Onzichtbaar kolonialisme als oorzaak om te vluchten

i-004-008.jpg
Een boot met vluchtelingen in de Middellandse Zee op 12 augustus jl. Op de achtergrond het schip Ocean Viking van Artsen zonder Grenzen, dat al 356 vluchtelingen heeft opgepikt, maar in de havens van Europa geweigerd wordt. (Foto: ZLV)

Arnold Schölzel*]

Er wordt tegenwoordig veel gepraat over maatschappelijk verantwoord ondernemen (mvo). Dit komt in de praktijk alleen maar neer op het rekening houden van de producent met de veranderende eisen van de consument. Driekwart van de klanten loopt weg als zij negatieve geluiden hoort over een bedrijf. Een (schijnheilig) verdienmodel dus. Het onderstaande artikel van de de hand van Arnold Schölsel toont de harde werkelijkheid achter de fraaie praatjes.

De economische en sociale situatie van Afrikaanse landen als Mauretanië, Mali, Burkina Faso, Niger en Tsjaad, is sinds hun 'onafhankelijkheid' in de jaren '60 nauwelijks veranderd, vooral niet hun economische afhankelijkheid van Frankrijk, de oude en nieuwe koloniale macht. Overdreven?

Even een voorbeeld: in acht landen van de regio (Benin, Burkina Faso, Ivoorkust, Guinea-Bissao, Mali, Niger, Senegal en Togo) geldt de gemeenschappelijke valuta, de frank-CFA. De afkorting staat voor 'Franc de la Communauté Financière d'Afrique (Frank van de Financiële Gemeenschap van Afrika). Frankrijk voerde die in 1945 in haar kolonies in. Toen heette de munt eenvoudigweg frank 'Colonies Francaises d'Afrique' (Franse Koloniën van Afrika).

In 1958 verving Parijs het woord 'colonies' met 'communauté'. Bij de ook als frank-CFA afgekorte gemeenschapsvaluta van zes buurstaten (Equatoriaal Guinea, Gabon, Kameroen, de Republiek Kongo, Tsjaad en Centraal-Afrika) werd 'colonies' vervangen door 'coopération': 'Franc de la Coopëration Financière en Afrique Centrale' (Frank van de Financiële Samenwerking in Centraal Afrika). Beide munten zijn vast aan de Europese valutagemeenschap gekoppeld met een koers van 655,957 frank-CFA per euro en daar zit 'm nu juist de kneep: deze koppeling leidt tot een hoge taxatie van de frank-CFA. Dat betekent dat exporten uit de CFA-landen duur zijn en importen goedkoop, vooral de gesubsidieerde uit de EU.

Sinds hun onafhankelijkheid hebben de meeste CFA-landen nog nooit een positieve buitenlandse handelsbalans gehad en daardoor zijn hun schulden tot in de miljarden opgelopen. Het gaat om een bijna perfecte fiscale machinerie om de Afrikaanse economie aan de grond te houden of te vernietigen, om een corrupte bovenlaag in de betrokken staten om te kopen, wier vermogen voortdurend naar een Franse schuilplaats uitzwerft, om tenslotte méér geld uit deze landen richting Parijs te pompen dan er ooit aankwam in de vorm van een zogenaamde ontwikkelingshulp - en dat sinds meer dan 60 jaar.

In Afrika neemt de kritiek hierop in de afgelopen jaren toe. In 2017 vonden daar en in Europa grote betogingen plaats, waarbij de 'perverse uitwerkingen van het koloniale geld' aangeklaagd werden. De eis 'Dégage France!' ('Frankrijk, pak je biezen!') wordt vandaag aan de dag in Burkina Faso en in de 13 andere CFA landen, waar in totaal 150 miljoen mensen wonen, door diverse initiatieforganisaties gesteld. Bij de presidentiële verkiezingen op 24 februari in Senegal was dit een van de effectieve leuzes van de oppositie.

In de Bondsrepubliek Duitsland [en evnmin in Nederland, nvdr] is weinig te horen van dit monetaire uitplunderingsinstrument, noch van het groeiende protest. Hoe dan ook, de 'Deutschlandfunk' zond bijvoorbeeld op 20 december 2018 een informatieve 'achtergrondsanalyse' uit over dit thema door Benjamin Moscovici, getiteld 'Frankrijk en het onzichtbare kolonialisme'. De ondertitel luidde: 'In West-en Centraal-Afrika gaat Frankrijk door met de uitbuiting van haar voormalige koloniën, o.a. via een valuta, die oude machtsverhoudingen hard maakt en de economische ontwikkeling blokkeert. De gevolgen zijn: armoede, conflicten en migratie.

De auteur leidt de huidige situatie terug tot 1960, het 'Afrikaanse jaar' van de onafhankelijkheid en citeert uit een brief van juli van dat jaar van de toenmalige Franse minister van Financiën, Michel Debré, aan zijn ambtsgenoot uit Gabon. In die brief schrijft Debré zonder er doekjes om te winden: "Wij geven jullie de onafhankelijkheid op voorwaarde, dat de staat zich na de onafhankelijkheid aan de overeengekomen handelsverdragen houdt. Het één gaat niet zonder het ander". Moscovici: "Tot op heden verzekert Frankrijk zich met deze oude verdragen van een voorkeursbehandeling bij de toegang tot de bodemschatten van de voormalige koloniën."

