Syriza's 'Realpolitik' en het geduld van een bevolking

i-012-016.jpg i-012-017.jpg
Demonstratieve bijeenkomst tijdens 41ste Festival van de Jeugd van de KNE. De toestroom van nieuwe strijdbare jongeren naar KNE en KKE wordt steeds zichtbaarder. (Foto: KKE)

Anna Ioannatou

Bij de landelijke verkiezingen van 20 september jl. verloren vrijwel alle politieke partijen. 'Partij' nummer 1 werd de onthouding van stemming: bijna 45 procent en daarmee het hoogste percentage van de laatste decennia. In januari al wilden, volgens opiniepeilingen, de meeste mensen geen verkiezingen. In september was dit nog méér het geval. Maar het klimaat was wel heel anders. In januari was de overwegende stemming onder de meerderheid van de bevolking 'hoop', in september was dit 'geduld'. Dit gaven opiniepeilingen aan waarin de mensen werd gevraagd welke term het beste uitdrukking gaf aan hun gevoelens.

Helaas legden deze peilingen niet het gevoel 'barst voor mijn part' aan de mensen voor, want dat zou zeker het hoogste percentage gehaald hebben.

'Good job, Alexis. Congratulations'

De felicitaties stroomden de dag na de verkiezingen binnen. Allereerst van de VS-ambassadeur, maar ook van de Franse president, die de uitslag "een belangrijke boodschap voor Europees links" vond. Immers, Frankrijk's rol was van doorslaggevend belang voor het bereiken van het derde memorandum-akkoord en had zelfs een hoofdrol gespeeld bij het tot stand komen ervan. En last but not least van de VS-president Barak Obama met volgens welingelichte kringen bovenstaande woorden bij het VN-diner in New York eind september.

Syriza zou triomferen door het 'sterke mandaat' dat men van de bevolking gekregen zou hebben. Maar Syriza verloor ruim 320.000 stemmen vergeleken bij januari en kreeg vier zetels minder dan in januari! Regeringspartner ANEL (Onafhankelijke Grieken) verloor 93.260 stemmen vergeleken bij januari en kreeg drie zetels minder. Even zag het ernaar uit dat deze partij niet de drempel van drie procent zou halen om in het parlement te komen, maar het lukte toch net. Velen beweren dat dit kwam, omdat premier Tsipras herhaaldelijk benadrukte dat hij alleen maar met deze (uiterst rechtse) partij wilde regeren en met niemand anders! En de mensen willen toch eindelijk eens een regering... Dus met de bonus van 50 zetels voor de winnende partij heeft de regeringscoalitie slechts 155 zetels van de 300 die het Griekse parlement telt. Dit zouden er met evenredige vertegenwoordiging 105 zijn. Met 43,4 procent onthouding en zware verliezen dus alles behalve een 'sterk mandaat'. Of wordt bedoeld dat bijna alle partijen in het parlement in augustus toch vóór het derde memorandum stemden?

Een protest dat niet uit de verf kwam

De 'Volkseenheid' van Panagíotis Lafazánis (zie Manifest 9) sprak niet aan en haalde het parlement niet, ook al wilde hij Syriza aan zijn beloftes en het totaal genegeerde partijprogramma van januari houden. Zijn geflirt met terugkeer naar de drachme, zij het dan ook met behoud van EU-lidmaatschap, was een onderschatting van de vrees bij de meerderheid om euroland te verlaten. De nazistische Gouden Dageraad kreeg weliswaar duizenden stemmen minder, maar een zetel erbij en bleef wel derde partij. De 'Rivier' die met groot kabaal 10 procent van de stemmen als doel stelde tijdens de campagne verloor bijna de helft van zijn kiezers en werd een... rustig kabbelend beekje. Ook de communisten (KKE) verloren duizenden kiezers, tegen aller verwachtingen in, maar behielden wel de 15 zetels, die ze sinds januari bekleedden. Verkiezingsmoe en psychisch beursgeslagen wil een zeer groot deel van de bevolking niet meer meedoen en vindt dat partijen en politici toch "allemaal hetzelfde zijn". De Syriza-stemmers willen Tsipras nog een tweede kans geven, want "wat kon hij nou doen in zeven maanden tijd tegen zo'n overmacht van 'Europeanen', dat derde memorandum was nog het beste wat hij in de wacht kon slepen, hij gaat zeker zijn best doen de ernstige gevolgen af te zwakken, de scherpe kantjes bij te slijpen, je moet uit twee kwaden het minst erge kiezen (de andere keus zou zijn weer terug naar een rechtse regering met de Nea Dimokratia), hoe kun je nou in een paar maanden goedmaken wat de vorige regeringen in 40 jaar verknald hebben?" Enz. enz. enz.

