Andere politiek van VS jegens Cuba nodig


Demonstratie voor vrijlating van 'De Vijf' op 23-9-2006. Foto Hasan Aydan (Didf).  

Wayne S. Smith (1)

"Na 46 jaar van mislukking moet de politiek jegens Cuba anders. De VS zijn doof voor de bijna unanieme, internationale opinie, dat het embargo opgelegd door de VS aan Cuba een beletsel is voor positieve verandering in Havana", zegt Wayne S. Smith, voormalig VS-diplomaat.

"... De politiek van de regering Bush is vijandiger dan ooit. Dit ondanks het feit dat Cuba zich onmiddellijk na de terreuraanslag van 11 september 2001 solidair verklaarde met het Amerikaanse volk. Daarna riep zijn regering op tot een gemeenschappelijk optreden tegen terrorisme en tekende alle 12 VN-resoluties hierover. Een opening tot dialoog, maar de regering Bush wees het onmiddellijk af en in plaats daarvan drong zij aan op de val van de regering Castro. Roger Noriega van Buitenlandse Zaken in 2003: "De president is vastbesloten een eind te maken aan het Castro-regime en aan het staatsapparaat dat hem aan de macht houdt".

Om dit te realiseren werd in mei 2004 een 'Commissie voor ondersteuning tot een vrij Cuba' opgericht, die een actieplan uitgaf 'voor verwijdering van de regering Castro en voor (wat angstig veel leek op) een VS-bezetting van Cuba: hoe de treinen weer op tijd konden rijden, hoe hun scholen konden worden omgevormd en dergelijke'. Kort daarna werd er zelfs een VS-overgangscoördinator benoemd. José Miguel Insulza, de Chileense secretaris-generaal van de Organisatie van Amerikaanse Staten merkte op: "Maar er is helemaal geen overgang; en het is niet jullie land".

De onderliggende veronderstelling van dit document was dat de regering op Cuba reeds wankelde en door een paar extra sancties zou vallen. Dat bleek verregaand onjuist. Twee jaar achter elkaar groeit de Cubaanse economie met minstens 8 procent. Nieuwe economische banden zijn gesmeed met Venezuela en China. De prijs van nikkel - nu Cuba's voornaamste exportartikel - is torenhoog. Er zijn aanwijzingen over ontginning van een omvangrijk olieveld buiten zijn noordkust. De regering Bush ontkent de realiteit. Een nieuw document van juli dit jaar meldt 'dat het plan werkte en een nieuwe fase inluidde voor de overgang op Cuba'. Het stelt ook een nieuw doel: het moet voorkomen worden dat Fidel wordt opgevolgd door Raul Castro, 'dat is volstrekt onacceptabel en het Cubaanse volk zal dat niet toestaan'.

Echter, op 31 juli jl. gebeurde het feitelijk. Wegens een operatie droeg Fidel de macht over aan Raul. Grote feestvreugde in de straten van Miami, dit zou het eind van de revolutie zijn. 'Wij kunnen binnen een maand terug. Het Cubaanse volk zal Raul nooit accepteren!'

Maar nee, het Cubaanse volk heeft kalm en spelenderwijs de promotie van Raul opgenomen, zij had deze overgang altijd al geweten. Raul heeft niet de uitstraling van Fidel, maar is een uitstekende bewindsman; het door hem opgebouwde leger is ongetwijfeld een efficiënte en gerespecteerde organisatie op het eiland. Nu al drie maanden voert hij het beleid probleemloos. Maar de regering Bush heeft geweigerd in navolging van de Miamiclub deze overgang te erkennen. Er wordt niet met Raul gepraat. Dat is des te ongelukkiger omdat het lijkt dat Raul pragmatischer is dan zijn broer en meer openstaat voor een zeker compromis met Washington.

Dat is toch de moeite waard om op in te gaan, maar de regering-Bush volgt weer haar gewone patroon door simpelweg de deur te sluiten. Niet alleen een mislukte politiek, maar ook een die aanzienlijke schade toebrengt. De VSwillen Cuba graag zien veranderen in een meer open maatschappij met respect voor de individuele rechten van zijn burgers. Maar gegeven het feit dat de VS sinds 1898 de grootste bedreiging zijn voor Cuba's soevereiniteit en onafhankelijkheid, zal de Cubaanse regering defensief reageren op elke pressie van buitenaf en discipline en eenheid benadrukken, die niet bevorderlijk zijn voor een interne ontspanning en een relaxte sfeer.

Zo is de VS-politiek juist een belemmering voor de liberalisering die de VS en hun Europese bondgenoten graag op Cuba willen zien.

Artikel van Wayne S. Smith, ingekort en vertaald door Thomas Janssen. Bron de Guardian/Londen, 1-11-2006. http://www.guardian.co.uk/comment/story/0,,1936186,00 html (1) Wayne S. Smith is senior-lid van het Centrum voor Internationale Politiek in Washington en lector aan de John Hopkins Universiteit in Baltimore. Van 1979 tot 1982 was hij chef van het Bureau voor VS-belangen in Havana.