Wereldvakverbond - al meer dan 70 jaar actief tegen uitbuiting en oorlog

i-006-112.jpg
Internationale actiedag van WVV (WFTU) in Argentinië in 2010. Met delegaties van klassen-georiënteerde vakbondsbewegingen van over de hele wereld. (Foto: WFTU)

Oliver Jonischkeit

Vrijwel direct na het einde van de Tweede Wereldoorlog en onder de indruk van de afgrijselijke gebeurtenissen sloten zich wereldwijd - over ideologische grenzen en verschillen heen - vakbonden aaneen tot het gemeenschappelijke Wereldvakverbond (WVV). Vanuit Nederland waren dat de EVC (Eenheidsvakcentrale) en het NVV (Nederlands Verbond van Vakverenigingen). Na de noodzakelijke voorbereidingen vond van 3 tot 8 oktober 1945 in Parijs het eerste wereldvakbondscongres plaats.

De eenheid binnen de wereldwijde vakbeweging was echter maar van korte duur, ze was met name de anticommunistische krachten binnen en buiten de vakbeweging een doorn in het oog. Niet in de laatste plaats doordat natuurlijk ook de vakbonden uit de toen nog socialistische landen bij het WVV waren aangesloten. Bovendien nam het WVV sinds zijn oprichting consequent stelling tegen kapitalistische uitbuiting en imperialistische oorlogen. Al in 1949 dwongen de Amerikaanse en Britse regering enkele vakbonden om het WVV te verlaten en - deels met decennialange steun door de CIA - het Internationaal Verbond van Vrije Vakverenigingen IVVV op te richten. Ook het NVV volgde in het kader van de 'Koude Oorlog' deze stap van scheuring in de internationale arbeidersbeweging.

Naast het aaneensluiten van nationale vakverbonden begon het WVV al snel ook sectorale vakbonden op internationaal niveau samen te brengen. Daartoe werden 'Internationale Verenigingen van Vakbonden' opgericht (zoals bijvoorbeeld de Trade Union International of Workers in the Metal Industry), die op hun beurt - nauw verbonden met het WVV - internationale sector- en beroepscongressen hielden. Op het Tweede Internationale Beroepscongres in 1959 werd een verklaring aangenomen over de rechten en waarborgen van de werknemers in overheidsdienst. Toen kregen ook eisen als de verdediging van de vrede, de strijd voor ontwapening en een verbod op kernwapens een groot gewicht. Daarin is tot op heden niets veranderd, nog steeds strijdt het WVV tegen oorlog en fascisme.

WVV: ontwikkeling tot platform van klassengeoriënteerde vakbonden

Een breuk ondervond het WVV met de ondergang van de socialistische landen in Europa. "De situatie na 1991 was voor het WVV niet gemakkelijk, het ging om het voortbestaan van het enige wereldwijde vakverbond dat zich niet inzet voor het 'sociaal partnerschap', maar uitsluitend voor de werkende mensen. Dat is gelukt, nu gaat het erom het WVV te versterken en klassengeoriënteerde vakbonden voor actieve samenwerking te winnen", aldus algemeen secretaris George Mavrikos tijdens het richtinggevend 15de WVV-congres in december 2005 in Havana. Daarmee kwam een einde aan de 'shocktoestand' waarin het WVV na 1991 was terechtgekomen. Terugblikkend constateerde hij dat "het congres heeft laten zien dat het WVV met zijn nieuwe identiteit - als platform van klassengeoriënteerde, strijdbare vakbonden - nieuwe wegen kan openen voor de vakbeweging. We zijn ervan overtuigd dat de toekomst toebehoort aan de onafhankelijke, klassenbewuste, actieve vakbonden, die niet afhankelijk zijn van het kapitaal."

In de periode voor 2005 was het WVV gedwongen om steeds sterker in te zetten op onbezoldigde, in plaats van betaalde structuren, en verlegde het zwaartepunt van zijn activiteiten zich in toenemende mate van Europa naar Azië, Afrika en Latijns-Amerika. In deze regio's is het WVV inmiddels sterk verankerd. Als open platform van klassengeoriënteerde vakbonden nemen ook steeds vaker geïnteresseerde vakbonden als waarnemer deel aan WVV-bijeenkomsten.

