Imperialistische tegenstellingen groeien

Sociaaleconomische redactie

Van een gezamenlijke aanpak van de eurocrisis is steeds minder sprake. De onderlinge fricties in Europa nemen toe. De tegenstellingen tussen niet-eurolanden als het Verenigd Koninkrijk en Polen en de eurolanden groeien hard, maar ook onderling bestaat er binnen de EU geen overeenstemming. Duitsland gaat niet akkoord met Franse financieringsplannetjes. Welke kapitaalgroepen gaan er opdraaien voor de gigantische kosten van de crisis nu de duimschroeven voor de bevolking al fors zijn aangedraaid? De verschillen tussen het Duitse en Franse (bank)kapitaal zijn erg groot en rechtvaardigden in het verleden zelfs een wereldoorlog. De Frans-Duitse as staat onder toenemende spanning.

Beslissingen over een strikter begrotingsbeleid en economische afstemming worden steeds weer vooruitgeschoven. De onderlinge belangentegenstellingen tussen verschillende staten en tussen de privébelangen van het (financierings)kapitaal en de collectieve belangen staan een gezamenlijk besluit in de weg.

Nederland wil dat er een machtige eurocommissaris komt die de begrotingsdiscipline in de eurolanden controleert en die boetes uitdeelt. Frankrijk en Duitsland zetten in op een economische regering die de eurolanden tot coördinatie van economisch beleid moet aanzetten, maar zijn onderling verdeeld over wie er moet betalen. EU-voorzitter Herman van Rompuy wil geen aparte instituties voor de eurozone, zoals Duitsland en Frankrijk wel suggereren. Hij stelt kleine wijzigingen voor die ervoor moeten zorgen dat de ministers van Financiën van de eurolanden beter samenwerken met de raad van regeringsleiders. De Britten staan traditioneel argwanend tegenover elke vorm van grotere coördinatie in Europa. Zij verdedigen hun belangen op hun eigen Angelsaksische manier. Eventuele wijzigingen vereisen zeer waarschijnlijk een aanpassing van het Europese Verdrag waardoor er een hoge drempel ligt. Daarom is de kans groot dat de hele kwestie wordt doorgeschoven en dat een werkgroep onder leiding van Van Rompuy er de tijd voor neemt om te onderzoeken wat er moet veranderen en of een verdragswijziging zinvol is. De kwestie van de economische regering komt waarschijnlijk niet onmiddellijk aan bod.

Het voorstel van Merkel en Sarkozy voor een economische regering is op geen enkele manier verder uitgewerkt. Beide politici zijn inmiddels druk met de onderhandelingen over de verhoging van het noodfonds. Sarkozy wil kredietfaciliteiten van de Europese Centrale Bank (ECB) inzetten om de eurocrisis te bestrijden. Daarvoor wil hij het fonds een bankvergunning geven, zodat het noodfonds ECB-geld kan aftappen. Merkel en de ECB zijn daar mordicus tegen. Ook eurocommissaris Olli Rehn van economische zaken is tegen deze constructie die volgens hem strijdig zou zijn met EU-bepalingen.

Ook de financiering van de steun aan de Griekse regering lijkt moeilijker geworden. De financieringsbehoefte is hoger dan in juli werd gedacht, omdat het begrotingstekort groter is. Het deels afboeken van de Griekse schuld komt steeds dichterbij. Merkel en Sarkozy verklaarden dat de onderhandelingen met de banken over een hogere private bijdrage aan het tweede noodpakket voor Griekenland onmiddellijk moeten beginnen. Volgens Brusselse bronnen zal ook de lening van de eurolanden aan de Griekse regering hoger moeten zijn.

Het Griekse parlement stemde op 20 oktober, ondanks het toenemende verzetvan de Griekse bevolking, in met nieuwe bezuinigingsplannen. Die zouden nodig zijn om recht te hebben op de nieuwe tranche van de noodlening. In het artikel van Georgios Toussas, elders in de krant, wordt uit de doeken gedaan hoe de vork werkelijk in de steel zit.

Een allesomvattend akkoord over de aanpak van de eurocrisis was er niet afgelopen zaterdag, toen dit artikel werd geschreven. De verschillende kapitaalgroepen in Europa waren nog slaags met elkaar. Of zo'n akkoord er wel zal komen is de kernvraag. Kan de crisis weer even tijdelijk worden gestopt of niet? Veel zal afhangen van de kracht van het groeiende verzet onder de bevolkingen in Europa. De klassentegenstellingen groeien, maar het verzet is nog te versnipperd en te verdeeld. Bovendien zijn de eisen van het progressieve deel van de bevolking dat zich in toenemende mate laat horen nog erg verschillend en daarmee weinig doeltreffend. Maar de problemen houden aan en zullen zorgen voor een nieuwe basis om deze tekortkomingen te overwinnen.