Syrië: geen 'neutrale zone' aan grens met Turkije

syria.jpg

Redactie buitenland

De regering van Syrië herbevestigd haar afwijzing van de oprichting van een neutrale zone aan de grens met Turkije, zoals door Ankara gevraagd, en beschuldigt Turkije van het ondersteunen van terroristische groeperingen bij hun aanvallen op Syrisch grondgebied.

Sinds het begin van de crisis in 2011 probeerden de Turkse autoriteiten Syrië te destabiliseren en heeft dat land inbreuk gemaakt op de nationale soevereiniteit, volgens een communiqué van het Syrische ministerie van Buitenlandse Zaken op 16 oktober jl. De Turkse premier Recep Tayyip Erdogan leverde politieke, militaire en logistieke steun aan de groepen, naast het verlenen van training en financiële middelen.

Op grond hiervan was hij van mening dat de Turkse weigering om toegang tot Syrië te verlenen aan Koerdische militanten om de belegering te doorbreken van de ingesloten grensstad Ain al Arab de Turkse banden bevestigen met de Islamitische Staat (IS).

Turkse pogingen om een bufferzone op Syrisch grondgebied te vestigen vormen een schending van het VN-Handvest, dat respect eist voor de nationale soevereiniteit van staten en niet-inmenging in binnenlandse zaken, zei hij.

Onder deze omstandigheden riep hij de internationale gemeenschap op om "snel te handelen om de schendingen te stoppen van de Turkse regering, die uiteindelijk een bedreiging vormen voor de veiligheid en de vrede in de regionale" gemeenschap.

Damascus verwerpt categorisch die gebieden te vestigen op een deel van zijn grondgebied onder welk voorwendsel dan ook, en veroordeelt elke interventie door buitenlandse troepen, bevestigde hij.

Vorige week hekelde onderminister van Buitenlandse Zaken Faisal Mekdad het Turkse voorstel als een andere strategie om hun land te destabiliseren.

De Nationale Vergadering (parlement) van Turkije machtigde president Erdogan onlangs om militair in te grijpen in Syrië en Irak, met het vermeende doel: de bestrijding van de IS.

Echter, een inval van Turkse troepen zou door Damascus worden beschouwd als een aanval waarop dienovereenkomstig zou worden gereageerd.

Bron: Prensa Latina,Damascus, 16 oktober. Vert. WvdK.