Hieronder de ontwerp-tekst van Cuba voor de Algemene Vergadering van de VN inzake het embargo door de VS tegen Cuba.

i-011-019.jpg

De noodzaak om een einde te maken aan het economische, commerciële en financiële embargo van de Verenigde Staten tegen Cuba

De Algemene Vergadering
is vastbesloten om een strikte naleving van de doelstellingen en uitgangspunten die zijn vastgelegd in het Verdrag van de Verenigde Naties te bevorderen,
spreekt zich uit voor de gelijkheid van soevereine staten, non-interventie en het niet-ingrijpen in hun binnenlandse aangelegenheden en de vrijheid van internationale handel en zeevaart, uitgangspunten die eveneens zijn vastgelegd in tal van internationale juridische instrumenten,
doet een beroep op de uitspraken van de Staats- en Regeringshoofden van Latijns-Amerika en de Cariben, gedaan tijdens de Top van de Gemeenschap van Latijns-Amerikaanse en Caribische Staten, over de noodzaak om een einde te maken aan het economische, commerciële en financiële embargo tegen Cuba,
spreekt haar zorg uit over de voortdurende formulering en toepassing door Lidstaten van wet- en regelgeving zoals de zogenaamde 'Helms-Burton Act' van 12 maart 1996, waarvan de extraterritoriale gevolgen de soevereiniteit van andere staten, de legitieme belangen van entiteiten en personen onder hun jurisdictie, en de vrijheid van handel en zeevaart aantasten,
wijst op verklaringen en resoluties van verscheidene intergouvernementele fora, lichamen en regeringen waaruit blijkt dat de internationale gemeenschap en de heersende opinie het bevorderen en toepassen van maatregelen als de hierboven genoemde verwerpen,
doet een beroep op haar resoluties

  1. 47/19 van 24 november 1992,
  2. 48/16 van 3 november 1993,
  3. 49/9 van 26 oktober 1994,
  4. 50/10 van 2 november 1995,
  5. 51/17 van 12 november 1996,
  6. 52/10 van 5 november 1997,
  7. 53/4 van 14 oktober 1998,
  8. 54/21 van 9 november 1999,
  9. 55/20 van 9 november 2000,
  10. 56/9 van 27 november 2001,
  11. 57/11 van 12 november 2002,
  12. 58/7 van 4 november 2003,
  13. 59/11 van 28 oktober 2004,
  14. 60/12 van 8 november 2005,
  15. 61/11 van 8 november 2006,
  16. 62/3 van 30 oktober 2007,
  17. 63/7 van 29 oktober 2008,
  18. 64/6 van 28 oktober 2009,
  19. 65/6 van 26 oktober 2010,
  20. 66/6 van 25 oktober 2011,
  21. 67/4 van 13 november 2012,
  22. 68/8 van 29 oktober 2013,
  23. 69/5 van 28 oktober 2014,
  24. 70/5 van 27 oktober 2015,
  25. 71/5 van 26 oktober 2016 en
  26. 72/4 van 1 november 2017
alsmede op de maatregelen waarmee de uitvoerende macht van de Verenigde Staten van Amerika in 2015 en 2016 de toepassing van het embargo in tal van opzichten heeft versoepeld, en die in tegenspraak zijn met de op 16 juni 2017 aangekondigde maatregelen om het embargo aan te scherpen,
spreekt haar zorg uit over het feit dat na het aannemen van de resoluties 47/19, 48/16, 49/9, 50/10, 51/17, 52/10, 53/4, 54/21, 55/20, 56/9, 57/11, 58/7, 59/11, 60/12, 61/11, 62/3, 63/7, 64/6, 65/6, 66/6, 67/4, 68/8, 69/5, 70/5, 71/5 en 72/4, het economische, commerciële en financiële embargo tegen Cuba nog steeds van kracht is, en over de negatieve gevolgen van zulke maatregelen voor de bevolking van Cuba en voor mensen met de Cubaanse nationaliteit die in andere landen leven.

Daarom

  1. neemt de Algemene Vergadering kennis van het rapport van de Secretaris-Generaal over het in werking stellen van resolutie 72/4;
  2. doet zij opnieuw een beroep op alle staten om af te zien van de bevordering en toepassing van het soort wet- en regelgeving dat in de preambule van deze resolutie wordt genoemd, conform hun verplichtingen jegens het Verdrag van de Verenigde Naties en jegens het internationaal recht dat, onder meer, de vrijheid van handel en zeevaart beschermt;
  3. maant zij de staten die zulke wet- en regelgeving toepassen of toegepast hebben om deze te herroepen of tegen te gaan, op een zo korte termijn als hun juridische apparaat dat toestaat;
  4. verzoekt zij de Secretaris-Generaal om, in overleg met de geëigende organen en bureaus van de Verenigde Naties, een rapport op te maken over het in werking stellen van deze resolutie in het licht van de doelstellingen en uitgangspunten van het Verdrag en van het internationaal recht, en dit rapport voor te leggen aan de Algemene Vergadering ten tijde van haar 74e bijeenkomst;
  5. en besluit zij om in de concept-agenda van haar 74e bijeenkomst het onderwerp 'De noodzaak om een einde te maken aan het economische, commerciële en financiële embargo van de Verenigde Staten tegen Cuba' op te nemen.

De tekst is in Manifest geplaatst ter verduidelijking van het Cubaanse standpunt over het embargo, ter gelegenheid van de komende Algemene Vergadering van de VN op 31 oktober. Bron: Katia Aruca Chaple, derde secretaris Cubaanse ambassade, vertaling uit het Engels door Christiaan Caspers.