Leerkrachten zijn het wachten zat

Ron Verhoef

Het vak van leraar (lerares) moet aantrekkelijker worden, daar is bijna iedereen in het onderwijs het wel over eens. Een dreigend tekort aan personeel zou er immers wel eens toe kunnen leiden dat opleidingen verdwijnen of klassen groter worden dan wenselijk is. Ook minister Plasterk was het hiermee eens en dus kwam er een Masterplan. Een hoopvol begin waar menig leerkracht veel van had verwacht.

Het loopt echter allemaal niet zo'n vaart. Het enige dat het onderwijzend personeel gemerkt heeft is dat ze van het ministerie allemaal een mooi boekje hebben gekregen waarin het plan uit de doeken wordt gedaan en waar bovendien in verteld wordt hoe mooi het onderwijs wel niet is. Bestaande leraren moeten gekoesterd worden, dat vinden zelfs de werkgevers.

Van dat koesteren komt in de praktijk echter weinig terecht. Alle cao-onderhandelingen zijn inmiddels achter de rug en die hebben vooral geleid tot matige salarisverhoging tegenover een enorme toename van de werkdruk. Geen wonder dat de frustratie bij sommige docenten hoog oploopt. Een aantal van hen kwam op 26 maart in actie om te eisen dat het onderwijs nu eindelijk eens iets van de beloofde 1,1 miljard euro krijgt te zien.

Het boekje dat docenten hebben gekregen rept bijvoorbeeld over het gelijktrekken van de salarissen in het onderwijs en het bedrijfsleven, maar daar komt nog weinig van terecht. Een beginnend docent mag blij zijn als hij evenveel verdient als een leeftijdsgenoot die na het behalen van een MBO-diploma direct aan de slag ging. En ook het perspectief is niet bijzonder, hoewel de leraren redelijk snel doorgroeien naar hun maximum, blijven ze daar ook de rest van hun leven op zitten. Perspectief op promotie is er niet, er zijn immers weinig andere banen dan lesgeven. Hoewel scholen in theorie goed functionerende docenten mogen belonen en de cao dit ook voorschrijft, komt daar in de praktijk niets van terecht. Op mijn eigen school heeft geen enkele docent deze bonus ooit gekregen en ook in de toekomst zal het een dode letter blijven.

Het is dan ook geen wonder dat er nog steeds weinig animo is voor de lerarenopleidingen, zelfs niet in de zogenaamde pretvakken. Als er geen jonge aanwas is, dan moeten de ouderen maar weer voor de klas. En dus kregen duizenden oud-docenten een brief van het ministerie of ze niet weer aan de slag willen. Een aantal van hen reageert daar positief op en dat is natuurlijk mooi, maar tot een blijvende oplossing leidt het niet. Want ook voor deze oudere docenten houdt het toch een keer op en waar komen dan de nieuwe leraren vandaan? Niet van de lerarenopleidingen die leeglopen en ook niet van de jonge leraren die nu wel in het onderwijs zitten.

Een bijkomend en niet onderkend probleem is namelijk dat een meerderheid van de jongere docenten zo zwaar gefrustreerd is dat ze zichzelf niet de rest van haar arbeidsjaren in het onderwijs ziet doorbrengen. De uitkomsten van het tevredenheidsonderzoek onder personeel van scholen laat dat duidelijk zien. Hoewel leraren over het algemeen hun school een voldoende geven, geldt dat niet voor jonge leraren, erger nog al helemaal niet voor leraren die een vak doceren waarin nu al een tekort aan leraren is. Deze lage tevredenheid leidt echter niet tot actie van de werkgevers, die de uitermate bedroevende resultaten onder jonge docenten afwimpelen met de kreet: "ze zijn gematigd positief".

Nu weet ik niet hoe het u verging in het verleden, maar als ik met een vier voor een proefwerk thuiskwam, dan ervoeren mijn ouders dat zeker niet als gematigd positief en een vier is nu exact het cijfer dat jonge leraren geven.

Werkgevers en overheid steken dus hun kop in het zand. Negatieve uitkomsten worden gebagatelliseerd en voorstellen tot verbetering blijven op de plank liggen.

Het rapport Dijsselbloem is door veel scholen bovendien afgedaan als volstrekte onzin. De eisen van de actievoerende leraren waren dus niet overdreven. Het is uitermate jammer dat de politieke steun beperkt bleef en de vakbonden het zelfs helemaal lieten afweten. De vakbonden staan namelijk op het standpunt dat ze nog steeds in overleg zijn over de besteding van het geld. Intussen roepen ze wel dat ze het volledig eens zijn met de eisen van de actievoerders, maar dat blijkt uit vrijwel niets. Zoals al eerder beschreven in Manifest hebben de bonden zich tijdens de cao-onderhandelingen met een kluitje in het riet laten sturen en er is weinig hoop dat dat nu anders is.

Onderwijsbonden schuwen nu eenmaal de actie, meestal onder het mom van dat de leerlingen er de dupe van worden als leraren gaan staken en dat kan natuurlijk niet. Toegegeven de meeste leraren hebben ook problemen met actievoeren exact om die reden. De actie van woensdag was dan ook opmerkelijk. Het feit dat leraren een wilde staking hielden laat wederom zien dat het water velen tot de lippen gestegen is.