De oorlog tegen de democratie

John Pilger

Lisette Talate stierf onlangs. Ik herinner me een gespierde, erg intelligente vrouw die haar verdriet maskeerde met een vastberaden houding. Ze was de belichaming van het menselijk verzet tegen de oorlog om de democratie. Ik ving voor het eerst een glimp van haar op in de jaren 1950 in een film van het 'Colonial Office' over de eilandbewoners van Chagos, een klein creools land halverwege Afrika en Azië in de Indische Oceaan. De camera toonde bloeiende dorpen, een kerk, een school, een ziekenhuis, alles gelegen in een fenomenale natuurlijke schoonheid en vrede. Lisette herinnert zich dat de producent tegen haar en haar tienervrienden zegt, "blijven lachen meisjes!"

Zittend in haar keuken in Mauritius veel jaren later, zei ze "glimlachen deed ik altijd. Ik was een gelukkig kind, want mijn wortels zaten diep in de eilanden, mijn paradijs. Mijn overgrootmoeder werd er geboren; ik kreeg daar zes kinderen. Dat is waarom ze ons niet wettelijk uit ons eigen huis konden gooien; ze moesten ons angst inboezemen om ons te verdrijven of ons onder dwang verjagen. In het begin probeerden ze ons te verhongeren. De schepen met voedsel kwamen niet meer, er waren geruchten dat we zouden worden gebombardeerd, daarna richtten zij zich tegen onze honden."

In de vroege jaren 1960 had de Labour-regering van Harold Wilson in het geheim ingestemd met een vraag van Washington of de Chagos-archipel, een Britse kolonie, kon worden 'gezuiverd' van haar 2.500 inwoners, zodat een militaire basis kon worden gebouwd op het hoofdeiland Diego Garcia. "Ze wisten dat we niet te scheiden waren van onze huisdieren", zegt Lisette, "Toen de Amerikaanse soldaten kwamen om de basis te bouwen, zetten ze hun grote vrachtwagens met de achterkant naar de stenen berging waar we de kokosnoten prepareerden, honderden honden werden opgepakt en daar gevangen- gezet. Daarna werden ze vergast door de uitlaten van de vrachtwagens. Je kon ze horen huilen."

Lisette en haar familie en honderden eilandbewoners werden onder dwang op een roestige boot gezet en naar Mauritius vervoerd, een afstand van 2.500 mijl. Ze moesten slapen in het ruim op een lading kunstmest: vogelpoep. Het weer was ruw, iedereen was ziek; twee vrouwen kregen een miskraam. Ze werden gedumpt in de haven in Port Louis, de jongste kinderen, Jollice en Regis, stierven binnen een week na elkaar. "Ze stierven van verdriet," zei ze. "Ze hadden de gesprekken gehoord en de gruwel gezien van wat er gebeurd is met de honden. Ze wisten dat ze hun huis voorgoed verlieten. De arts in Mauritius zei dat hij verdriet niet kon behandelen."

Deze daad van massa-ontvoering werd uitgevoerd onder de grootste geheimhouding. In een officieel document, onder de rubriek, "Houdt de fictie in stand", spoort de juridisch adviseur van het ministerie van Buitenlandse Zaken zijn collega's aan om hun acties te verbergen door de bevolking te "reclassificeren" als "zwervend" en "de regels aan te passen aan de werkelijkheid". Artikel 7 van het statuut van het Internationaal Strafhof zegt dat de "deportatie of onder dwang overbrengen van bevolking" een misdaad is tegen de menselijkheid. Dat Groot-Brittannië zo'n misdaad had gepleegd - in ruil voor 14 millioen dollar korting op een Amerikaanse Polaris nucleaire onderzeeër - stond niet op de agenda van een groep Britse oorlogsjournalisten die naar Chagos werden gevlogen door het ministerie van Defensie toen de VS-basis klaar was. "Er staat niets in onze bestanden", zei een ambtenaar op het ministerie, "over bewoners of een evacuatie."

Vandaag de dag is Diego Garcia cruciaal voor Amerika en Groot-Brittannië in de oorlog tegen de democratie. De zwaarste bombardementen op Irak en Afghanistan werden gelanceerd vanaf zijn enorme landingsbanen, waarachter het door de eilandbewoners verlaten kerkhof en de kerk liggen als archeologische ruïnes. De terrasvormige tuin waar Lisette lachte voor de camera is nu een versterkte behuizing voor de 'bunker-busting' bommen die worden vervoerd door vleermuis-vormige B-2 vliegtuigen naar doelen in twee continenten; een aanval op Iran zal hier beginnen. Alsof ze het symbool van dolzinnige, criminele macht compleet wil maken, heeft de CIA nog een Guantanamo-achtige gevangenis gebouwd voor haar slachtoffers, en noemde het "Camp Justice".