Bij voorbeeld, in het geval van Gabon staat er in het verdrag: "De Republiek van Gabon verplicht zich het Franse leger strategische en voor de bewapening relevante grondstoffen ter beschikking te stellen. De export van deze grondstoffen naar andere staten is niet toegestaan op strategische gronden." Tot op heden kocht Frankrijk in West- en Centraal-Afrika op grond van zulke verdragen strategische grondstoffen ver onder de prijs van de wereldmarkt: aardolie, gas, uranium, thorium, beryllium, lithium. Uit Niger haalt Parijs bijvoorbeeld 40 procent van zijn behoefte aan uranium, waarvoor men een derde van de gangbare prijs betaalt. Dat is een besparing jaar in jaar uit van miljarden euro's, die door niets gecompenseerd wordt en al helemaal niet door 'ontwikkelingshulp'.

Het land, aldus Moscovici, is een van de armste landen ter wereld en "het extreemste voorbeeld" van het destijds gecreëerde systeem van verdragen. Maar het "klapstuk van koloniale continuïteit en financiële controle" is volgens de auteur de frank-CFA: Frankrijk drukt de bankbiljetten en slaat de munten, heeft het alleenrecht op re- of devaluatie en eist, dat 50 procent van alle valutareserves van de 14 CFA-staten in Parijs gestort wordt. Bij de centrale banken van West- en Centraal-Afrika, die in 2014 meer dan 14 miljard euro in Parijs moesten opslaan, zit telkens een Franse vertegenwoordiger met vetorecht.

Moscovici citeert een activist van de anti-CFA-beweging: "Ik zeg niet dat de frank-CFA de enige reden voor de onderontwikkeling van onze landen is, maar het is zeker één der belangrijkste oorzaken. De frank-CFA is een systeem van financiële repressie". En waarom staan de Afrikaanse politici niet op veranderingen? De vroegere econoom van de Wereldbank, Abdourahmane Sarr, zei in de uitzending: "De elite profiteert van de overgetaxeerde frank-CFA. Deze mensen hebben er geen belang bij dat er iets verandert aan het systeem dat hen rijk heeft gemaakt". En tenslotte verklaarde de ex-minister van Financiën van Ivoorkust, Mamadou Koulibaly, die in 2000 de CFA-frank officieel verwierp en daarop via een persoonlijke interventie van Jacques Chirac, de toenmalige president van Frankrijk, ontslagen werd: "Zolang Europa de politiek van Frankrijk in de CFA-zone deelt, zal Europa ook de gevolgen van deze politiek moeten delen. Zolang zult u met massale migratie uit de Franstalige delen van Afrika moeten leven".

In de migratiehysterie van de BRD speelt deze vluchtoorzaak geen rol. Veel wijst erop, dat president Nicolas Sarkozy Frankrijk niet alleen met de oorlog in Libië van 2011 aan het wankelen had gebracht. Zijn opvolger François Hollande moest in 2013 Mali en daarmee ook waarschijnlijk alle andere staten van de regio, met behulp van een leger [en militaire hulp van onder meer Nederland, nvdr] van de ineenstorting redden. Immers, zonder Westafrikaanse overheidsfassades functioneren noch CFA, noch het verdragssysteem van de uitplundering.

Die veldtocht werd voor Parijs echter zo duur, dat de Bundeswehr nog in hetzelfde jaar te hulp geroepen moest worden en nu met in totaal bijna 1000 soldaten letterlijk in de woestijn zit met hun, ook officieel, gevaarlijkste 'inzet'. De ter verlichting van de Europeanen gedachte 'G5-Saheltroepen' zijn een fata morgana; hun doel is te duidelijk niet de bewaking van Afrikaanse, maar uitsluitend van Franse en daarmee EU belangen. Sarkozy heeft met zijn veldtocht bijna een groot rijk vernietigd, namenlijk het eigen koloniale rijk.

Op dat rijk echter is Frankrijk in des te hogere mate aangewezen, naarmate de economische voorsprong van Duitsland groeit. De Bondsrepubliek heeft misschien tot in zekere mate belang bij een zwakkere Franse economie. Dat hoort nu eenmaal bij de concurrentie, maar aan een ineenstorting van Frankrijk heeft zij geen enkel belang. Die zou ook de Duitse exportwals stopzetten. Daardoor verzekeren Duitse [en op gezag van de sociaaldemocratische ex-minister Koenders onder meer Nederlandse, nvdr] soldaten o.a. in Mali en Niger een koloniaal stelsel, waarop Parijs financieel is aangewezen, maar dat tegelijkertijd armoede, corruptie, terreurconnecties en verval van de staat teweegbrengt en mensen op de vlucht jaagt. Een weinig comfortabele toestand. Volgens een internet lexicon gaat trouwens "80 procent van de totale Franse begroting voor militaire samenwerking" naar de CFA-regio. De valuta wordt met wapens gesteund. Nog nooit is kolonialisten iets anders ingevallen.

(*) Bron: Rotfuchs. Tribüne für Kommunisten, Sozialisten und Andere Linke, mei 2019. Vertaling uit het Duits: A.I.