Communistische partijen en klassenstrijd

i-001-005.jpg
Demonstratie tegen opkomend racisme en fascisme in Tilburg op 9 maart jl. voorafgaand aan de Vier Partijen Conferentie. (Foto: Manifest/ma)
i-004-010.jpg
Presidium van Vier Partijen Conferentie. (Foto: Uli Brockmeijer)

'Vier Partijen Conferentie' discussieerde over de rol van de partijen in de strijd

Redactie Buitenland (*)

Op 9 en 10 maart organiseerde de NCPN de jaarlijkse 'Vier Partijen Conferentie'. Dit jaar in Nederland, in de provincie Brabant. De afdelingen van CJB en NCPN in Brabant namen de organisatie van de demonstratie in Tilburg en de logistiek tijdens de conferentie op zich. Aan de conferentie werd deelgenomen door vertegenwoordigers van de PVDA (België), de KPL uit Luxemburg, de DKP uit Duitsland, de Zwitserse PdA (als waarnemer) en de NCPN.

Het thema van de conferentie was de rol van de partijen in de klassenstrijd en de vraag of de partijen de door henzelf opgelegde taak als voorhoede kunnen waarmaken. Voorafgaand aan de conferentie vond er een demonstratie plaats in Tilburg, om aandacht te vestigen op het gevaar van het opkomende racisme en fascisme in Europa: 'Eenheid van alle werkers tegen racisme en fascisme'.

De NCPN opende de conferentie met een bijdrage van kameraad Mouraya H. waarin de relatie werd gelegd met Internationale Vrouwendag (8 maart). Zij vertelde hoe de Communistische Jongeren Beweging (CJB) de maatschappelijke rol van de vrouw vanuit een socialistisch perspectief beschouwt en analyseerde de rol van de vrouw in de klassenstrijd. Daarbij moeten veel illusies van de 'mainstream-feministen' kritisch worden bekeken.

Voorafgaand aan de conferentie hebben alle vier de partijen een theoretische bijdrage geleverd, ter voorbereiding op de eerste discussieronde, over de mogelijkheden van de strijd door communistische partijen onder de huidige omstandigheden. Daarvoor werd gebruikgemaakt van een tekst van Laurent Brun, secretaris van de Spoorwegsectie van de Franse vakcentrale CGT.

De Franse Communistische Partij had Brun de opdracht gegeven, ter voorbereiding op haar vorig jaar gehouden Partijcongres, om de nadruk te leggen op de terugkeer naar de actieve klassenstrijd, in plaats van prioriteit geven aan politieke allianties. Kameraad Aris S. (NCPN) gaf aan dat de NCPN de rol van alleen werken binnen de vakbeweging te beperkt vindt. Door de noodzakelijke opbouw van bedrijfsgroepen door de partij kan de vakbeweging een strijdbare houding ontwikkelen.

Patrik Köbele, voorzitter van de DKP, oriënteerde zich op een versterkte samenwerking van de progressieve krachten. Ook binnen de DKP is de verankering van het bedrijvenwerk te weinig ontwikkeld. Met de invoering van sectorale bedrijfsgroepen kan de partij het bedrijvenwerk in bescheiden mate, maar wel succesvol, versterken.

De PVDA België heeft in eigen land geen concurrentie van linkse partijen, maar in hun gelederen worden zowel communistische als links-reformistische eisen gesteld. Alice Bernard legde uit hoe basisgroepen ook thematisch worden opgebouwd, om in een tweede fase de activiteiten meer te kunnen verschuiven naar bedrijvenwerk.

Ali Rückert, voorzitter van de KPL, ging in zijn theoretisch onderbouwde bijdrage in op de vier onontbeerlijke pijlers, die van wezenlijk belang zijn voor de beschouwingen van communistische partijen: oriëntatie op de arbeidersklasse; klassenstrijd op wetenschappelijk, ideologisch en politiek niveau; socialisme en communisme als doel en proletarisch internationalisme. Ook de KPL constateert dat zij in het licht van een falende verankering van het bedrijvenwerk nog ver verwijderd is van de positie van revolutionair leiderschap.

Hetzelfde geldt voor de Zwitserse Partij van de Arbeid. Algemeen secretaris Jeannot Leisi gaf aan dat het politiek bewustzijnsniveau van de arbeidersklasse in zijn land op dit moment laag is. De Zwitserse partij heeft wel een aantal volledig vrijgestelde werkers binnen de vakbondsfederatie UNIA maar ziet vooralsnog niet de mogelijkheid om de UNIA in progressieve richting te veranderen.

Tijdens de tweede discussieronde werden concrete ervaringen uitgewisseld. De PVDA België deed verslag van de succcesvol georganiseerde staking op vliegveld Zaventem, waar zij met een beperkt aantal leden door middel van het principe 'sensibiliseren - oriënteren - mobiliseren' het verloop van dit arbeidsconflict strijdbaar konden beïnvloeden. Dit heeft onder meer een verdubbeling opgeleverd van het aantal partijleden werkzaam bij de luchthaven.

Olaf Harms, secretaris 'Bedrijf en Vakbond' van de DKP, beschreef het succesvolle verloop van de stakingen in de gezondheidszorg, waarbij de DKP in de klinieken in Essen en Düsseldorf vertegenwoordigd was en de strijd ondersteunde tegen het huidige Duitse vergoedingensysteem in de gezondheidszorg, gekoppeld aan de 'Diagnose Gerelateerde Groepen' (DRG). Onder het motto de 'Bedden leeg staken' kondigde de actie-organisatie vooraf aan op welke unit het werk werd neergelegd.

In Luxemburg is inmiddels 48 procent van de bevolking afkomstig uit andere EU-staten en landen buiten de EU. Daarbij opgeteld kent Luxemburg ook nog circa 180.000 forenzen, die vanuit de grensgebieden komen werken in Luxemburg. Gilbert Simonelli vertelde dat het ontbreken van een gemeenschappelijke taal het samenwerken met al die verschillende groepen voor de KPL bemoeilijkt. Het is de KPL in de afgelopen periode niet gelukt een belangrijke rol te spelen in de strijd.

Ook de NCPN is nog ver verwijderd van een grote politieke invloed. Jan Ilsink legde uit hoe in Nederland de pensioenpolitiek en klassenbewustzijn samenhangen. In de komende Manifest gaan we dieper in op een aantal kwesties die hier alleen maar zijn aangestipt.

Het succes van de conferentie was vooral de belangwekkende uitwisseling over de actuele strijd en de eerlijke, scherpe analyse van de eigen zwakte. Die zwakke positie geldt niet alleen voor communisten maar is aan de orde van de dag bij alle linkse en sociaaldemocratische partijen, een situatie die dringend om antwoorden vraagt.

Verre van pessimistisch lieten de vijf vertegenwoordigde partijen op de avond van 9 maart zien waaruit hun kracht bestaat en wat zij ondanks de zwakke positie nooit vergeten. In een twee uur durend debat vertelde Wilhen Díaz, zaakgelastigde van de ambassade van Venezuela in Den Haag, over de actuele ontwikkelingen in zijn land. Tijdens de discussie vormden de pogingen van diverse EU-lidstaten en de VS om daadwerkelijk de regels en afspraken in het Verdrag van de Verenigde Naties af te schaffen, en daarmee uiteindelijk de VN zelf, een belangrijk onderwerp.

(*) Artikel mede gebaseerd op verslag in UZ van Günter Pohl.