Een jaar na de massale stakingsbijeenkomsten in Frankrijk. Conclusies en vooruitzichten voor de arbeidersbeweging in Europa
Bijdrage van de NCPN aan de conferentie van de ECA in Parijs op 16/03/2025
Beste kameraden, we willen jullie bedanken voor de uitnodiging en het organiseren van deze conferentie.
Op deze conferentie denken we collectief na over de arbeidersbeweging in Europa in het licht van de massale stakingsbijeenkomsten van de Franse arbeidersklasse vorig jaar. We willen de Franse arbeidersklasse en onze Franse kameraden feliciteren met hun inspirerende niveau van organisatie en bewustzijn, zodanig dat ze in staat waren deze massale stakingen te houden. Voor ons, als Nederlandse arbeiders, zijn massastakingen namelijk een zeer zeldzaam fenomeen, deels als gevolg van de illegaliteit van stakingen met eisen buiten de arbeidsverhoudingen, dus met politieke eisen, in combinatie met de financiële verantwoordelijkheid voor onwettige vakbondsactiviteiten die bij de vakbonden ligt in plaats van bij de individuele leden, waardoor er geen actie wordt ondernomen. Ter verduidelijking, voor massastakingen in Nederland moeten we veel verder teruggaan dan 1 jaar. Nederlandse massastakingen zijn onder andere; de Februaristaking van 1941 georganiseerd door onze voorganger, de CPN, de enige massale publieke actie in bezet Europa tegen de Nazi-Jodenvervolging; de April-Meistakingen van 1943 tegen de fascistische bezetting en dwangarbeid, deels georganiseerd door CPN-leden, de grootste publieke actie in bezet Europa; de stakingen van 1946 georganiseerd door de CPN tegen het sturen van troepen om de Nederlandse kolonie van het huidige Indonesië weer onder controle te krijgen; de Vrouwenstaking van 1981, voor vrouwenrechten en gelegaliseerde abortus.
Waar massastakingen momenteel nog niet op de agenda staan en ondanks de vele zwakke punten en de problemen die overwonnen moeten worden, kan de Nederlandse arbeidersbeweging niet anders dan gevormd worden door de verslechterende nationale en globale omstandigheden onder het imperialistische systeem. De Nederlandse arbeidersklasse is actiever, georganiseerder en toont meer klassenbewustzijn.
De arbeidersbeweging in Nederland
De activiteit van de arbeidersklasse vertoont tekenen van toename op meerdere fronten, zowel kwalitatief als kwantitatief.
Hoewel het aantal uitgeschreven stakingen ver verwijderd is van historische hoogten, was er in 2023 wel het grootste aantal in 50 jaar. In 2019 was het aantal stakingen het grootst sinds het begin van de registratie in 1901, en dat gold ook voor het percentage werkende mensen dat in datzelfde jaar staakte.
Waar 2024 specifiek een rustiger jaar was in vergelijking met 2023 (26 stakingen tegenover 52), lag de behaalde gemiddelde procentuele loonstijging van 5,3% (7,1% in 2023) boven het historisch gemiddelde. Naast de recente jaren zijn er alleen vergelijkbare stijgingen te vinden die 40-50 jaar teruggaan. Ook de looptijd van collectieve arbeidsovereenkomsten ligt onder het historische gemiddelde. Werknemers kunnen dus sneller verbeteringen krijgen.
De toenemende activiteit blijkt ook uit de acties in bepaalde bedrijfstakken. Werknemers van industriële wasserijen en apotheken staakten vorig jaar voor het eerst en werknemers van de baksteenindustrie voor het eerst in de recente geschiedenis. Verder voert de hele onderwijssector vanaf eind 2024 hun strijd op tegen de drastische bezuinigingen waarmee het onderwijssysteem te maken krijgt, wat zou leiden tot veel banenverlies, in het licht van de inspanningen van de regering om de uitgaven om te buigen naar meer winstgevende industrieën, waaronder de defensie-industrie. De stakingen zijn deze week begonnen.
De Nederlandse arbeidersbeweging heeft momenteel een historisch lage organisatiegraad, in 2023 was slechts 15% van de mensen in de werkende leeftijd lid van een vakbond. De grootste Nederlandse vakbond, de FNV, heeft 60% van alle leden en meldde vanaf eind 2022 een netto toename van leden. Met een landelijke stijging van het vakbondslidmaatschap in 2023.
