De zwendel is mislukt

Verpletterende veroordeling van 'één-euro-banen'


Met grote regelmaat komt de Duitse bevolking in verzet tegen de sociale afbraakplannen van haar regering. Op de foto strijd tegen de liberalisering in de haven van Hamburg.  

Door Werner Sarbok*

Het Instituut voor Arbeidsmarkt- en Beroepsonderzoek (IAB), het onderzoeksinstituut van de 'Bundesagentur für Arbeit', heeft in een actueel verschenen onderzoek de introductie van de 'één-euro-banen' (Eén euro per uur bovenop uitkering - de onderzoekers hebben het over 'sociale werkgelegenheid') geanalyseerd. De uitkomst is verpletterend: ze zijn allerminst een brug naar de primaire arbeidsmarkt; door de 'één-euro-banen' worden alleen nog meer arbeidsplaatsen naar de bliksem geholpen.

In het westen van Duitsland werden in september 2006 150.000, in het oosten meer dan 130.000, 'één-euro-banen' gerealiseerd. Daaronder vallen bijvoorbeeld zorg voor ouderen, huismeesterdiensten, tuin- en landschapsonderhoud en administratieve bezigheden (De vroegere Melkert-banen bij ons, nvdr). De opstellers van de studie komen tot de conclusie dat "in bijna de helft van alle bedrijven met sociale werkgelegenheid (...) volgens onze inschatting tenminste een deel van de sociale werkgelegenheden niet aan de wettelijke richtlijnen voor hun inrichting voldoet". (p. 40)

Door de voorstanders van de 'één-euro-banen' wordt steeds weer aangevoerd dat deze een stap op weg naar herintreden in het gewone beroepsleven kunnen zijn. Met dit boerenbedrog maakt het rapport schoon schip. "Om van werkgelegenheden een 'brug' naar de primaire arbeidsmarkt te maken moet er sprake zijn van een beduidend werkgelegenheidsoverschot. Ons onderzoek toont aan dat aan deze eis niet wordt voldaan en dat daarenboven bedrijven diegenen die ze in principe als geschikt beoordelen voor de primaire arbeidsmarkt, nauwelijks in vaste dienst zullen nemen." (p. 18)

Als hindernis voor de "bekwaamheid van personen" voor een vaste baan wordt in 74 procent van de gevallen de ontoereikende beroepskwalificatie aangevoerd. Met de 'Hartz IV-wetgeving' werden echter in het hele land de echte herscholingsmogelijkheden afgebroken, waarmee nu juist de gesignaleerde tekorten hadden kunnen worden verholpen. Daarom worden alleen de statistieken geflatteerd, omdat personen niet meer als werkloos gelden als zij in deze vorm van werkgelegenheid meer dan 15 uur per week zijn tewerkgesteld.

De studie komt tot de conclusie dat de 'één-euro-banen' de "genoemde tekorten nauwelijks oplossen". (p. 52) "Aan de slag gaan in een 'sociale baan' op zich biedt slechts in een gering aantal gevallen een directe overgang naar de primaire arbeidsmarkt" (p. 53). Een ontnuchterende conclusie. In de bedrijven gaat het schrappen van banen door; door het inzetten van 'één-euro-baners' wordt dit zelfs nog versterkt. De studie wijst verder op de gevaren t.a.v. verdringing van vaste banen door 'één-euro-banen.

"De groei van de werkloosheid door verdringing zal daarentegen vooral banen betreffen die onder de sociale verzekering vallen. Met een blik op de arbeidsmarkt en de sociale verzekeringsstelsels is daarom iedere vervanging als negatief te beschouwen. Ze leidt ertoe dat het aandeel van de werkende personen die een baan hebben op de primaire arbeidsmarkt daalt ten gunste van het aantal werkende personen dat in een gesubsidieerde baan werkt. [Denk aan thuishulpen die worden verdrongen door alfahulpen, nvdr]. Wat vanuit het oogpunt van het bedrijf (kostenbesparing) en vanuit het individuele oogpunt (werkgelegenheid en sociale integratie i.p.v. werkloosheid) positief wordt beoordeeld, kan juist op macro-economisch vlak een negatieveuitwerking hebben, die op middellange en lange termijn schade toebrengt aan de arbeidsmarktstructuren in hun geheel." (p. 15) Eenvoudiger gezegd: 'één-euro-banen' verdringen vaste banen.

Van de ondervraagde bedrijven bevestigt tenminste 45 procent één van de effecten die als indicatie gelden voor de verdringing van vaste banen, zoals geen extra werkgelegenheid scheppen, inkrimping van personeel, verlengen van de openingstijden en verminderen van overuren. De opstellers van het onderzoek "gaan er daarom voor de toekomst vanuit dat in een deel van de door sluipende verdringing gekenmerkte bedrijven ook directe verdringing van banen zal gaan plaatsvinden." (p. 39) En die bedrijven worden dan een voorbeeld voor anderen, want: "Het grootste deel van de bedrijven concurreert met elkaar. Het betreft zowel kindercrèches als straatreinigings- en groenvoorzieningsondernemingen. Een onrechtmatig gebruik van 'sociale werkgelegenheid' om personeel c.q. kosten te reduceren zal in dit opzicht betekenen dat het ene bedrijf door verandering van de bestaande kostenverhouding tussen de bedrijven voordeel kan behalen ten koste van anderen." (p. 40) De concurrentie wordt dus gedwongen eveneens vaste banen door 'één-euro-banen' te vervangen, een spiraal ten koste van alle werkenden.

(Alle paginaverwijzingen hebben betrekking op het rapport dat nagelezen kan worden op internet onder www.iab.de - in het Duits uiteraard).

(*) Werner Sarbok in "Unsere Zeit" van 2 maart 2007, vertaling: Marcel de Jong.