In vervolg op het 15de congres in Havana werden regionale WVV-structuren gevormd, daaronder ook een voor Europa. Het secretariaat hiervan is gevestigd in Nicosia, Cyprus. Tot de leden behoren vakbonden uit Griekenland, Cyprus, Italië, Baskenland, Wit-Rusland, Oostenrijk, Servië, Groot-Brittannië, Frankrijk en Portugal. Bovendien beginnen sinds enkele jaren ook de internationale sectorverenigingen van het WVV steeds actiever te worden.

Onafhankelijkheid van het klassengeoriënteerde WVV als internationaal verbond

Toen zich op internationaal niveau de fusie tussen het hoofdzakelijk sociaaldemocratisch georiënteerde IVVV en het overwegend christelijke Wereldverbond van de Arbeid WVA begon af te tekenen, werd het WVV meerdere malen uitgenodigd om te overwegen zichzelf op te heffen en zich aan te sluiten bij het Internationaal Vakverbond IVV in oprichting. Op goede gronden werden deze 'uitnodigingen' afgeslagen.

Tijdens het oprichtingscongres van het IVV van 1 tot 3 november 2006 in Wenen kwamen slechts zelden de werkelijke problemen van de arbeiders en werknemers aan de orde, in plaats daarvan waren er rondetafelgesprekken met vertegenwoordigers van kapitalistische concerns. Toch werden tijdens dat congres ook zonder meer zinvolle eisen geformuleerd, bijvoorbeeld de noodzaak van overheidsdiensten, zoals publieke watervoorziening en openbaar vervoer. Kritiek was er ook op de politiek van het International Monetair Fonds IMF en de Wereldbank, die schadelijk zijn voor de werkgelegenheid en voor de armen.

De strategie hoe een en ander bereikt zou moeten worden, is echter een bekende, namelijk gericht op onderhandelingen en niet op de kracht van de vakbonden door mobilisering van hun leden. En al helemaal ontbreekt een strategie voor het aanpakken van de oorzaken, van het kapitalistisch systeem. De eis van meer transparantie en democratie in het IMF en de Wereldhandelsorganisatie WTO is zonder massieve druk net zo'n vrome wens als het appèl op de sociale verantwoordelijkheid van de ondernemingen en de multinationale concerns tegenover hun werknemers.

De gekozen aanpak blijkt uit punt 20 van het programma van het oprichtingscongres: "Het congres is zich bewust van de betekenis van een mondiale sociale dialoog en begroet het afspreken van wereldwijde randvoorwaarden ... om op een effectieve manier met de multinationale ondernemingen in gesprek te gaan." Het IVV zet dus op eerste plaats niet in op de mobilisering van de vakbonden en hun leden, maar op de sociale dialoog en het sociaal partnerschap. Daarmee draagt het in werkelijkheid bij tot de verzwakking van de internationale arbeidersbeweging, maar toont vooral ook aan hoe belangrijk het was en is om het WVV als onafhankelijke klassengeoriënteerde kracht te behouden en te versterken. (Zowel de FNV als het CNV is aangesloten bij IVV.)

Het WVV vandaag - het 17de congres en wereldwijde internationale actiedagen

Onder het motto 'klassenstrijd - internationalisme - eenheid' vond begin oktober 2017 in Durban, Zuid-Afrika, het 17de congres van het WVV plaats. De voorzitter van het 30 jaar geleden opgerichte Zuid-Afrikaanse vakverbond COSATU opende het congres met een arbeiderslied in het Zulu en trok in zijn toespraak fel van leer tegen het kapitalisme en het imperialisme. Hij bedankte het WVV voor de bewezen solidariteit in de strijd tegen de apartheid. 1500 afgevaardigden vertegenwoordigden 149 vakbonden met 92 miljoen leden uit 111 landen. (Ter vergelijking: het IVV telt 176 miljoen leden.)Daarmee is het ledental van het WVV sinds het 16de congres in 2011 in Athene met 18 procent gestegen. Bovendien zijn er zeven nieuwe regionale WVV-bureaus bijgekomen. Dit laat zien dat het WVV op de goede weg is. Dat wordt bijvoorbeeld ook zichtbaar door het 'Internationaal Vakbondsforum' dat elke twee jaar georganiseerd wordt door de koepelorganisatie van de Chinese vakbonden ACFTU, het internationaal verbond van Arabische vakbonden CISA en de organisatie van de Afrikaanse vakbondseenheid OUSA. En natuurlijk ook door de arbeidsconflicten die uitgevochten worden door de WVV-vakbonden en hun leden. Berichten van afgevaardigden gaven een levendig beeld van de wereldwijde strijd tegen uitbuiting, onderdrukking en oorlog.

