Communistisch vakbondskader: "Ik regel niets voor jullie, ik help jullie jezelf organiseren"

Alleen georganiseerde klassenstrijd leidt tot successen. (Foto Flickr)

Sociaaleconomische redactie

Binnen de vakbond strijden veel communisten voor de belangen van de werkenden en uitkeringsgerechtigden. Het is namelijk vanuit die massaorganisatie dat de meeste sociaaleconomische strijd wordt georganiseerd met de bezitters van het kapitaal en hun huurlingen in het management.

De vorming van een formeel erkende vakbondsorganisatie, zoals de FNV, die het belang van de arbeidende mensen tegenover die van het kapitaal binnen de muren van de bedrijven, instellingen en scholen verdedigt, was een grote stap voorwaarts in het versterken van de macht van arbeiders.

De vakbond is geen organisatie die vanzelfsprekend is, maar een organisatie die continu wordt aangevallen door werkgevers, burgerlijke rechters en rechtse politici, zeker als de bonden daawerkelijk opkomen voor de belangen van hun leden. De vakbond is niet formeel in het leven geroepen, maar het resultaat van keiharde volhardende strijd. De vakbond is het product van vele individuele, strijdbare leden die dagelijks in direct contact met collega's staan en zich daarbij bewust zijn van de noodzaak van collectief optreden en daar waar nodig voorgaan in de strijd. De bonden kunnen niet alleen als officiële gesprekspartners in het vergadercircuit bestaan. Strijd door de vakbond voor het belang van de werkende klasse ontwikkelt zich niet vanuit hoogdravende politieke frases. Het zijn de concrete problemen van de collega's in de bedrijven, die het vertrekpunt zijn voor succesvolle collectieve actie.

Bewustzijn van de noodzaak van organisatie komt ook pas dan tot ontwikkeling als één van de collega's het voortouw neemt en door het vinden van de juiste toon in het gesprek angst, gelatenheid en/of verdeeldheid op de werkvloer overwint. Een vakbondskaderlid heeft alleen succes als hij aansluiting weet te vinden bij de leefwereld van zijn collega's.

Een actief vakbondslid heeft dan ook als opdracht, al zou hij het eerste en enige lid in het bedrijf zijn, collega's te stimuleren ook actief lid te worden van een vakbond. De positie binnen de vakbond en de mate van erkenning door vakbondsbestuurders is evenredig aan het aantal leden dat een vakbondskaderlid weet te organiseren. Binnen de vakbond telt uiteindelijk het resultaat van de strijd die wordt gevoerd voor een betere beloning, betere arbeidsvoorwaarden en een respectvolle bejegening door het management.

Er is altijd ervaringskennis aanwezig over de uitbuiting van werknemers, maar pas in de concrete strijd voor het behoud van rechten en het bevechten van betere voorwaarden wordt die kennis operationeel. Een werknemer legt pas de link tussen kapitalisme en de eigen situatie binnen het bedrijf in de daadwerkerkelijke strijd voor concrete belangen.

Een (communistisch) vakbondskaderlid moet dus de kunst verstaan steeds op juiste wijze de antikapitalistische analyse te vertalen naar de concrete situatie op de werkvloer en vice-versa. Dat is alleen te leren in de praktijk, met momenten van offensief optreden en momenten van verdediging en overleg. Bekend worden als communist heeft alleen meerwaarde als dat het resultaat is van daden, woorden alleen zijn niet genoeg.