Bolkestein, domme betweter schreef nieuw boek voor De Slegte

fotobolkestein.jpg
De naam 'Bolkestein' is al jaren een synoniem voor afbraak van rechten van werkenden en uitkeringsgerechtigden. (Foto Isobrown/Flickr/cc/by)

Ron Verhoef

Zo nu en dan doet Frits Bolkestein weer eens van zich spreken. Onlangs deed hij dat weer door een boek te publiceren dat 'Intellectuele verleiding' heet. In het boek probeert hij aan te tonen dat politici zonder levenservaring zeer gevaarlijk zijn. In werkelijkheid toont hij vooral aan dat hij een selectief geheugen heeft en niet erg kritisch is naar mensen die het met hem eens zijn.

De centrale stelling luidt eigenlijk dat alleen mensen met voldoende levenservaring goede politici kunnen zijn. De stelling alleen al is zeer problematisch. Wat verstaan we bijvoorbeeld onder levenservaring? En wanneer heb je daarvan voldoende opgedaan? Is het meemaken van een oorlog levenservaring? Zo ja, dan is de stelling bij voorbaat onjuist. Hitler maakte immers de Eerste Wereldoorlog aan het front mee, maar was ondanks dat een gevaarlijke idioot. Als het antwoord nee is, dan is het ook een probleem. Een veel ingrijpender situatie dan een oorlog is er immers niet. Of moeten we denken aan armoede en het verwerken van tegenslagen? Maar ook dan toont Hitler weer het ongelijk van de stelling van Bolkestein.

Nu zou Bolkestein kunnen tegenwerpen dat Hitler de uitzondering op de regel is, maar zo simpel gaat dat niet. We kunnen immers net zo goed wijzen op von Hindenburg, Napoleon of iets minder dramatisch, De Gaulle. We mogen immers aannemen dat Bolkestein de politiek van de Gaulle in Algerije niet ondersteunt. Met andere woorden: er zijn genoeg uitzonderingen te noemen, teveel zelfs om het af te doen als uitzonderingen.

Wat onduidelijk blijft bij deze stelling is: wanneer heeft iemand de juiste levenservaring opgedaan? Blijkens het boek is Bolkestein daarvoor de maatstaf. Levenservaring toont zich door het leren kennen van de waarheid, maar dan wel de waarheid volgens Bolkestein. Al sinds Plato is de mens op zoek naar het antwoord op de vraag wat waarheid nu precies is en zijn waarheid en werkelijkheid hetzelfde of niet? Staan ze bovendien los van de mens of is de waarheid per individu verschillend? Deze vragen worden dus allang gesteld, maar een bevredigend antwoord heeft de filosofie eigenlijk nog niet. Bolkestein stelt zich deze vraag niet. Hij kent de waarheid en zijn waarheid is universeel en voor iedereen toepasbaar.

In een interview gaf Bolkestein aan dat zijn boek ook aantoont dat jonge mensen niet geschikt zijn voor de politiek. Ze hebben te weinig ervaring en kennen de waarheid nog niet. Apart genoeg betrekt hij dit niet op zichzelf. Zelf heeft hij alles in zijn leven goed gedaan. Hij betrekt het ook niet op anderen. Zo zijn oude bekwame politici van links, hoeveel ervaring ze ook hebben, fout. Zij kennen de waarheid niet omdat ze niet genoeg ervaring hebben!

Daarmee komen we op een lastig punt. Hoe stelt Bolkestein die ervaring eigenlijk vast? Voor levende mensen is dat al een probleem. Wat is de levenservaring van iemand als Marcel van Dam? We kennen toch eigenlijk alleen zijn publieke leven, maar over zijn persoonlijke en gevoelsleven is minder van hem bekend. Toch behoren die ongetwijfeld tot zijn levenservaring. Voor een twintigste eeuwse nog levende politicus is het dus al lastig vast te stellen wat zijn levenservaring is, laat staan voor een 18de of 19de eeuwse politicus. Hoe kunnen we die op basis van beperkte bronnen bepalen?

Bolkestein overtreedt in het boek daarmee de wetten van de wetenschap. Hij verdraait alle voorbeelden zodanig dat ze bij zijn stelling passen. Tegenargumenten worden niet gehoord. Feitelijk zegt Bolkestein daarmee dat iedereen die het met hem eens is levenservaring heeft en wie het niet met hem eens is niet. Ongeacht de vraag wat die criticaster dan in zijn leven heeft meegemaakt.

Naar zijn eigen leven is Bolkestein helaas niet zo kritisch. Waar zijn levenservaring, buiten de politiek, uit bestaat is dan ook vaag. Nu gaat het Bolkestein natuurlijk ook vooral om politieke levenservaring, maar laten we niet vergeten dat het politieke leven nooit volledig van het privéleven kan worden gescheiden.

Het is vooral de stelling van dit boek die mij gevaarlijk lijkt. Het strikt naleven van de conclusies van dit boek leidt immers tot een weinig kritische houding. Het heeft er zo alle schijn van dat Bolkestein zelf in de intellectuele verleiding is getrapt waar hij anderen zo voor waarschuwt. We zijn van hem natuurlijk ook niet anders gewend.

Het is jammer dat in de uitgeverswereld niet de intellectuele waarde van een boek centraal staat, maar vooral de naam van de schrijver. De naam Bolkestein zorgt voor kopers en dus winst. Was het boek door willekeurig iemand anders geschreven dan had deze auteur een net afwijzingsbriefje van de uitgever ontvangen en dat was dan volkomen terecht geweest.