Bodem, klimaat, landbouw en maatschappij

i-008-014.jpg
(Foto: Shutterstock)

Wiebe Eekman

Het FAO, de Wereld Voedsel Organisatie van de Verenigde Naties, riep 2015 uit tot het 'jaar van de bodem'. Terecht. Om aan landbouw te doen en de wereld te voeden heb je een gezonde bodem nodig. In 2007 was echter 40 procent van alle landbouwgronden al sterk gedegradeerd [1]. Erger nog: nagenoeg alle landbouwgronden, waar kunstmest of pesticide gebruikt worden, zijn sterk achteruitgegaan ten opzichte van hun oorspronkelijke vruchtbaarheid.

Om de productie op peil te houden wordt nieuwe kunstmest gestrooid. Omdat op gedegradeerde bodems planten veel ziektegevoeliger zijn, worden pesticiden gesproeid. Een vlucht vooruit die ons steeds verder weg brengt van een gezonde oplossing. Maar wel goed voor de verkoopcijfers van Monsanto, Basf, Bayer, en anderen...

Hoe 7 miljard mensen op deze wereldbol voeden?

Hebben we dan niet die kunstmest en pesticiden nodig om de wereld te voeden? Vandaag de dag zeggen de statistieken van de VN toch dat 850 miljoen mensen wereldwijd hongerlijden en nog eens 1,3 miljard mensen ondervoed zijn? Dat is wel één derde van de wereldbevolking die te kort heeft. Wel, de nieuwe VN-rapporteur voor het recht op voedsel, Hilal Elver, zegt ons dat vandaag op de wereld voedsel geproduceerd wordt voor ruim 12 miljard mensen [2]. Dat is goed voor 170 procent van de wereldbevolking. Hoe verklaar je dan de honger? De chemische, zogenaamd moderne, landbouw produceert voor de export. En de hongerigen hebben gewoon geen koopkracht. Het zijn de kleine familiale landbouwbedrijven die 70 procent van de wereld voeden, zonder chemische toevoeging. Hilal Elver pleit om de kleine boeren te beschermen tegen de 'vrije markt'logica. Maar dat mag niet van de Wereldhandelsorganisatie (WTO).

De chemische landbouw zorgt voor erosie en is een ramp voor het klimaat

In Berlijn werd een internationale conferentie over de bodem gehouden [3]. Wei-Li Zhan van de Chinese Academie voor landbouwwetenschappen legde omstandig uit hoe verhoogde agrochemische toevoer en gebrekkig landbeheer geleid heeft tot verminderde capaciteit om water en nutriënten op te houden, tot verzilting en verzuring van de bodems, tot overconsumptie van water voor irrigatie en tot hoge vervuiling van het oppervlaktewater.

Door ontbossing en omschakeling naar grootschalige chemische landbouw verliest de bodem haar capaciteit om koolstof op te slaan. In een documentaire van 2012 [4] worden cijfers gegeven: een landbouwbodem zou minimaal 5 procent humus moeten bevatten. Onder de 2 procent is de grond dood en ongeschikt. Die ontbossing en verandering van landgebruik telt voor 25 procent van de werelduitstoot aan broeikasgassen. Tel je de emissie erbij van het transport over grote afstand, eigen aan die op export gerichte grootschalige landbouw, dan is dat tezamen al 40 procent van het hele broeikasprobleem [5]. Dus meer dan genoeg om op te roepen om over te schakelen naar een agro-ecologische landbouw.

Niemand heeft ooit een oerbos chemisch bemest

De chemische landbouw werd na de Tweede Wereldoorlog als het toppunt van moderne wetenschap gezien. De 'groene revolutie' werd het genoemd. Oorspronkelijk verhoogde de oogsten, maar na enkele jaren ging dat pijlsnel naar beneden. Sinds de jaren tachtig herontdekt de wetenschap de verloren kennis over levende bodems, over het belang van micro-organismen in de bodem. Een gezonde tuingrond bevat per hectare gemakkelijk 2,5 kg kleine zoogdieren, 150 kg insecten, 1000 kg regenwormen, 1000 kg algen, 2200 kg micro-organismen, en 2400 kg schimmels [6]. Zeven ton koolstof in levende organismen naast de koolstof als humus. Al die organismen werken samen in symbiose als een systeem dat de afvalstoffen recycleert naar nieuwe voedingsstoffen. Nagenoeg alle planten leven normaal gezien in symbiose met specifieke schimmels, die het bereik van hun wortels om voedingsstoffen op te nemen sterk verhoogt. Tegelijk weren die schimmels ziektes af. Positieve schimmels overheersen de schadelijke schimmels. Regenwormen, insecten en micro-organismen verkleinen het afgestorven plantenmateriaal, verteren het tot nieuwe voedingstoffen voor de plantenwortels en schimmeldraden. Schimmels en bacteriën scheiden slijm uit dat het organisch materiaal vasthoudt tussen de minerale zand of leemkorrels.

Heel dat bodemleven geeft de bodem een losse korrelige structuur, belet de uitspoeling van voedingsstoffen, houdt water en lucht in de bodem vast, én houdt ziekteverwekkers tegen.

Echt moderne wetenschappelijke landbouw werkt hier mee, in plaats van regenwormen, insecten, schimmels en bacteriën te doden met het strooien van chemische zouten, waardoor de mensen steeds weer heel intensief moeten ingrijpen. Goed voor de handel van chemische bedrijven. Maar niet voor onze gezondheid. Want de rijkdom aan mineralen en vitaminen die het bodemleven aanbrengt kunnen we niet evenaren met kunstmest gemaakt uit olie of steenkool.

W.E., 28 april 2015.

Noten

[1] Le Monde Diplomatique 2008 (Hors série) L'Atlas Environnement Analyses et solutions. Cijfers recent bevestigd in de Soil Atlas 2015 https://www.boell.de/sites/default/files/soil_atlas_2015.pdf
[2] De Standaard van 26 april 2015 blz 36, Hilal Elver is van Turkse origine maar is nu professor in Californië. Sinds kort heeft ze de functie van VN-rapporteur voor het recht op voedsel overgenomen van de Belgische professor Olivier De Schutter.
[3] http://www.iisd.ca/soil/gsw3/html/crsvol206num3e.html The third Global Soil Week (GSW 2015) convened in Berlin, Germany, from Sunday, 19-23 April, under the theme 'Soil. The Substance of Transformation.'
[4] Voices of transition, a film by Nils Aguilar http://www.voicesoftransition.org
[5] Vandana Shiva in 'Voices of transition'
[6] Het Bodemvoedselweb, Alle kleine beestjes helpen. Vertaling door Marc Siepman. Uitgeverij Jan Van Arkel ISBN: 978-90-6224-534-5 www.janvanarkel.nl