Ondanks het gebrek aan een klassengeoriënteerde vakbeweging en de mate van invloed van een klassenverzoenende, sociaaldemocratische lijn in de grote vakbonden, vertoont het klassenbewustzijn tekenen van toename. Hieronder volgen enkele voorbeelden uit 2024:
De acties en stakingen van arbeiders die zogenaamd “zwaar werk” verrichten, waarbij zwaar werk door arbeiders en vakbonden zelf wordt gedefinieerd, voor een landelijke permanente mogelijkheid om zonder financiële repercussies niet meer te hoeven werken voor het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd.
De FNV-campagne om te strijden voor een hoger landelijk minimumloon en daaraan gekoppelde sociale uitkeringen. In 2024 heeft een kwart van de afgesloten cao’s het nagestreefde minimumloon van €16 per uur gehaald.
De inspanningen van vakbondsleden van FNV om hun vakbond aan te zetten tot het organiseren van acties in solidariteit met Palestina en later de oprichting van een landelijk ondersteuningsnetwerk door actieve leden om andere leden te faciliteren bij dergelijke acties wanneer de reactie van de vakbond te weinig aanwezig is. Deze groep heeft zelf kleine acties opgezet tegen pensioenfondsen om hen hun miljardeninvesteringen in Israël te laten ombuigen en heeft concrete acties gesteund: stakingen bij de Universiteit van Amsterdam tegen de samenwerking met Israëlische instellingen en een kleine actie binnen de Jeugdzorg. In het geval van de stakingen bij de Universiteit van Amsterdam is het van cruciaal belang om te benadrukken dat deze alleen werden gerealiseerd door arbeiders die zich organiseerden in een klassengeoriënteerd actiecomité buiten de hoofdstructuur van de vakbond, met een van onze kameraden aan het hoofd. Daardoor dwongen ze de onwillige vakbond om de eerste (van slechts twee) Nederlandse vakbondsacties in solidariteit met Palestina te helpen organiseren. Bovendien slaagden ze er vorige maand in om meerdere leden op hun lijn gekozen te krijgen in het ledenparlement van de FNV. Dit alles duidt op de bereidheid van arbeiders om hun macht te gebruiken buiten de eisen die specifiek zijn voor het werk dat ze doen.
Nederlandse arbeiders beginnen steeds actiever te worden in de context van imperialistische vernietiging en hoge inflatie door gebruik te maken van de invloed die ze hebben door het tekort aan arbeidskrachten.
Politieke strijd binnen de FNV
De intensivering van de strijd van de arbeidersbeweging leidt ook tot een intensivering van de strijd binnen de vakbond zélf. Hier willen we kort ingaan op de dynamiek binnen de FNV, die geplaagd wordt door een interne crisis. Deze crisis manifesteerde zich als een individueel machtsspel tussen bestuursleden waarbij zowel bestuursleden, algemene vakbondsleden als werknemers in dienst van de vakbond in onveilige werkomstandigheden werden gebracht.
Als zo’n strijd om posities en tussen individuen ten koste gaat van een coherente collectieve strategie om de positie van de arbeidersklasse te verbeteren je doet denken aan de burgerlijke democratie, dan heb je gelijk. De democratische structuur van de FNV is het resultaat van een fusie die heeft geleid tot een combinatie van sectorale afvaardigingen en instellingen die in sommige opzichten nog minder democratisch zijn dan die van een burgerlijke republiek. De hoogste gekozen organen bestaan uit een rechtstreeks gekozen parlement en voorzitter en een door het parlement gekozen bestuur. De zittingen van het parlement en het bestuur zijn bijna volledig ondoorzichtig en parlementsleden hoeven expliciet geen verantwoording af te leggen voor hun daden. Sectorale vertegenwoordigers konden parlementsleden afzetten. Onlangs heeft het parlement gestemd om de statuten te wijzigen om die macht te geven aan het vakbondsbestuur dat het parlement zelf kiest. Dit is precies het bestuur dat het parlement in de gaten zou moeten houden en indien nodig zou moeten verwijderen. Verder is door inspanningen van vele kanten het vakbondsbestuur aan de kant gezet door een nieuwe interim-voorzitter die normaal gesproken voor de werkgevers werkt en 1 van de 5 hoogste Nederlandse politiechefs is geweest. Deze interim-voorzitter heeft onlangs alle lopende portefeuilles van het vorige bestuur overgenomen, ondanks het feit dat hij er nul verstand van heeft, waardoor de continuïteit van de inspanningen van de vakbond in gevaar komt.
