Overdenkingen van de 'bevelvoerend commandant' (Fidel Castro)

Hugo Chávez ontmoet Fidel Castro tijdens één van zijn regelmatige vriendschappelijke bezoeken aan de Cubaanse leider.

In deze overdenkingen wordt nog niet ingegaan op het 'No' van de bevolking van Venezuela. Maar de analyse is de moeite waard, omdat de belangen die spelen op heldere wijze zijn uiteengezet.

"Een bevolking onder vuur"

Venezuela, wiens bevolking de erfgenaam is van Bolivar's gedachtegoed dat zijn eigen tijdperk overstijgt, wordt tegenwoordig geconfronteerd met een tirannie op wereldschaal die duizend keer krachtiger is dan die van de Spaanse koloniale macht, versterkt door die van de 'pas geboren' Verenigde Staten die, bij monde van president Monroe, hun recht afkondigden op de natuurlijke rijkdommen van het continent en op het zweet van de bevolking.

Martí (De Cubaanse 'Bolivar', nvdr) stelde het wrede systeem aan de kaak en noemde het een monster, in wiens ingewanden hij had geleefd. Zijn internationalistische geest kwam als nooit eerder naar voren toen hij in een brief, die onafgemaakt bleef door zijn dood op het slagveld, het doel van zijn rusteloze strijd bekendmaakte: "Ik riskeer nu dagelijks mijn leven voor mijn land en voel me daartoe verplicht omdat ik begrijp waar het om draait en de moed heb om op het juiste moment, door de onafhankelijkheid van Cuba te voorkomen dat de Verenigde Staten zich uitspreiden over de Antillen en met de hierdoor toegevoegde macht onze landen in Amerika aanvallen."

Het was geen ijdel gepraat toen hij in heldere poëzie verklaarde: "Aan de zijde van de armen op deze aarde wil ik mij scharen". Later verklaarde hij stellig: "De mensheid is mijn geboorteland". De apostel van onze onafhankelijkheid schreef eens: "Laat Venezuela mij roepen om haar te dienen, ik ben haar zoon".

De meest geavanceerde media, ontworpen om mensen te doden, te onderwerpen of uit te roeien; het massaal zaaien van geconditioneerde reflexen van de geest; consumptisme en alle beschikbare middelen, worden ingezet tegen de Venezolanen, met de bedoeling om de ideeën van Bolivar en Martí te vernietigen.

Het imperium heeft voorwaarden gecreëerd die leiden tot geweld en bloederige conflicten. Tijdens Chávez' laatste bezoek op 21 november jl. heb ik serieus met hem gediscussieerd over het risico van een moordaanslag, gezien het feit dat hij zich voortdurend in het openbaar beweegt in auto's met een open kap. Ik sprak op basis van mijn ervaring als een strijder, die getraind is in het gebruik van een automatisch wapen met een telescopisch vizier. Ook ik werd na de overwinning het doelwit van moordcomplotten waartoe opdracht werd gegeven, direct of indirect, door nagenoeg alle regeringen van de Verenigde Staten, sinds 1959.

De onverantwoordelijke regering van het imperium staat nog geen minuut stil bij de gedachte dat de moord op de Venezolaanse leider of een burgeroorlog in dat land de geglobaliseerde wereldeconomie zou opblazen, als gevolg van zijn enorme reserves aan waterkoolstoffen. Dergelijke omstandigheden zijn zonder precedent in de geschiedenis van de mensheid.

Cuba ontwikkelde nauwe banden met de Bolivariaanse regering van Venezuela

gedurende de moeilijkste dagen die het gevolg waren van de neergang van de USSR en het aanscherpen van de economische blokkade door de Verenigde Staten. De uitwisseling van goederen en diensten nam toe van een niveau vanpraktisch nul naar meer dan 7 miljard dollar jaarlijks, met grote economische en sociale voordelen voor beide bevolkingen. Tegenwoordig ontvangen wij zo de brandstofvoorraden die noodzakelijk zijn voor de consumptie in ons land. Iets dat erg moeilijk te verkrijgen zou zijn uit andere bronnen door het tekort aan lichte, onbewerkte olie, onvoldoende verwerkingscapaciteit, de macht van de Verenigde staten en de oorlogen die zij hebben ontketend teneinde beslag te leggen op de olie- en gasreserves in de wereld. Voeg hieraan toe de hoge energieprijzen en de prijzen van voedingsmiddelen, die door de imperialistische politiek gebruikt worden om verwerkt te worden tot brandstof voor de benzineslurpende auto's van de Verenigde Staten en andere geïndustrialiseerde landen.

Een overwinning van de 'Ja'-stemmers op 2 december zal niet genoeg zijn. De weken en maanden die volgen op deze datum zouden wel eens extreem zwaar kunnen zijn voor veel landen, waaronder Cuba; zelfs in die mate dat de avonturen van het imperium zouden kunnen leiden tot een atoomoorlog, zoals zijn eigen leiders hebben toegegeven.

Onze landgenoten kunnen er verzekerd van zijn dat ik tijd heb gehad om na te denken en mij langdurig te bezinnen op deze problemen.

Fidel Castro Ruz, 29 november 2007, vertaling Marian Eikelhof.

Bron: http://www.cuba.cu/gobierno/discursos/2007/ing/f291107i.html