China op zoek naar de oversteek van middeleeuwen naar socialisme (deel 2)

chinaschool.jpg
Een schoolklas in Guilin, Guanxi Provincie, China op weg naar een picknick. Kinderen leren er nog steeds van jongs af aan de rode vlag te volgen (Foto: yewenyi/Flickr/cc/by-nc).
chinaplat.jpg
Een straatmarkt in Guizhou, een streek in het zuidwesten van China. Hier leven veel etnische minderheden en er wordt al decennialang werk van gemaakt om de ontwikkeling in deze gebieden te stimuleren en de kloof met de snel moderniserende kuststrook te verkleinen (Foto: sweart/Flickr/cc/by-nc).

China is een enorm groot land. De kwalitatieve en kwantitatieve ontwikkelingen aldaar groeien snel en kennen veel ingewikkelde tegenstrijdigheden die een grondig onderzoek noodzakelijk maken, alvorens conclusies te trekken. Manifest is daarom begonnen artikelen te publiceren die trachten het inzicht in deze ontwikkelingen te vergroten. Zie eerder Manifest 2011 nummer 6, 8, 9, 10, 11 en 12 in 2011 en nummer 1 in 2012.

In onze artikelenserie over China publiceren we deze maand het afsluitend tweede deel van de epiloog uit het boek van Prof. Dr. Helmut Peters 'Die Volksrepublik China: Aus dem Mittelalter zum Sozialismus' (*). In het eerste deel schetste hij de historisch bepaalde materiële en culturele achterstand van de Volksrepubliek China en de pogingen van de Chinese Communistische Partij om vanuit deze middeleeuwse situatie een weg te vinden naar het socialisme. Peters stelt dat er pas van socialisme gesproken kan worden als het superieur is aan het kapitalisme, en dat is tot op heden in China niet het geval. Eerst moet het land zijn achterstand goedmaken vooraleer het kan beginnen met de werkelijke opbouw van het socialisme. Onder leiding van de CP China wordt momenteel een eigen kapitalistische weg ontwikkeld die deze materiële en culturele voorwaarden moet creëren.

Epiloog (deel 2)

"De staatsbedrijven moeten een deel van hun winst na belasting aan de staat als eigenaar afdragen voor maatschappelijke doeleinden en in hun economische activiteit de door de communistische partij beoogde maatschappelijke ontwikkeling bevorderen. Het geheel van de sociale voorzieningen is inmiddels weer uit de markteconomie losgekoppeld en tot de verantwoordelijkheid van de regering gemaakt. De hervorming van het administratief systeem heeft tot doel de markteconomie verder te ontwikkelen, maar tegelijk ook de macrocontrole en -regulering door de staat te versterken en verder uit te bouwen.

Bij de opbouw van de materiële fundamenten van het socialisme in China zal zeker ook in de toekomst gebruikgemaakt worden van het kapitalisme, als een aanvulling gedurende een zekere periode. De concrete eigendoms- en productieverhoudingen die de CP China tegenwoordig en voor een langere periode probeert te benutten, zijn echter zelfs in aanleg (nog) niet socialistisch van karakter. De vormgeving van die verhoudingen duidt er veel meer op dat het de CP China nu en voor langere tijd gaat om een zo snel mogelijke economische versterking van de VR China onder maximale benutting van het kapitaal en de condities voor meerwaardevorming. Objectief zullen zich in dit proces ook materiële voorwaarden voor de opbouw van het socialisme ontwikkelen. De daarbij gebruikte speciale (gecontroleerde) bevordering van de Chinese privaatkapitalistische economie zou, naast de benutting van de wetenschappelijk-technische vooruitgang van de economisch leidende kapitalistische landen, als weg gezien kunnen worden om het nationaal potentieel van het land ten opzichte van deze landen sneller te ontwikkelen.

De economische basis van het huidige China wordt door een specifieke vorm van staatskapitalistische verhoudingen gekarakteriseerd. Die moet als middel dienen om de maatschappelijke productiekrachten zo vlot mogelijk te ontwikkelen, armoede en achterstand in de levensomstandigheden van de brede massa van het volk te overwinnen en het complex potentieel van het land zo te versterken dat de nationale veiligheid en daarmee de socialistische perspectieven onder alle omstandigheden veiliggesteld kunnen worden. Dat onderscheidt dit staatskapitalisme principieel van het klassiek kapitalisme, alsook van de functie van het staatskapitalisme in de kapitalistische landen.

In China ontwikkelt zich een nieuw soort sociale en klassenstructuur. Die weerspiegelt in haar wezen een maatschappij met een 'inhaalslag in de industrialisering en urbanisering' onder de condities van een markteconomie: versnelde historische ontwikkeling van de arbeidersklasse, kwantitatieve krimp van de boerenbevolking, ontwikkeling van een sociale klasse van de bourgeoisie, veel tussen- en nevenlagen. Het bijzondere en nieuwe aan dit sociaal proces is de sturing ervan door de politiek van de huidige Chinese leiding in de richting van de bundeling van alle nationale krachten voor de versnelde modernisering en versterking van het land. De CP China probeert daarom de sociale tegenstrijdigheden die tot uiting komen in belangenconflicten, voordat ze grote vormen aannemen, door een belangenvergelijk op wettelijke basis te neutraliseren en alle sociale krachten onder benutting van traditionele culturele waarden op de 'renaissance van de Chinese natie' te richten. Het karakter en de richting van deze sociale politiek manifesteren zich volgens mij zeer duidelijk op vier terreinen:

