Berlijn staat steeds meer op instorten

Redactie buitenland

De economie in de Duitse hoofdstad Berlijn wordt nu al gekenmerkt door massawerkloosheid en lage lonen. De grote crisis zit er echter nog aan te komen.

Voor een politicus is het de kunst om ook in een uiterst belabberde situatie het eigen optreden in de mooiste kleuren te beschrijven. Dat geldt ook voor Harald Wolf en Heidi Knake-Werner, die beiden als senatoren (een Berlijnse wethouder) voor Economische Zaken, cq. Arbeid en Sociale Zaken voor de 'Partei Die Linke' (PDL) deel uitmaken van de regering van het bondsland Berlijn.

Het door hen woensdag gepresenteerde rapport over de toestand in de economie en op de arbeidsmarkt (Wirtschafts- und Arbeitsmarktbericht) 2008/2009 heeft voor een groot deel veel weg van een succesverhaal: meer sociaal verzekerde banen, daling van het percentage werklozen, nieuwe vestigingen van bedrijven en een groei van het bruto binnenlands product die boven het landelijke gemiddelde ligt.

Maar door de economische crisis heeft deze verzameling van getallen aan waarde verloren, zeggen zelfs de twee betrokken politici. In dit en het volgende jaar rekent men zowel met een krachtige daling van het bbp als met een verhoging van het aantal werklozen (die in juli 14 procent bedraagt). Volgens Wolf staat Berlijn er echter relatief goed voor, omdat het maar weinig afhankelijk is van de export.

Er zijn weliswaar dramatische verslechteringen in de metaalverwerkende industrie, maar de eveneens in Berlijn sterk vertegenwoordigde farmaceutische- en voedingssector zijn min of meer ongevoelig voor de crisis. De senaat (de Berlijnse regering) wil tegengas geven door het realiseren van het 'conjunctuurpakket II' en een sterker engagement van de 'Landesbank' en de 'Investmentbank Berlijn' in de sectoren waarborg en kredieten voor de bedrijven.

Niettegenstaande alle succesverhalen is de situatie op de Berlijnse arbeidsmarkt nu al buitengewoon dramatisch. Voor een groot deel gaat het daarbij om uitzendkrachten en andere tijdelijke banen. Daar bovenop bestaat er ook nog een buitengewoon grote lagelonensector: 362.000 mensen met een volledige baan hebben een maandelijks netto inkomen onder de 900 euro, 110.000 kunnen hun levensbehoefte alleen met aanvullende Hartz-IV-uitkeringen veiligstellen. Het aantal langdurig werklozen is de laatste jaren onveranderd hoog. De publieke banensector is niet, zoals Knake-Werner altijd vertelt, als alternatief uitgebouwd voor de één-euro-banen. Integendeel, in 2008, dus nog vóór de crisis, werden in dit soort 'scholingsregelingen' 33.500 mensen gedropt, een nieuw record. De verwachte duidelijke stijging van het aantal werklozen zal de sociale situatie in de Duitse hoofdstad duidelijk nog verder verergeren.

Op basis van een artikel van Rainer Balcerowiak in 'junge Welt', d.d. 9-7-2009. Vertaling Marcel de Jong.