Wat het paradijs van Lisette werd aangedaan, heeft een urgente en universele betekenis, want het staat voor het gewelddadige, meedogenloze karakter van een heel systeem achter zijn democratische façade, en de omvang van onze eigen indoctrinatie m.b.t. zijn Messiaanse veronderstellingen, zoals beschreven door Harold Pinter als een "briljante, zelfs geestige, en zeer succesvolle daad van hypnose." Langduriger en bloediger dan welke oorlog ook sinds 1945, gevoerd met demonische wapens en gangsters verkleed als 'economische politiek' en ook wel bekend als de globalisering, is de oorlog tegen de democratie onbespreekbaar in de westerse elitekringen. Zoals Pinter schreef: "het is nooit gebeurd, zelfs als het gebeurde".

In juli publiceerde de Amerikaanse historicus William Blum zijn "bijgewerkt overzicht van de Amerikaanse buitenlandse politiek". Sinds de Tweede Wereldoorlog hebben de VS:

  1. Gepoogd meer dan 50 regeringen, de meeste van hen democratisch verkozen, omver te werpen.
  2. Geprobeerd in 20 landen een nationale- of volksbeweging te onderdrukken.
  3. Zich in minstens 30 landen op grove wijze gemengd in democratische verkiezingen.
  4. Op mensen van meer dan 30 landen bommen gegooid.
  5. Gepoogd meer dan 50 buitenlandse leiders te vermoorden.

In totaal hebben de Verenigde Staten een of meer van deze acties uitgevoerd in 69 landen. In bijna alle gevallen was Groot-Brittannië de collaborateur. De naam van de 'vijand' verandert - van communisme naar islamisme - maar meestal is het de opkomst van de democratie, onafhankelijk van de westerse machten of een samenleving die strategisch nuttig grondgebied bezet, zoals de Chagos-eilanden.

De enorme omvang van het lijden, laat staan van de criminaliteit, is weinig bekend in het Westen, ondanks de aanwezigheid van de meest geavanceerde communicatiemiddelen ter wereld, relatief vrije journalistiek en de meest bewonderde wetenschappers. Dat de meeste slachtoffers van het terrorisme - westers terrorisme - moslims zijn, is onzegbaar als het bekend is. Dat een half miljoen Iraakse kinderen stierven in de jaren 1990 als gevolg van de blokkade opgelegd door Groot-Brittannië en de VS is niet van belang. Dat het extreme jihadisme, wat leidde tot 9/11, werd gekoesterd als een wapen van westerse politiek ('Operation Cyclone') is bekend bij deskundigen, maar wordt verder onderdrukt.

Terwijl de populaire cultuur in Groot-Brittannië en de VS de Tweede Wereldoorlog onderdompelt in een ethisch bad voor de overwinnaars, wordt de holocaust die voortvloeit uit de Anglo-Amerikaanse dominantie van gronstoffen-rijke regio's naar de vergetelheid gestuurd. Onder de Indonesische tiran Suharto, gezalfd als "onze man" door Thatcher, werden meer dan een miljoen mensen afgeslacht. Beschreven door de CIA als "de ergste massamoordenaar van de tweede helft van de 20e eeuw". In deze schatting werd niet meegenomen een derde van de bevolking van Oost-Timor, die werd uitgehongerd of vermoord met westerse toestemming, Britse jachtbommenwerpers en machinegeweren.

Deze waar gebeurde verhalen worden verteld in vrijgegeven bestanden in het 'Public Record Office' (Brits Nationaal Archief), maar leveren wel een volledig beeld van de politiek en de uitoefening van de macht die is afgesloten van de publieke aandacht. Dit laatste werd bereikt door een stelsel van niet-dwingende controle op informatie, door de 'evangelische' mantra van de consumentenreclame tot aan sound-bites op BBC nieuws en nu door de vluchtigheid van de sociale media.