In de politieke bovenbouw weerspiegelen zich de economische en sociale tegenstrijdigheden en de voor de oplossing hiervan uitgevochten maatschappelijke conflicten. De politieke macht in handen van de communistische partij is nog steeds maximaal geconcentreerd. Op centraal niveau en aan de basis van de maatschappij (dorp en stadswijk) vinden we beginstadia van een democratische organisatie. De voornaamste problemen die de bescherming hiervan bemoeilijken, zijn vanuit mijn optiek:

In het gecompliceerd proces van het zich eigen maken van de 'burgerlijke cultuur' en het daarmee verbonden conflict als gevolg van westerse burgerlijke infiltratiepogingen staat de politieke macht alles bij elkaar eenduidig voor de verdediging en de politieke bescherming van de socialistische perspectieven. Ook de VR China heeft tot nu toe echter zelfs in aanleg geen nieuwe productie- en levenswijze, geen nieuwe consumptiewijze ontwikkeld die superieur is aan het kapitalisme. Maar misschien is deze verwachting gezien de nog niet overwonnen armoede en achterstand te hoog gegrepen. Het land volgt op al deze terreinen eigenlijk het westers kapitalistisch voorbeeld. Het is zeer wel mogelijk dat de voortzetting van deze trend op den duur voor het socialistisch perspectief dodelijker blijkt te zijn dan al het andere.

De nieuwe buitenlandse politiek vertoont bij alle pragmatisme, bij alle deels verregaande compromissen ten opzichte van Washington en bij alle pogingen om niet in ernstige conflicten of zelfs in militaire confrontaties met het imperialisme betrokken te raken, uiteindelijk een helder profiel, namelijk met de behartiging van de eigen belangen onder handhaving van de vrede en overeenkomstig de veranderende internationale krachtsverhouding de vooruitgang in de wereld bevorderen. Daarbij kan de zich ontwikkelende economische en politieke samenwerking van de VR China met vooral de landen met een nationale en sociale bevrijdingsstrijd in Latijns-Amerika het revolutionair wereldproces zeer zeker nieuwe impulsen geven.

Het beeld van de huidige Chinese samenleving en de manier waarop ze zich ontwikkelt lijken in hun wezen opvallend op die van de 'burgerlijk-democratische samenleving van het nieuwe type' ('burgerlijk-democratische samenleving onder leiding van de arbeidersklasse' of nieuwdemocratische samenleving), zoals die op de VIIe partijdag van de CP China in 1945 is geschetst als een aan de socialistische revolutie en de socialistische opbouw voorafgaande ontwikkelingsfase. Vergelijkbaar zijn bijvoorbeeld de benutting op lange termijn van het binnenlands privaatkapitalisme en het buitenlands kapitaal voor de industrialisering van het land, het feit dat de privaatkapitalistische ondernemer beschouwd wordt als een onderdeel van 'het volk', de uitdrukkelijke legitimiteit van het burgerlijk eigendom van productiemiddelen, de goedkeuring van de uitbuiting binnen wettelijke kaders (zij het tegenwoordig 'geclausuleerd'), de zorg voor de legitieme rechten van de werkers in de betrekkingen tussen arbeid en kapitaal en de staatsbescherming van de belangen van beide zijden in het belang van een progressieve nationale ontwikkeling. De voorwaarden voor de realisering van een dergelijke samenleving zijn tegenwoordig natuurlijk wezenlijk verschillend van die van vroeger. De VR China heeft een reeks van tegenstrijdige pogingen achter zich om tot het socialisme over te gaan. De internationale krachtsverhouding is momenteel een fundamenteel andere. China ontwikkelt zich tegenwoordig midden in het proces van de door het kapitalisme gedomineerde economische globalisering. De invloed van uitwendige kapitalistische factoren op de interne ontwikkeling van China is wezenlijk omvangrijker en directer. En toch: De gelijkenis in de economische en sociale structuur, de wetenschappelijke doelstelling en de methoden en middelen voor de verwerkelijking daarvan valt niet te ontkennen.

Samengevat luidt mijn oordeel: De huidige Chinese samenleving heeft nog geen socialistisch karakter, maar is ook geen burgerlijke samenleving in marxistische zin. Ze bevindt zich in haar historisch transformatieproces objectief in een fase die aan het socialisme vooraf kan gaan. Doel en inhoud van de politiek van de CP China, niet haar theorie, beantwoorden bij alle interne tegenstrijdigheden alles bij elkaar aan de reële interne en externe condities en de daaruit voortvloeiende eisen en mogelijkheden. Het is een samenleving waarvan de economische basis berust op een bijzonder soort staatskapitalisme en waarvan de politieke bovenbouw bepaald wordt door de macht in handen van de CP China. De intensiteit en de omvang van de samenwerking met het kapitaal en de daarmee verbonden vraag "wie - wanneer?" maken deze 'bijzondere vorm van klassenstrijd' (Lenin) tot een zeer moeilijke en gevaarlijke tocht waarbij tussen alle klippen door gelaveerd moet worden.

(*) Helmut Peters, Die Volksrepublik China: Aus dem Mittelalter zum Sozialismus. Auf der Suche nach der Furt, Neue Impulse Verlag, Essen; 2009; www.marxistische-blaetter.de. Vertaling Louis Wilms.