Er was eens een tijd dat je niet ‘zwarten’ mocht zeggen als je het over mensen had met een andere dan een blanke huidskleur. Dat was toen discriminerend of op z’n minst onfatsoenlijk. Voor uit Midden- en Zuidelijk Afrika afkomstige mensen en voor afstammelingen van slaven op het Amerikaans continent was de aanduiding ‘neger’ destijds gewoon, waar niets kwaads mee bedoeld werd. Dat het woord ‘neger’ ook zwart betekent, dat was iets voor taalkundigen. Later, in de tegenwoordige tijd, is neger een scheldwoord geworden.
Dat het lijkt op het in de VS voor donkere mensen denigrerende woord ‘nigger’ zal daarmee te maken hebben. Maar daar zit je dan met je fatsoen uit de twintigste eeuw. Nu hoort iedereen die maar wat bruiner is dan een Noord-Europeaan in de winter tot ‘de zwarten’. Sommige van hun woordvoerders blijken er trots op te zijn en noemen blanke mensen ‘wit’.
Wie met enige aandacht discussies over etniciteit en kleur volgt die hoort soms vreemde dingen. Dat is dan weer koren op de molen van aanhangers van nationalistische partijen, maar stemmen ook die van een klassenstandpunt uitgaan tot nadenken. Dan heb ik het over iets dat ik meerdere keren heb gehoord: dat blanke mensen, omdat ze persoonlijk geen last van discriminatie ondervinden, bevoorrecht zijn. Zoiets werkt voor eng-nationalisten die bang zijn voor het einde van de overheersing door ‘het blanke ras’ als olie op het vuur. “Zij nemen de boel over’, dat zeggen ook nogal wat gewone mensen hen na. Als het over het Nederlandse kolonialisme gaat dan doen zij het liefst hun oren dicht.
Voor communisten ligt dat anders. Hoewel ook zij zich bij discussies over etniciteit, over zwart en wit, soms ongemakkelijk kunnen voelen. Vooral als sommige strijders tegen discriminatie en racisme het Nederlands kolonialisme en zijn aandeel in de slavernij erbij betrekken. Als Nederland wordt vereenzelvigd met het Nederlandse volk en zwart-wit als een overheersende tegenstelling wordt gezien en klassenverschillen worden verzwegen. Dat het (nog) bestaan van discriminatie ook te maken heeft met het Nederlands kolonialistisch verleden lijkt mij duidelijk.
Maar het is niet vol te houden om mensen die niet vanwege hun huidskleur of afkomst gediscrimineerd worden bevoorrecht te noemen. Is een samenleving waar iedereen gediscrimineerd wordt – als dat ook mogelijk zou kunnen zijn – pas rechtvaardig?
Niet gediscrimineerd worden, niet als tweede- of derderangsburger worden beschouwd, is geen privilege! Geen voorrecht, maar een recht! Het slavernijverleden speelt een belangrijke rol in al die discussies en dan met name in verband met het kolonialisme. Mensen uit Afrika, mensen zoals u en ik, als beesten verscheept over de oceaan naar hun bestemming. Verhandeld als koopwaar, onmenselijk behandeld als eigendom en werkezels. Als men het dan over de verantwoordelijkheid van Nederland heeft, dan is dat wel een zeer algemene aanduiding met betrekking tot verantwoordelijkheid. Moet de Nederlandse regering haar excuses aanbieden, dus namens het Nederlandse volk, zoals dikwijls wordt betoogd? Ook namens al die inwoners van toenmalig Nederland, die in bittere armoede leefden, niets te vertellen hadden en zeer ver afstonden van hen die het toen voor het zeggen hadden? Waren ook deze mensen bevoorrecht omdat ze geen slaven waren, maar ‘vrije’ burgers? Excuses? Zowel misplaatst als goedkoop!
Wat er moet gebeuren is dat de Nederlandse regering haar diepe schaamte moet uitspreken over dat dit alles onder de Nederlandse vlag, onder verantwoordelijkheid van de Nederlandse staat is gebeurd. Gedane zaken nemen geen keer, dat is waar. Dat geldt ook voor de Tweede Wereldoorlog en voor nog heel veel meer zaken. Maar schamen mag, nee schamen moet! Waarom is dat nog niet gebeurd? Officieel schaamte uitspreken, dus ook voor de ‘voorvaderen’ met aanzien en macht, waar veel grachtenpanden nog aan herinneren. De toenmalige directeuren van organisaties en ondernemingen die kapitalen aan slavenhandel, aan de arbeidskracht van slaven ‘verdiend’ hebben. Hoeveel monumenten van schaamte zijn er? Hoeveel nazaten van de rovers en bandieten zijn nu nog voorname mensen met geld en gezag? Hoeveel van hen bekleden belangrijke posten waar beslissingen over vele anderen worden genomen? Dít zijn nu de bevoorrechten! Slavernij onder Nederlandse vlag mag dan nu tot het verleden behoren, het slavernijverleden is er. De slavenhoudersmentaliteit is er nog steeds.
Het is die slavenhoudersmentaliteit die zich boven alles verheven weet. De mentaliteit die ook onder de ‘onderdanen’ gradaties aanbrengt in huidskleur, afkomst enzovoort. En belang heeft bij verdeeldheid. Ook als het om opleiding, leefwijze en inkomen gaat. Veelal als men het over ‘kleurrijk’ heeft, verzwijgt men de kleur ‘rood’, de kleur die voor gelijkheid van mensen staat. Nederland, eens een machtig koloniaal rijk had en heeft – zij het in bescheiden mate – altijd de politieke kleur ‘rood’ gekend. Het is daarom goed er aan te herinneren dat de communistische partij in ons land in woord en geschrift en metterdaad, altijd in deze kwestie de kant van de onderdrukten koos en tegen kolonialisme en daarmee tegen racisme optrad, de kant koos van de voor vrijheid en onafhankelijkheid strijdende Indonesiërs, de kant van de onderdrukte negers, nou, – zwarte bevolking dan – in de Verenigde Staten van Amerika.
Discussies mogen niet blijven hangen in zwartepiet-achtige kwesties, maar moeten echt gaan over slavernij en ook over hen die nu nog hun kapitaalbezit en gezag daaraan te danken hebben. Discussies hierover moeten meer roodgekleurd worden, opdat de klassentegenstellingen niet verdonkeremaand worden. Want van de machthebbers mogen de zwart-wit-discussies voor eeuwig doorgaan, als het maar geen rood wordt.