Het is alsof de schrijver als waakhond is uitgestorven, of in de ban is van een sociopathische (gebrekkige aanpassing aan de maatschappij) tijdgeest, overtuigd dat ze te slim zijn om te worden bedrogen. Wees getuige van de stormloop van de hielenlikkers die popelen om Christopher Hitchens (1) te verafgoden, een oorlogsaanbidder die graag toestemming had gekregen de misdaden van de roofzuchtige macht te rechtvaardigen. "Bijna voor het eerst in twee eeuwen", schreef Terry Eagleton (Brits literair criticus), "is er geen eminente Britse dichter, toneelschrijver of schrijver bereid om de fundamenten van de westerse manier van leven ter discussie te stellen".

Geen Orwell die waarschuwt dat we niet hoeven te leven in een totalitaire samenleving om te worden beschadigd door dit totalitarisme. Geen Shelley die spreekt namens de armen, geen Blake met een visie, geen Wilde die ons eraan herinnert dat ongehoorzaamheid, in de ogen van iemand die de geschiedenis kent de oorspronkelijke deugd van de mens is. En pijnlijk genoeg geen Pinter woedend op de oorlogsmachine, zoals geïllustreerd in American Football:

Hallelujah.
Prijs de Heer voor alle goeds ...
We knalden hun ballen tot stofdeeltjes,
Tot verrot kleine stofdeeltjes ...

Tot verrot kleine stofdeeltjes worden vele levens geknald door Barack Obama, de 'Hoop op Verandering' van het westerse geweld. Wanneer een van Obama's drones een hele familie uitroeit in een ver tribaal gebied van Pakistan, of Somalië, of Jemen, typen de Amerikaanse controllers op hun computer-game schermen: 'BugSplat'. Obama houdt van drones en maakt grapjes over ze met journalisten. Een van zijn eerste daden als president was een golf van drone-aanvallen op Pakistan die 74 mensen om het leven bracht. Sindsdien heeft hij er duizenden gedood, voornamelijk burgers; drones vuren Hellfire raketten af die de lucht uit de longen van kinderen zuigen en het kreupelhout versieren met lichaamsdelen.

Denk aan de betraande krantenkoppen toen het merk Obama werd verkozen: "memorabele tintelingen in de wervelkolom": de Guardian. "De Amerikaanse toekomst", schreef, Simon Schama "is totale visie, numineus, vormloos, licht in het hoofd ...". De columnist van de San Francisco Chronicle zag een spirituele "lichtwerker die een nieuwe manier van leven kan inluiden op de planeet". Afgezien van de onzin, zoals de grote klokkenluider Daniel Ellsberg had voorspeld, had er een militaire staatsgreep plaats in Washington, en Obama was hun man. Na de anti-oorlogsbeweging te hebben verleid tot een virtuele stilte, heeft hij de corrupte Amerikaanse militaire officierenklasse ongekende macht gegeven over de staat. Dit omvatte het vooruitzicht van oorlogen in Afrika en de mogelijkheden voor provocaties tegenChina, de grootste schuldeiser van Amerika en de nieuwe "vijand" in Azië. Onder Obama is de oude bron van officiële paranoia Rusland, omringd met ballistische raketten en is de Russische oppositie geïnfiltreerd. Militaire en CIA-eliminatieteams zijn gedetacheerd in 120 landen; lang geplande aanvallen op Syrië en Iran lonken naar een wereldoorlog. Israël, het voorbeeld van Amerikaans geweld en wetteloosheid bij volmacht, heeft zojuist zijn jaarlijkse zakgeld van 3 miljard dollar ontvangen in combinatie met de toestemming van Obama om meer Palestijns land te stelen.

De meest 'historische' prestatie van Obama is dat hij de oorlog tegen de democratie naar Amerika gebracht heeft. Op oudejaarsavond tekende hij de National Defense Authorization Act (NDAA), een wet die het Pentagon het wettelijk recht verleent om zowel buitenlanders als Amerikaanse burgers te ontvoeren en voor onbepaalde tijd vast te houden, te ondervragen en te martelen of zelfs te doden. Ze hoeven alleen verbonden te zijn aan organisaties vijandig aan de Verenigde Staten. Er zal geen bescherming door de wet zijn, geen proces, geen wettelijke vertegenwoordiging. Dit is de eerste expliciete wetgeving die de habeus corpus (het recht op een eerlijk proces) afschaft en is effectief gezien de intrekking van de Bill of Rights van 1789.

