendeels is dat de oude mens van het vroege kapitalisme. Historisch gezien dus een achteruitgang, een reactionaire ontwikkeling. Een progressieve ontwikkeling, zeggen de reactionairen. De wereld op z'n kop. De logica ondersteboven gekeerd. De mensen moeten veel meer zelf verantwoordelijkheid nemen, dat is goed voor de maatschappij. Goed voor de winsten! En als de mensen dat niet of nog onvoldoende doen, dan is dat de schuld van het socialisme... Logica! De topsalarissen worden altijd verdedigd met het argument dat deze mensen zo'n grote verantwoordelijkheid hebben. Nu de arbeidersbevolking van hen meer verantwoordelijkheid moet nemen, gaan hun inkomsten niet omhoog! Het omgekeerde is het geval!

Maar nu doet zich de laatste tijd iets merkwaardigs voor. Het toenemende individualisme bevordert ook het afschuiven van de individuele verantwoordelijkheid naar de overheid of naar andere grootheden. De schadevergoedingscultuur. Men kan dit fenomeen, een gevolg van individualistisch denken en gedrag, toch moeilijk wijten aan het socialistische gedachtegoed. Maar als deze schadevergoedingscultuur straks grotere vormen gaat aannemen - zoals nu bijvoorbeeld in de Verenigde Staten van Amerika - en de normen- en waardengoeroes dit een slechte ontwikkeling zullen vinden, dan zal men dat zeker trachten uit te leggen als één van de gevolgen, van een teveel aan socialisme in het verleden.

Hun grootste zorg is dat in de hoofden van heel veel mensen sociale gedachten huizen, dat deze bij de menselijke natuur horen. Men kan de geschiedenis proberen te vervalsen, men kan proberen de mensen van kinds af aan te laten wennen aan geweld, aan egoïsme, maar steeds zullen er mensen zijn die de oude vragen opnieuw zullen stellen. De schreeuwers van nu, de propagandisten van de markt, van privatisering, van individualisering, zij zullen dan met de mond vol tanden staan.

De mond vol tanden, maar óók: de arsenalen vol wapens... Daarom mogen de juiste vragen niet blijven hangen in het individualistische en zo geannexeerd worden door de leugenachtige schreeuwers! Ook de juiste vragen moeten collectief worden gesteld. Anders geen machtsvorming; anders geen perspectief!