Over identiteit en zo...

Wil van der Klift

Iedereen weet dat een gemeenschappelijke taal helpt bij het gevoel een gemeenschappelijke identiteit te hebben. Ook Maxima trouwens die inmiddels een vlotte babbel in de Nederlandse taal weet te houden. Aan de beheersing van de Nederlandse taal is bij haar veel aandacht besteed. Dat verschillende talen in één land de integratie soms niet bevorderen toont ons België.

Natuurlijk worden verschillen tussen taal, godsdienst en etnische achtergronden vaak alleen maar misbruikt om tegenstellingen aan te wakkeren met het oog op achterliggend materieel en politiek gewin. Verdeel en heers. Maar is het vuur eenmaal aangestoken dan spelen dat soort tegenstellingen ook een rol in de strijd.

Je zult maar in India wonen. Wikipedia meldt dat India volgens SIL International 415 verschillende levende talen kent. Het Hindi is de primaire officiële taal die door de federale overheid zelf wordt gebruikt en ook om met staten te communiceren die het Hindi als officiële taal hebben. Het Engels wordt door de federale overheid gebruikt om met staten waar het Hindi niet de officiële taal is te communiceren. De populariteit in het zakenleven, regeringszaken en in niet-Hindisprekende staten zorgen ervoor dat het Engels zijn status als officiële taal blijft behouden. Daarnaast heeft India nog 21 andere officiële talen op zijn grondgebied ingesteld. Los daarvan hebben de staten en territoria zelf ook officiële talen ingesteld. Hoe gaan die 1.129.866.154 mensen die in India leven met elkaar om vraag je je af. Welke identiteit hebben die volgens zichzelf? Of is dat land eigenlijk te groot om lang bij dat soort vragen stil te staan? Wellicht worden zulke vragen prangender naarmate een land kleiner is. Waar kleine landen groot in kunnen zijn wellicht?

De Nederlandse taal

Laten we nog even op de taal als bindmiddel terugkomen. Het kost veel mensen die Nederlands moeten of willen leren moeite om echte Nederlandse woorden te leren. Een rijtje als straat, vork, zak, schotel, munt, kerker, vruchten, sikkel, muur, kalk, wijn, peper, pond, maar ook klok en lamp zal zeker tot de aan te leren Nederlandse woordenschat behoren. Maar ook moeilijkere woorden als admiraal, alcohol, alkoof, arsenaal, atlas, bazar, cijfer, divan, magazijn en ook horde, luit, stroop en suiker. Wil je je in Nederland verstaanbaar maken en dus ook onderdeel kunnen uitmaken van de Nederlandse cultuur, dan moet je deze Nederlandse woorden zeker kennen.

Wie de herkomst van deze woorden nagaat komt echter tot een verrassende ontdekking. De eerste rij woorden stamt namelijk uit het Romeins. De tweede rij uit het Arabisch. Het gaat dus allemaal om vernederlandste woorden. Zo kunnen we nog reeksen Franse woorden en woorden uit andere talen (o.m. joodse) vinden en in toenemende mate ook Engelse. Taal is uiteraard geen synoniem voor identiteit, maar er bestaat wel een sterke relatie. Misschien is het maar net hoe je naar dingen kijkt. Kleinburgerlijk, nationalistisch of met een historische en mondiale bril op. Een Argentijnse met veel geld heeft dan wel het voordeel dat ze een wat ruimere culturele blik kan hebben verworven dan een simpel lid van een lokale Oranjevereniging. De politiek in Den Haag en de media maken alleen maar misbruik van dit soort valse tegenstellingen. Zij stoken voortdurend vuurtjes op voor eigen gewin en populariteit.