Op 5 januari zei Obama, in een buitengewone toespraak bij het Pentagon, dat het leger niet alleen klaar is om "grondgebied en bevolking in het buitenland te beveiligen", maar ook om in het "thuisland te vechten" en te zorgen voor "steun aan de civiele autoriteiten". Met andere woorden, Amerikaanse troepen zullen worden ingezet in de straten van Amerikaanse steden als de onvermijdelijke onrust onder de bevolking toeneemt.

Amerika is nu een land van epidemische armoede en barbaarse gevangenissen: het gevolg van het 'markt'extremisme, dat onder Obama heeft geleid tot de overdracht van 14 biljoen dollar publiek geld naar criminele ondernemingen in Wall Street. De slachtoffers zijn meestal jonge werklozen, daklozen, opgesloten Afro-Amerikanen, verraden door de eerste zwarte president. Het historisch logische gevolg van een eeuwigdurende staat van oorlog, dit is geen fascisme, nog niet, maar het is ook geen democratie in een herkenbare vorm, ongeacht de placebo-politiek die het nieuws zal vullen tot november. De presidentiële campagne, aldus de Washington Post, zal "een botsing zijn van opvattingen duidelijk geworteld in verschillende standpunten over de economie". Dit is overduidelijk onjuist. De omschreven taak van de journalistiek aan beide zijden van de Atlantische Oceaan is om een schijn van politieke keuze te creëren waar er geen is.

Dezelfde schaduw hangt boven Groot-Brittannië en grote delen van Europa, waar de sociaaldemocratie, een geloofsartikel van twee generaties terug, in de handen is gevallen van de dictators van de centrale banken. In David Cameron's 'big society', overtreft de diefstal van 84bn pond in de vorm van banen en diensten zelfs het belastingbedrag dat 'legaal' niet wordt betaald door parasitaire bedrijven. De schuld ligt niet bij extreemrechts, maar bij een laffe liberale politieke cultuur, die heeft toegestaan dat dit gebeurde, en waarover Hywel Williams (Brits historicus), schreef in de nasleep van de aanslagen op 9/11, dat het "op zich een vorm van zichzelf rechtvaardigend fanatisme" kan zijn.

Tony Blair is zo'n fanaat. In zijn bestuurlijke onverschilligheid met betrekking tot de vrijheden waarvan hij stelt dat ze dierbaar zijn, heeft het burgerlijke Blairse Groot-Brittannië een politiestaat gecreëerd met 3.000 nieuwe strafbare feiten en wetten: meer dan in de hele vorige eeuw. De politie lijkt duidelijk te geloven dat ze straffeloos kan doden. Op verzoek van de CIA, worden gevallen zoals dat van Binyam Mohamed, een onschuldige Britse ingezetene, gemarteld en vervolgens aangehouden voor vijf jaar in Guantanamo Bay, behandeld in de geheime rechtbanken in Groot-Brittannië "om de inlichtingendiensten te beschermen" en vanzelfsprekend de folteraars.

Deze onzichtbare staat liet het de regering-Blair toe om de Chagos-eilandbewoners te bestrijden toen zij opstegen uit hun wanhoop in ballingschap en gerechtigheid eisten in de straten van Port Louis en Londen. "Alleen als je direct actie onderneemt, van aangezicht tot aangezicht, en zelfs wetten overtreedt, wordt je gezien", zegt Lisette. "En hoe kleiner je bent, hoe groter je voorbeeld is voor anderen." Een welgesproken antwoord op degenen die nog steeds vragen: "Wat kan ik doen?"

Ik zag voor het laatst Lisette's kleine figuur staand in een slagregen naast haar kameraden buiten het House of Parliament. Wat me opviel was de blijvende moed van hun weerstand. Het is deze weigering op te geven waar de verrotte macht bang voor is, vooral in de wetenschap dat het broeit onder de bevolking.

(1) Christopher Hitchens, in Engeland geboren, maar naar Amerika verhuisde, inmiddels overleden columnist, was aan het begin van zijn loopbaan links gengageerd. Hij schreef voor het tijdschrift International Socialist en verzette zich fel tegen de oorlog in Vietnam. Na de terreuraanslagen van 11 september 2001 veranderde Hitchens van mening. Hij steunde de oorlog in Irak en hekelde 'fascisme met een islamitisch gezicht'.

Vertaling B.B.

Zie ook: http://www.johnpilger.com en http://www.boublog.nl/22/01/2012/john-pilger-hoe-steel-je-een-tropisch-eiland/