De sectorale vertegenwoordigers strijden samen met het vakbondspersoneel nog steeds tegen de onveilige werkomstandigheden, het democratisch tekort binnen de vakbond en de mensen die er momenteel de leiding over hebben. Tot nu toe is het vakbondspersoneel één keer in staking gegaan en worden er pogingen gedaan om een bondgenootschap aan te gaan met nieuwe op één lijn zittende leden van het vakbondsparlement om de controle terug te krijgen.
De politiek van de Nederlandse kapitalistische klasse
De kapitalistische klasse van Nederland en haar directe en indirecte politieke vertegenwoordigers zijn zich zeer bewust van de ontevredenheid van het volk. Zo heeft de grootste partij van de afgelopen 15 jaar, de VVD, die samen met andere burgerlijke krachten zoals de sociaal-democratische PvdA en het christendemocratische CDA de verslechtering van de levensomstandigheden en de voortdurende uitholling van de sociale voorzieningen heeft aangevoerd, onlangs haar ‘Agenda voor de werkenden in Nederland’ gepubliceerd.
Aan de wortel zit ook de stok, want ook in de repressieve instellingen wordt geïnvesteerd. De nieuwe reactionaire regering, bestaande uit onder andere de extreem-rechtse PVV van Geert Wilders, die zichzelf presenteert als een ‘populaire’ regering met aanvankelijke beloften om de levensstandaard van het ‘gewone’ volk te verbeteren, zal de aanval op de rechten van het volk intensiveren, zich richten op migranten en verdeeldheid zaaien tussen de arbeidersklasse, die als ‘basis’ dient voor hun nieuwe begrotingsplannen waar de bevolking de prijs voor zal betalen.
Naast cynische pogingen tot public relations is het beleid gericht op de belangen van de monopolies, zowel op nationaal als internationaal niveau. Net als waarschijnlijk in veel van jullie eigen landen probeert de kapitalistische klasse de rijkdom die de arbeiders produceren af te leiden naar de voorbereiding op de imperialistische oorlog ten koste van huisvesting, gezondheidszorg, onderwijs, cultuur en wat al niet meer.
NCPN’s visie op de rol van communisten en conclusie
Dit burgerlijke beleid, dat meer repressie en militarisering inhoudt in de context van de toegenomen tegenstellingen in het imperialistische systeem, zal de kiem leggen voor verdere massale ontevredenheid onder het Nederlandse volk.
Dergelijke niveaus van ontevredenheid worden momenteel wereldwijd gekanaliseerd in toenemende steun voor fascistoïde of extreem-rechtse partijen. Dit is het gevolg van enerzijds de toegenomen ontevredenheid van het volk, maar anderzijds het ontbreken van de begeleidende ontwikkeling van de subjectieve factor, van de georganiseerde arbeidersklasse en haar communistische partij. Het is de rol van de communisten om de mensen open te stellen voor het alternatief voor het kapitalisme, dat de oorzaak is van hun problemen en ontevredenheid, om de belangstelling die ze hebben voor het socialisme-communisme te bevorderen, ondanks de verguizing ervan door alle burgerlijke krachten.
Nu meer dan ooit moeten we concreet werken aan ons alternatief, het socialisme-communisme, samen met de mensen, door de macht van de arbeidersklasse op te bouwen en hen te laten zien dat ze de kracht hebben om dit systeem omver te werpen. In de algemene sociale beweging, zoals de vredesbeweging, studentenbeweging, antiracismebeweging enzovoort, vereist dit de opbouw van actiecomités die massa’s mensen verenigen in tegenstelling tot coalities van (burgerlijke) politieke entiteiten die alleen hun eigen leden mobiliseren. In de arbeidersbeweging vereist dit de opbouw van zelfondersteunende groepen arbeiders binnen bedrijven en buiten vakbonden.
De NCPN heeft op ons laatste congres besloten om prioriteit te geven aan het vergroten van onze aanwezigheid in de arbeidersbeweging, het vormen van nieuwe organisaties aan de basis op de werkplekken en in de buurten, waar de arbeiders produceren en leven en waar ze kunnen staken tegen de kapitalistische macht. Er ontstaan nieuwe mogelijkheden, maar ook gevaren met de toegenomen tegenstellingen onder het kapitalisme, met het vooruitzicht van nieuwe oorlogen, crises en bezuinigingsmaatregelen waarvoor de mensen de prijs zullen moeten betalen. Nieuwe mogelijkheden die we zullen aangrijpen om de organisatie en het klassenbewustzijn van de Nederlandse arbeidersklasse te versterken!