Over de rol van de Europese Unie (EU) en haar instituties waren de Europese afgevaardigden in hun toespraken zeer kritisch. Niet in de laatste plaats over de zogenaamde 'sociale dialoog' die in de praktijk tot weinig successen heeft geleid, maar eerder tot een verlamming van de sociaaldemocratisch gedomineerde vakbonden. Hoewel de EU zich met de 'Strategie 2020' officieel ook tot doel gesteld had om de armoede te bestrijden, stijgt deze. Tegelijkertijd blijkt de EU nog altijd een voorziening voor de banken en de concerns te zijn en zet ze haar koers van privatisering van openbare diensten en afbraak van sociale zekerheidsstelsels onder de vlag van het neoliberalisme voort.

De situatie van de vluchtelingenstromen over de hele wereld houdt het WVV natuurlijk ook bezig. Die zijn het gevolg van imperialistische oorlogen en interventies, maar ook van de imperialistische politiek van de EU, die ervoor zorgt dat de mensen die vluchten, thuis de bestaansvoorzieningen ontnomen worden, bijvoorbeeld door voedselexport of 'landjepik'.

Het 17de WVV-congres nam een actieprogramma aan, waarin onder andere wereldwijd de 35-urige werkweek (7 uur per dag, 5 dagen per week) wordt geëist, als ook de mogelijkheid voor mannen om met 60 en voor vrouwen met 55 jaar met pensioen te gaan. Daarnaast de strijd voor vrede, voor de rechten van vakbonden, voor gratis onderwijs, tegen privatiseringen en nog veel meer. Dat mag in Europese landen niet altijd revolutionair klinken, deze eisen zijn dat echter in veel delen van de wereld, zoals in Azië, Afrika en Latijns-Amerika, wel degelijk.

Internationale netwerkvorming en solidariteit

Klassengeoriënteerdheid, internationale solidariteit en netwerkvorming zijn een wezenlijk en belangrijk bindmiddel voor het WVV. Bijeenkomsten van het secretariaat van de regionale bureaus worden altijd weer gekoppeld aan publieke acties. Zo nam het WVV-Europa in 2016 aansluitend aan een vergadering in Wenen deel aan een solidariteitsactie voor stakende collega's in Frankrijk en protesteerde voor het 'Huis van de Europese Unie' in Wenen tegen TISA, CETA en soortgelijke vrijhandelsverdragen die ten laste van de werknemers werden en worden afgesloten.

De klassengeoriënteerde, wereldwijde solidariteit - de gemeenschappelijke strijd tegen imperialisme en oorlog - is één van de hoofdpijlers van het WVV. Zo vond enkele weken geleden nog in Damascus, Syrië, in samenwerking met het WVV, een Internationaal Vakbondsforum van Solidariteit plaats, waarop de deelnemers zich heel duidelijk hebben uitgesproken tegen de imperialistische interventies, tegen blokkades en illegale sancties, tegen terreur en oorlog.

Ook in Europa is een verdere versterking van het klassengeoriënteerde WVV wenselijk, de opbouw van een echt alternatief voor het op sociaal partnerschap georiënteerd Europees Vakverbond EVV, waarbij ook de FNV en het CNV zijn aangesloten. Daartoe nodigt het regionaal WVV-bureau Europa dan ook klassengeoriënteerde collega's uit de Europese landen uit ...

Bron: Marxistische Blätter 6-17, pag. 40-45.
Vertaling en bewerking: Louis Wilms.