De crisis is nog lang niet voorbij

crisis.jpg
In steeds meer winkelcentra in Europa is de crisis zichtbaar door leegstaande panden (Foto: 70023venus2009/Flickr/cc/by-nd).

Rainer Rupp

Zowel de Verenigde Staten als de Europese Unie zijn "nog ver verwijderd van het einde van de financiële crisis", verklaarde de Amerikaanse econoom en Noberprijswinnaar [nvdr: in 2008] Paul Krugman, op 3 oktober jongstleden. Hij waarschuwde daarbij ook voor de schadelijke invloed van Duitsland, wiens aandringen op verdere bezuinigingen in de Eurozone tot een economische crisis kan leiden op het oude continent die vergelijkbaar is met de Grote Depressie in de jaren 1930.

De Verenigde Staten, sinds vijf jaar in crisis, zijn ook hard toe aan een volgende ronde monetaire stimulans door de Federal Reserve System [nvdr: FED, vergelijk Europese Centrale Bank], voor een bedrag van bijna 500 miljard dollar per jaar.

Ook de Europese Centrale Bank (ECB) heeft nieuwe plannen onthuld voor het bestrijden van de crisis en het verlagen van de kredietkosten voor staatsleningen aan crisislanden. De president van de ECB, Mario Draghi, heeft in de afgelopen maand een programma aangekondigd dat het voor de Eurolanden die zich aan de rand van faillissement bevinden mogelijk maakt om ongelimiteerd obligaties te kopen.

Onder druk van Duitsland is in dat programma wel de beperking opgenomen dat die hulp alleen in werking treedt als het betreffende land flink bezuinigt op de uitgaven voor sociale voorzieningen en zich onderwerpt aan het dictaat van de Trojka (ECB, EU en IMF). Volgens Krugman is dat precies de verkeerde weg. "De EU moet erkennen dat er ook grenzen zijn aan bezuinigingsmaatregelen, steeds meer bezuinigen zal niets opleveren, behalve dat ze de samenlevingen op de rand van instorten brengen", aldus de professor Economie aan de Princeton Universiteit. "Geen land in de Eurozone zal nog terugkeren naar welvaart, zolang Duitsland niet erkent dat er al teveel leed is aangericht."

Als men de sombere prognose volgt van IMF hoofdeconoom Olivier Blanchard dan zal de bevolking van de kapitalistische wereld in Europa en de VS nog zeer veel leed te verduren krijgen. Begin oktober werd een interview met Blanchard gepubliceerd op de Hongaarse website Portfolio.hu. Daarin zei Blanchard dat de wereldeconomie minstens tien jaar nodig heeft om de financiële crisis, begonnen in 2008, te overwinnen. Volgens Blanchard kampt ook Japan met zeer zware problemen, waarvan de oplossing decennia in beslag zal nemen. In China zal er volgens hem, na de extreme bloei van de economie in de voorbije decennia, sprake zijn van een "zachte landing" met een beduidend tragere groei in het vooruitzicht. En in de VS dreigen al voor het einde van dit jaar belastingverhogingen in combinatie met verlaging van de overheidsuitgaven, de zogenaamde 'fiscal cliff' (fiscale klif), waardoor de economie opnieuw in een recessie zal storten.

Maar de focus van het IMF is echter anders, volgens de hoofdeconoom van de organisatie. De noodzakelijke aanpassingen in de Eurozone zijn een prijsdaling in de zuidelijke helft van de EU met hoge schuldenlasten en een verhoging van de inflatie in de Eurokernlanden, Duitsland in het bijzonder, en een versterking van de reële koopkracht. Daarom moeten in de Eurokernlanden, zoals Duitsland, de prijzen meer stijgen dan de gemiddelde twee procent die de ECB adviseert, terwijl de inflatie in de schuldenstaten onder dit gemiddelde moet blijven. Een iets hogere inflatie in Duitsland is "gewoon noodzakelijk en wenselijk", aldus Blanchard. Met het oog op de dalende totale vraag en "het sterke mandaat van de Europese Centrale Bank om de prijsstabiliteit te verzekeren" komt dat nog lang niet in de buurt van het door de Duitsers gevreesde "begin van de hyperinflatie".

Wat de IMF-expert echter niet uitlegde was dat de door hem geëiste prijsdalingen in de zuidelijke schuldenstaten in de Eurozone alleen bereikt kunnen worden door verdere, toenemende loon- en salariskortingen voor de massa van de werkende mensen. Omdat deze landen de euro hebben is een devaluatie van hun valuta voor de stijging van hun internationale concurrentievermogen niet mogelijk. Verhoging van de arbeidsproductiviteit zal daarom door verdere loon- en salariskortingen en onbetaalde verlenging van de arbeidstijd bereikt worden, onder meer door de herinvoering van de zesdaagse werkweek, zoals de Trojka van Griekenland geëist heeft.

Paul Krugman waarschuwt voor de gevolgen van een dergelijke politiek. Het risico is groot dat voortgaande loonkortingen en voortdurende, extreme bezuinigingen op de overheidsuitgaven "tot radicalisering en politieke omwentelingen leiden en er verschrikkelijke dingen kunnen gebeuren". Het is "niet moeilijk om je de komende decennia voor te stellen als de jaren '30 uit de vorige eeuw", aldus de Nobelprijswinnaar.

Het is echter opmerkelijk dat door zowel Blanchard als Krugman de daadwerkelijk schuldige voor de crisis en de nood van de bevolking, namelijk het door goklustige bankiers gedomineerde private financieringssysteem, met geen woord genoemd wordt. Krugman eist weliswaar meer hulp voor de bevolking dan voor de concerns, terwijl de voorstellen van de IMF-hoofdeconoom om de crisis te overwinnen leiden tot nieuwe reddingsmiddelen en bijbehorende hervormingen (lees bezuinigingen) louter en alleen voor de belangen van de bankiers, het grootkapitaal en politici.

Daarbij zet Blanchard helemaal in op de solidariteit van de politieke en economische elite in de Eurozone en op hun vermogen om de grootschalige verlaging van de private schulden af te wentelen op de schouders van de Europese werkende klasse. Overduidelijk een nieuw geval van cognitieve dissonantie (toestand van innerlijke spanning ten gevolge van onverenigbare feiten).

Volgens Blanchards eigen prognose zal de crisis minstens tot 2018 duren. Hoe kunnen hij en zijn 'beschaafde' elite-collega's geloven dat de volkeren van Europa zich de komende zes jaar volgzaam zullen onderwerpen aan de voortschrijdende bezuinigingspolitiek van de EU?

Sgb, 7 oktober 2012, vertaling J.Bernaven.