Economie VS geen voorbeeld voor EU

131636861_41n.jpg

Rainer Rupp

Tijdens de weinig overtuigende G20-Top in Mexico, op 18 en 19 juni jongstleden, sloeg president Barack Obama van de VS geen goed figuur. In het licht van de dreiging dat de economie van de VS verder wegzakt in een nieuwe recessie, riep Obama de Europeanen hartgrondig op tot een krachtige stimulans van de economie in Europa, zodat ook de Verenigde Staten kunnen profiteren van een toenemende vraag uit het oude continent. Want aan de vooravond van de Amerikaanse verkiezingen, komende herfst, kan de VS-president een recessie absoluut niet gebruiken.

Volgens de 'New York Times' is er tussen de Europese staats- en regeringsleiders - die met nog meer staatsuitgaven de economische groei willen stimuleren - en de Duitse 'Commissaris van Besparingen' Angela Merkel "voortdurend heen en weer gediscussieerd". Daarbij sloegen zij weinig acht op de aansporingen van Obama ten aanzien van de malaise waarin ook de VS-economie zich bevindt. "Met al zijn invloed als de leider van de grootste volkseconomie van de wereld" lijkt Obama "vaak meer een figurant", klaagde de New Yorkse krant.

Ondanks herhaaldelijke 'injecties' van miljarden dollars om de economie te stimuleren de afgelopen jaren ziet het er voor de VS-economie niet goed uit. Net terug uit Mexico kreeg Obama te horen dat Ben Bernanke, president van de Fed (Federale Reserve), het groeipercentage van de VS-economie voor de rest van dit jaar van 2,9 naar 2,4 procent heeft bijgesteld, wat volgens veel experts nog veel te optimistisch is. Alleen doordat de hoogte van de inflatie-index door allerlei statistische trucs kunstmatig laag wordt gehouden, kan er nog een economische groei worden gemeld.

Het groeiend aantal werklozen, dat in werkelijkheid rond 23 procent ligt in plaats van de officiële 8,2 procent, en het dalend aantal loonafhankelijke arbeiders logenstraffen de officieel verkondigde leugen over economische groei. Woedend schreef Walt Osterman onlangs in de 'International Business Times': "In september 2009 heeft de president van de Fed, Bernanke, gezegd: 'Vanuit technisch oogpunt is de recessie zeer waarschijnlijk bijna voorbij'... Maar de recessie is er nog steeds. Het is de olifant in de kamer die niemand wil zien en niemand durft te benoemen. Hoe kunnen de machthebbers deze leugen tegenover het Amerikaanse volk overeind houden?

In de eerste plaats omdat zij over meegaande, moedeloze media beschikken, die voortdurend hun onwaarheden herkauwen: onjuiste, door seizoensschommelingen beïnvloede werkloosheidscijfers, onjuiste inflatiecijfers, enzovoort." Ook de wereldwijd bekende en kritische VS-investeringsadviseur John Mauldin schreef op zaterdag in zijn Nieuwsbrief met miljoenen lezers dat "redelijke groeiprognoses niet meer mogelijk zijn, omdat de financieringsmarkt volledig gemanipuleerd wordt door de Fed."

Ondertussen wijst VS-econoom Gary Shilling in 'Money News' de lezers erop dat het elektriciteitsverbruik in de VS in de laatste weken snel is afgenomen, evenals het transportvolume van zeecontainers van en naar de grote havens. De Yale-econoom en Amerikaanse onroerendgoed-'goeroe' Robert Shiller waarschuwt dat de onroerendgoedcrisis in de VS nog "vele, vele jaren" zal aanhouden. En volgens Mike Shedlock van 'Global Economic Analysis' is de situatie in de verwerkende industrie radicaal verslechterd. De sterke terugloop van bestellingen en leveringen is zeer alarmerend. Tegen deze achtergrond verwacht de eerder genoemde Mauldin dat de Fed nog dit jaar wederom nieuw geld erbij gaat drukken (actie QE3) om de VS met een tsunami van liquiditeit te overspoelen. Alleen maar om de langlopende rente op VS- obligaties op 1 procent te houden en het bij een lagere economische groei toenemend tekort van de federale overheid te kunnen financieren.

De financiële markten schijnen echter de realiteit weer eens te negeren. Want de beurskoersen in de VS liggen ondertussen nog maar 10 procent onder de recordhoogte die eind 2007, direct voorafgaand aan de crisis, bereikt werd. Vooral de grote banken in de VS is het de laatste twee jaar steeds gelukt om het publiek voor de gek te houden met berichten dat ze weer volledig normaal in bedrijf waren, als in de goede oude tijd. Maar deze door de financiële markten in de VS kunstmatig in stand gehouden idylle werd op 21 juni jongstleden wreed verstoord. Met een enorme devaluatie van 15 grote banken in de VS en Europa herinnerde de Amerikaanse kredietbeoordelaar Moody's iedereen eraan hoe diep de 'gokcrisis' nog altijd verankerd is in het bankencasino.

Alleen al in de VS werd de kredietwaardigheid van de grootste vijf banken (Goldman Sachs, Morgan Stanley, JPMorgan Chase, Bank of America en Citi-group) door Moody's op meerdere niveaus gereduceerd. Bank of America en Citigroup liggen met hun Baa2-rating nu acht niveaus onder de meest gewaardeerde bank en nog slechts twee boven 'uitverkoopniveau'. Daardoor zal het voor die banken aanzienlijk duurder worden om kredieten op te nemen en zich te herfinancieren, laat staan dat ze het economisch herstel kunnen stimuleren.

Robert Reich, minister van Werkgelegenheid onder Bill Clinton, wees er onlangs op dat de vruchten van de groei in de afgelopen decennia bijna uitsluitend de rijken en superrijken ten goede zijn gekomen. In de ambtsperiode van president Clinton heeft volgens Reich "de bovenste 1 procent van de bevolking 45 procent van de VS-groei afgeroomd en in de Bush-periode was dat zelfs "65 procent". Maar deze weg naar economische groei levert nauwelijks nieuwe banen op. Arbeidsplaatsen worden door de uitgaven van modaalverdieners gecreëerd. Daarvoor is echter absoluut een betere inkomensverdeling noodzakelijk.

Sgb, 24 juni 2012, vertaling J. Bernaven.