En wat die 40 jaar betreft? Een van de eerste verklaringen van minister van Arbeid Katroúngkalos was: "we moeten nu in een maand doen wat de vorige regeringen in 40 jaar niet voor elkaar gekregen hebben".

Vanwaar die haastige spoed?

De verkiezingen werden in no-time geregeld. Tsipras had haast. De anderen trapten op de rem en wisten de verkiezingen nog een week uit te stellen door alle tijdslimieten te gebruiken die de grondwet toestaat (de formatiepogingen om toch nog met het bestaande parlement tot een regering te komen). Syriza weet maar al te goed welke maatregelen het volk in oktober te wachten staan en wilde dus verkiezingen nog vóór die maatregelen, want anders zou de uitslag wel eens heel anders kunnen zijn. Om dezelfde reden wilden de meeste andere partijen juist uitstel. Maar wilde Tsipras dit of de kapitaalbelangen die achter hem staan? Over Syriza's relaties met het grootkapitaal schreven we al vaker.

Zijn verkiezingscampagne concentreerde zich op de vage (schijn)keus: het oude of het nieuwe? Waarbij 'oud' alle voormalige regeringspartijen zijn die een verouderd stelsel vertegenwoordigen en 'nieuw' alleen maar Syriza is plus eventuele kornuiten. Dit doet denken aan het dilemma dat Andreas Papandreou met zijn Pasok in de jaren '80 voorlegde: de keuze is tussen ons of het 'vermaledijde' rechts om de mensen in een schema op te sluiten dat ze toch binnen het bestaande economische stelsel houdt. Dus: 'systemisch' denken en er niet uit willen breken. Het resultaat is dat de Griekse bevolking sinds 1974 erop getraind is defaitistisch te worden, passief af te wachten en behoudend te denken.

Men had de mensen wat af te leren, aangezien de Griekse bevolking vooral sinds de jaren '40 van de vorige eeuw glorieuze dingen heeft verricht en een moed tot verzet te zien heeft gegeven waar je u tegen zegt. Dit moest afgeleerd worden om de bevolking te trainen in een 'Europeser' stramien en hier heeft de sociaaldemocratie weer eens haar ware historische rol gespeeld, iets wat 'in Europa' al veel eerder gebeurd was. Papandreou's 'socialistische' Pasok ging hierin voorop. Syriza is de sterk verwaterde opvolger in haar heilloze taak de mensen binnen het stramien te houden.

Alleen de KKE en PAME krijgen mensen nog steevast de straat op, georganiseerd, klassenbewust en doelgericht. Cynisch genoeg legaliseert de verkiezingsuitslag van september het memorandumbeleid, waar Syriza tot januari zo fel op tegen heette te zijn en wel juist om wat er in september aan voorafging!

It's capitalism, stupid! (*)

Er is geen sprake van Brusselse 'dictaten' en een Griekenland, dat a.h.w. aan het kruis geslagen wordt. Over welk Griekenland en welke Grieken hebben we het uiteindelijk? Het kapitaalkrachtige gedeelte van de bevolking is er sinds de crisisjaren alleen maar beter op geworden. Hetzelfde geldt voor hun vertegenwoordigers op politiek niveau, zoals Syriza. De Bond van Griekse Industriëlen o.a. ziet het helemaal zitten met de Syriza/Anel regering. Daar schreven we herhaaldelijk over. Is het (neo)liberalisme het probleem? Voert deze EU een economische oorlog? Maar heeft het kapitalisme ooit anders gedaan in de afgelopen 500 jaar? Met warme oorlogen als voortzetting van zijn politiek, waar nodig. Het opgefokte anti-Duitsland-syndroom heeft diepere achtergronden. Syriza papt aan met Obama, de 'Amerikaanse vriend' die volgens publicaties een flinke vinger in de pap heeft gehad bij het derde memorandum en er alle belang bij heeft de sterke economische concurrent Duitsland te treffen door een wig te drijven in de Europese 'eenheid'.

Dus moet alles en iedereen opgezet worden tegen zondebok Duitsland gebruik- makend van historische gegevens en 'zwakke schakel' Griekenland leent zich daar uitstekend voor. Zo worden bevolkingen van de EU-landen, maar niet hun politieke leiders tot slachtoffer gemaakt van de tegenstellingen binnen het globale kapitalistische systeem.

(*) Titel van het boek van de Griekse journalist Nikos Bojópoulos, waarbij de uitspraak 'It's the economy, stupid!' van James Carville in de pro-Clinton campagne voor de presidentiële verkiezingen van 1992 geparafraseerd wordt, wijzend op de recessie van toen in de VS.