Schuldencrisis is een crisis van het systeem

Wereldwijde omvang van kapitaal stijgt naar record

De wereldwijde hoeveelheid kapitaal, eigen en vreemd vermogen, is vorig jaar met 5 procent (11.000 mrd $) gestegen tot 212.000 mrd dollar. Dat is 10.000 mrd dollar meer dan het oude record van 2007, aldus adviesbureau McKinsey. Nieuwe aandelenemissies en betere winstverwachtingen krikten de marktkapitalisatie van beurzen met 6000 mrd dollar op. Een flink deel van de toename is afkomstig van overheden die zich dieper in de schulden hebben gestoken. Aan staatsleningen stond eind 2010 4000 mrd dollar meer uit dan een jaar eerder. In tien jaar tijd is de totale wereldwijde schuld gestegen van 218 procent van het wereldwijde bruto binnenlands product naar 266 procent van het bbp. Opvallend is ook dat de onrust op de financiële markten zich de afgelopen jaren veel sterker voordeed in de industrielanden dan in de groeimarkten van de opkomende landen. Het bankkrediet groeide vorig jaar met bijna 6 procent tot 2600 mrd dollar, waarvan voor de opkomende economieën 2000 mrd dollar. China alleen was goed voor 1200 mrd dollar. In de VS en Europa bedroeg de groei met 300 mrd dollar aanzienlijk minder. De kapitaalstromen vloeiden met name naar de groeimarkten, vooral naar Latijns-Amerika. Met een instroom van 254 mrd dollar overtrof dit continent de gezamenlijke kapitaalstroom naar China, India en Rusland. Het toenemende belang van 'emerging markets' in de wereldwijde kapitaalmarkt blijkt ook uit de kapitaalexport vanuit deze markten. In 2000 kwam 6 procent (280 mrd $) van de buitenlandse investeringen uit de snelle groeilanden. Dat was vorig jaar opgelopen naar een aandeel van 20 procent (922 mrd $). (FD, 29-7-2011)

Redactioneel

Met grote regelmaat komen de Europese regeringsleiders bij elkaar om een oplossing te vinden voor de zogenaamde Euro-crisis. Ongeacht hun besluiten zal het effect ervan echter niets meer of minder zijn dan de verlenging van de lijdensweg van het kapitalistische systeem.

De debatten hebben immers uitsluitend betrekking op de manier waarop de banken - als een belangrijke pijler van het kapitalistische systeem - zoveel mogelijk ongedeerd kunnen blijven en de aandeelhouderswinsten nog verder kunnen stijgen. Dus moeten de lonen in de eurolanden verder omlaag, neemt de koopkracht af en verdiept de crisis zich. De omvang van de staatsschuld zal alleen maar toenemen en geen enkele top zal leiden tot een oplossing van het vraagstuk.

Toen de banken en multinationals in de Bondsrepubliek Duitsland en Frankrijk met de hulp van door hen betaalde politici een paar jaar na de Tweede Wereldoorlog hun economisch beleid gingen coördineren om geleidelijk aan de basis van de huidige Europese Unie te creëren, ging het hen er alleen om de beste voorwaarden te verzekeren voor het gebruik van het kapitaal. Alle beslissingen die werden genomen sinds de oprichting van de "Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal" in april 1951, waarbij ook Nederland was betrokken, waren uitsluitend op dit doel gericht.

Met de oprichting van andere politiek-economische organisaties de jaren erna, zoals EEG, Euratom, de Europese Gemeenschappen en met de Verdragen van Rome, Maastricht, Lissabon, Schengen e.a. werd dit pad gehard. Dit omvat ook de invoering van de euro als gemeenschappelijke munt voor een groep van 17 staten.

De toelating van nieuwe staten in dit circuit was er altijd op gericht om zoveel mogelijk landen stevig te binden aan het grondgebied van de leidende EU-landen. De economisch minder machtige landen, zoals Griekenland, Spanje en Portugal werden gedwongen meer en meer goederen uit de 'kernlanden' van de EU te importeren. Deze invoer werd gefinancierd met kredieten van de banken van de exporterende landen. Ook vond de vernietiging plaats van de eigen productiecapaciteit in de zwakkere landen met financiële steun middels EU-subsidies. Dit resulteerde er bijvoorbeeld in dat landen met een traditioneel sterke landbouw vandaag de dag afhankelijk zijn geworden van de import van landbouwproducten.

Deze politiek moest onvermijdelijk leiden tot een toenemende schuldenlast van deze landen. De EU en de samenstellende staten hebben nog nooit iets ondernomen dat zelfs maar de start van een gecoördineerde aanpak van de economische, fiscale en financiële politiek genoemd zou mogen worden. Alle verklaringen die de invoering bepleitten van beperkende regels voor de zogenaamde financiële markten of belasting op financiële transacties nastreefden, hedge funds wilden 'temmen' en 'excessieve speculatie' wilden tegengaan, bleken loze woorden die nooit leidden tot concrete besluiten. Dergelijke beperkingen zijn immers in tegenspraak met de wetten van de kapitalistische markt. De omvang van de crisis wordt ook weerspiegeld in het feit dat ze allang ook de Verenigde Staten, de machtigste kapitalistische economische macht, in nood heeft gebracht.

Het hele beleid van de EU, inclusief alle beslissingen in het kader van de kapitalistische economische en financiële crisis, dient alleen de verhoging van de winsten van de banken en bedrijven. Daartoe worden sociale verworvenheden, die werden afgedwongen door de arbeidersbeweging gedurende tientallen jaren van zware klassenstrijd, stap voor stap afgeschaft en worden de loonafhankelijken blootgesteld aan toenemende uitbuiting. Privatisering van publieke goederen zal bijdragen aan de verergering van de situatie.

De huidige 'Eurocrisis' is in werkelijkheid geen valutacrisis, maar een crisis van het kapitalistische systeem. Het is een uitdrukking van de tegenstelling tussen de vermaatschappelijking van de arbeid en de particuliere toe-eigening van de daardoor gevormde rijkdom, zoals het werd beschreven in 1848 door Karl Marx en Friedrich Engels in het Manifest van de Communistische Partij. De oplossing van deze crisis kan niet worden gevonden in 'hervormingen' en zal zeker niet plaatsvinden middels herverdeling van de maatschappelijke rijkdom van onder naar boven.

De Communistische Partij bevestigt haar mening dat deze crisis alleen maar effectief kan worden aangepakt als de fundamentele tegenstelling van het kapitalisme wordt doorbroken en de eigendomsstructuur fundamenteel wordt veranderd door banken, bedrijven, alle belangrijke productiemiddelen in gemeenschapshanden komen en de onbeperkte macht van het kapitaal voor eens en voor altijd is beëindigd.

Bewerking van verklaring van het Centraal Comité van de KPL (Communistischen Partij van Luxemburg), d.d. 18 juli 2011, wvdk.