Vakantie, justitie en kapitaal

anne.jpg f-012-020.jpg
Beeld 1
f-012-021.jpg
Beeld 2
f-012-022.jpg
Beeld 3

Anna Ioannatou

Beeld 1: Vakantie

Steeds minder Grieken gingen op vakantie dit jaar. Terwijl via alle zenders trots rondgebazuind wordt, dat miljoenen en miljoenen toeristen de voorkeur aan Griekenland gaven voor hun vakantie en in het hele land zo'n beetje alle hotels tjok- en tjokvol waren, kwam slechts 30 procent van de Grieken, na alle belastingstormen en de aanval op hun inkomen van de laatste jaren, toe aan vakantie. En van die 30 procent de grote meerderheid maar voor een paar dagen als logee bij familie en vrienden. Het beeld zag er als volgt uit: op 'volle' vakantiebestemmingen varieerde het percentage buitenlandse toeristen van 90 tot 98 procent. Dus het percentage Grieken dat zelf een vakantieverblijf kon betalen varieerde, al naargelang de streek van 2 tot 10 procent... En dan nog maar voor kort in de meeste gevallen.

Beeld 2: Justitie

De rechtbank van Patras (derde stad in grootte) deed een uitspraak, die ons nog weer eens met de neus op het feit drukte, dat Vrouwe Justitia helemaal niet blind is, maar aan de kant van het kapitaal staat. De opzichters van de aardbeiproducenten in de buurt van het dorp Manolada op de Peloponnesus, die twee jaar geleden schoten op arbeiders uit Bangladesh, waarbij er zo'n dertig gewond in het ziekenhuis terechtkwamen, werden vrijgesproken! De loonslaven, die in erbarmelijke omstandigheden zonder sanitair op het land 'leven', hadden alleen maar gevraagd om maanden achterstallig loon uitbetaald te krijgen. Voeg dit bij de gerechtelijke uitspraak van maart jl., waarbij 24 staalwerkers (Chalivourgía) tot 21-23 maanden gevangenisstraf veroordeeld werden voor hun deelname aan de staking van oktober 2011 tot juli 2012 die zoveel ophef veroorzaakte (zie voor deze uitspraak Manifest 8 mei 2014).

Beide uitspraken zijn tekenend voor de filosofie van het winstbejag en de schrille uitbuiting van werkende mensen. Ons economisch stelsel heeft zijn steunpilaren in justitie, staat, leger en politie. Dat na lange strijd in vooral de 20ste eeuw in het wettenstelsel bepalingen zijn opgenomen, of zelfs hele wetten, die justitie klassenloos en objectief doen schijnen (de machtsverhoudingen in de samenleving waren zodanig, dat de 'stem van het volk' ook aan haar trekken kwam) verandert niets aan het feit dat het sociaaleconomische stelsel met zijn overheersing van het grootkapitaal bleef en 'even' een menselijker gezicht leek te krijgen onder zeer specifieke historische omstandigheden.

Vooral de laatste twintig jaar beleven we flinke stappen terug met hetzij 'slapende' democratische wetsbepalingen, hetzij soms zelfs opheffingen van progressief-democratische bepalingen. De mate waarin varieert van land tot land. In de Europese Unie is Europees recht overheersend. Dit recht gaat allerminst in volksvriendelijke richting, zeker waar het werkrelaties aangaat. M.a.w. de werkgever krijgt vrijwel altijd gelijk, tenminste in Griekenland. Zo'n 99 procent van de stakingen worden door de Officier van Justitie gekenschetst als 'onwettig en abusief'. En zo laat onze samenleving haar ware gezicht zien, het ware gezicht van een burgerlijke 'democratie'. Bij bovengenoemde gerechtelijke uitspraken werd in het ene geval het recht op staken veroordeeld (wat op grond van de wet nog altijd mag), in het andere geval het recht op schieten op werknemers goedgekeurd (wat volgens de wet helemaal niet mag). Met hetzelfde gemak waarmee de gevestigde kapitalistische orde haar eigen wetten overtreedt, keurt justitie haar overtredingen goed, als essentiële werkgeversbelangen in het geding komen. Het nationaal belang komt in het geding, heet het dan, want nationaal belang valt samen met het werkgeversbelang... Dat dit niet altijd van een leien dakje gaat komt door de in samenleving en wettelijke orde vastgelegde instrumenten van verzet tegen juridische uitspraken, die in voor de werknemer betere tijden na veel strijd verworven zijn, maar soms ook door de persoonlijke inzet van integere juristen.

Beeld 3: Kapitaal

Volgens gegevens van het huis 'Clarkson' is Griekenland weer de grootste scheepsbezitter van de hele wereld - uitgedrukt in tonnen capaciteit - na Japan van die plaats verdreven te hebben. Steeds meer opdrachten worden in het buitenland gegeven. Met 148 opdrachten voor de bouw van nieuwe schepen in het eerste kwartaal van 2014 was dit een stijging van 164 procent vergeleken bij het eerste kwartaal van 2013, waar voor 5,6 miljard dollar werd geïnvesteerd. In de afgelopen 10 jaar werd vrijwel alles gebouwd op scheepswerven in het Verre Oosten.

In juli jl. werd een samenwerkingsmemorandum ondertekend tussen Griekenland en Zuid-Korea, die de koopvaardijsector betrof. Dus geen werk voor Grieken. Ondertussen wordt er al een paar jaar onder justitionele dwang gewerkt op de Griekse schepen om een eind te maken aan de vele stakingen van de bemanningen, die vaak maanden niet betaald worden. De cao bestaat niet meer sinds eind 2012 en scheepswerkers worden aangenomen op grond van individuele contracten. Sinds de opheffing van de cabotage is de dienstverlening voor het passagiersvervoer tussen de talloze eilanden en het Griekse vasteland veel slechter geworden. Ook in deze sector klopt er niets van, dat vrijere concurrentie en meer privatisering tot goedkopere en betere diensten zouden leiden. Voor Grieken die dit vervoer nodig hebben, is dat meer dan duidelijk. Zeker is dat belastingverlaging, faciliteiten en allerhande voorrechten voor grote reders door de Griekse overheid de laatste jaren sterk zijn toegenomen. Hetzelfde geldt voor de winsten.

Conclusie

Deze drie beelden zijn voor diegenen die het nog steeds niet geloven tekenend voor de filosofie van onze economie: steeds meer rijkdom voor steeds minder mensen en steeds meer armoede en uitbuiting voor steeds meer mensen. De basisbotsing ook in onze tijd, enigszins schematisch uitgedrukt, is: elke werkgever wil elke werknemer zo lang mogelijk voor zo weinig mogelijk laten werken en de werknemer wil zo kort mogelijk voor zoveel mogelijk werken. Dus de aloude botsing tussen kapitaal en arbeid. Intensivering van werk voor diegenen die nog werk hebben (o.a. verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd) bij steeds meer werkloosheid. Op het eerste gezicht lijkt dit tegenstrijdig. Bij nader inzien leidt een simpele berekening tot meer inzicht. Terwille van de wereldwijde concurrentie moet werk steeds minder kosten. Maar wie gaat dan - bij verminderde koopkracht - al die overproductie kopen? Daarmee is de kerntegenstrijdigheid van een sterk verouderd en allang achterhaald economisch stelsel geraakt. Het is niet de enige tegenstrijdigheid. Een stelsel dat zichzelf ten gronde richt, maar niet aan deze historische wetmatigheid wil en doorgaat met maniakaal winstbejag. Dit inzien en politieke consequenties trekken is wat de bevolking nodig heeft.